Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

110.00.15 Kaderovereenkomst inzake de samenwerking tussen de VROM-Inspectie van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en het Directoraat-Generaal Belastingdienst van het Ministerie van Financien

6 Bijlage 5. behorende bij de Kaderovereenkomst tussen de VROM-inspectie en de Belastingdienst van 1 april 2004 (de samenwerking inzake de kernenergiewet)

   

1. Regelgeving en taak

  1. a. Naam wetgeving

De Kernenergiewet en de daarop gebaseerde regelgeving. In het bijzonder:

  1. b. Doel wetgeving

Het doel van de bovenvermelde besluiten is, voor zover het de Douane aangaat, de regulering van de toelating van splijtstoffen, ertsen, radioactieve stoffen en radioactieve afvalstoffen op Nederlands grondgebied. Deze regulering wordt bereikt door een vergunningplicht voor het binnen of buiten Nederlands grondgebied brengen.

  1. c. Taak

De Douane heeft een taak in het toezicht op de naleving van de onder 1 b genoemde vergunningplicht.

De Kernenergiewet, waarop dit toezicht is gebaseerd, richt zich op het grondgebied van Nederland. Douanecontroles worden echter alleen uitgeoefend in het kader van het formaliteitenstelsel van de douane-unie.

De controles kunnen worden ingesteld vanaf het binnenbrengen in de EU, en op enig moment daarna, zolang de goederen onder douanetoezicht staan. Ook kunnen controles worden ingesteld vanaf het moment van de uitvoeraangifte tot aan het uitgaan uit de EU.

  1. d. Bevoegdheden

Volgens de Beschikking toezicht naleving Kernenergiewet zijn de ambtenaren van de Rijksbelastingdienst, bevoegd inzake douane, belast met het toezicht op de naleving van de het bij en krachtens een aantal artikelen van de Kernenergiewet bepaalde en bevolene, voor zover het betreft splijtstoffen en radioactieve stoffen.

Volgens de Beschikking opsporingsbevoegdheid Kernenergiewet zijn de ambtenaren van de Rijksbelastingdienst, bevoegd inzake douane, ook belast met de opsporing van bij de Kernenergiewet strafbaar gestelde feiten.

2. Uitvoering

  1. a. Wijze van handhaving

Risicogerichte controles

De controles die de Douane in het kader van haar taak instelt zijn risicogericht. Dat wil zeggen dat niet alle goederen worden gecontroleerd, maar alleen die waarbij een risico van ontduiking van de vergunningplicht wordt verondersteld of waarbij zich stralingshygiënische risico’s kunnen voordoen indien de onder 1 genoemde regelgeving niet wordt nageleefd. De VROM-Inspectie en de Douane bepalen in overleg welke criteria t.a.v. risico’s relevant zijn, welke prioriteiten daarbij moeten worden gesteld en welke selectiewijzen moeten worden toegepast. De Douane selecteert vervolgens met toepassing van de gekozen selectiewijzen de aangegeven goederen en controleert of wordt voldaan aan de vergunningplicht.

Generiek douanetoezicht

Als bij controles die om andere redenen dan de bovenbedoelde risico’s worden ingesteld goederen worden aangetroffen die op grond van de Kernenergiewet vergunningplichtig zijn, zullen de bescheiden worden gecontroleerd.

Uitvoering

De controles richten zich primair op de verplichte vergunningen. Als er twijfel bestaat over de aard van het goed wordt een fysieke controle ingesteld, waarbij de Douane eventueel gebruik maakt van meetapparatuur. De Douane kan bescheiden ook controleren op enig moment na de aangifte in het kader van een administratieve controle (CNI/CNU) bij de importeur of exporteur. De keus van het controlemoment is afhankelijk van de risico’s.

Detectiepoorten

De Douane gebruikt voor controles van de EU binnenkomende en uitgaande containertransporten ook stralingsdetectiepoorten op de terreinen van de containerterminals in de havens. Het aantal poorten zal in de komende jaren worden uitgebreid. De samenwerkingsprocedure in verband met de stralingsdetectiepoorten is afzonderlijk vastgelegd.

  1. b. Afhandeling overtredingen

Als de Douane een overtreding constateert wordt deze in bijzondere gevallen telefonisch gemeld aan de VROM-Inspectie Regio Zuid-West. Indien de overtreding splijtstoffen betreft zal de VROM-Inspectie Regio Zuid-West de melding overdragen aan de Kernfysische Dienst van de VROM-Inspectie.

De VROM-Inspectie kan (zo nodig ter plaatse) bijstand verlenen, de zaak overnemen, en/of adviseren om de verantwoordelijkheid voor de controle en de afwikkeling ervan over te dragen aan een andere Inspectiedienst (bijvoorbeeld de Inspectie Verkeer en Waterstaat of de Voedsel en Waren Autoriteit).

De betrokken diensten bepalen vervolgens in overleg hoe met de overtreding wordt omgegaan. Er zijn twee mogelijkheden:

  • de Douane handelt de overtreding zelfstandig af;

  • de VROM-Inspectie of een andere Inspectiedienst neemt de verantwoordelijkheid over voor de strafrechtelijke en/of bestuursrechtelijke afwikkeling van de overtreding. Dit gebeurt op basis van een proces-verbaal van bevinding van de Douane.

De afgesproken werkwijze wordt per fax of e-mail bevestigd.

Indien de behandeling door de VROM-Inspectie is overgenomen informeert de behandelend medewerker bij de VROM-Inspectie de behandelende douaneambtenaar over de verdere afhandeling van de geconstateerde overtredingen, waaronder eventuele vrijgave van de door de Douane geblokkeerde goederen

  1. 3. Planning, evaluatie en verantwoording

  1. a. Prioriteiten

De handhavingsprioriteiten worden jaarlijks in oktober door de VROM-Inspectie en de Douane vastgesteld en vormen het uitgangspunt voor het handhavingsplan van de Douane

  1. b. Doelstellingen en handhavingsplan

Ieder jaar worden in overleg de doelstellingen voor het volgende jaar vastgesteld uitgaande van de door de VROM-Inspectie aangegeven handhavingsprioriteiten. Dit gebeurt in oktober.

De Douane werkt de doelstellingen uit in samenwerking met de VROM-Inspectie in een handhavingsplan. De Douane voert ten behoeve van dit handhavingsplan risicovinding en -analyse uit. Ook dit gebeurt in samenwerking met de VROM-Inspectie.

Binnen de Douane wordt het handhavingsplan formeel vastgesteld door de landelijke vergadering van risicomanagers. De doelstellingen worden vervolgens in het besluitvormingsproces over het totaal aan doelstellingen bij de Douane meegewogen. De Douane koppelt het resultaat hiervan aan de VROM-Inspectie terug.

  1. c. Evaluatie en verantwoording

De Douane draagt zorg voor de evaluatie van de handhaving zoals die is vastgelegd in het handhavingsplan. Op basis hiervan stelt de Douane een jaarverantwoording van handhavingsresultaten op ten behoeve van de VROM-Inspectie. De verantwoording, die mede bedoeld is voor de informatieverstrekking aan de Tweede Kamer, omvat in ieder geval het aantal controles, de geconstateerde overtredingen, de wijze van afhandeling (waaronder het aantal processen-verbaal) en een beschrijving van trends en bijzonderheden. Hij wordt voor 1 maart van elk jaar aan de VROM-Inspectie gestuurd.

De ervaringen met de samenwerking worden jaarlijks besproken. Dit heeft tot doel na te gaan of de afspraken in deze bijlage nog actueel en toereikend zijn en of er knelpunten en wensen ten aanzien van de samenwerking zijn.

  1. 4. Informatie-uitwisseling en scholing

  1. a. Informatie-uitwisseling

De Douane

  • stuurt elk jaar voor 1 maart een verantwoording van zijn milieuhandhavingsactiviteiten in het voorafgaande jaar aan de VROM-Inspectie;

  • stelt op verzoek van de VROM-Inspectie gegevens uit databestanden en dossiers beschikbaar;

  • stelt afschriften van relevante processen-verbaal ter beschikking van de VROM-Inspectie.

VROM-Inspectie

  • deelt de Douane in oktober de prioriteitstelling voor de handhaving in het volgende kalenderjaar mee;

  • informeert (via de behandelend ambtenaar van de VROM-Inspectie) de Douane over de wijze van afhandeling van de aan de VROM-Inspectie overgedragen overtredingen en de uiteindelijke resultaten daarvan;

  • informeert de Douane (via het Douane-informatiecentrum) over relevante wijzigingen van het handhavingsbeleid van de VROM-Inspectie;

  • stelt op verzoek van de Douane gegevens uit databestanden en dossiers beschikbaar.

  1. b. Opleiding en scholing

Voor de scholing en bijscholing van douaneambtenaren in stralingsdeskundigheid en de wet- en regelgeving is Belastingdienst/ Centrum voor kennis en communicatie verantwoordelijk. De Douane schoolt zelf zijn medewerkers in stralingsdeskundigheid. De VROM-Inspectie levert in bijzondere gevallen deskundigheid ter zake van de toepassing van de Kernenergiewet.

  1. c. Helpdeskfunctie

De helpdeskfunctie met betrekking tot de regels van de Kernenergiewet wordt vervuld door medewerkers van de VROM-Inspectie Regio Zuid-West en de Kernfysische Dienst van de VROM-Inspectie.

Voor incidenten met radioactieve stoffen en straling en voor spoedeisende handhaving inzake radioactieve stoffen is één van de medewerkers toezicht Kernenergiewet van de VROM-Inspectie Regio Zuid-West aangewezen als dienstdoend ambtenaar straling (DDA-Straling). Deze is te bereiken via het Landelijk Meld- en Informatiepunt van de VROM-Inspectie (LMIP).

Voor incidenten met splijtstoffen en voor spoedeisende handhaving inzake splijtstoffen is één van de medewerkers van de Kernfysische Dienst van de VROM-Inspectie aangewezen als dienstdoend ambtenaar. Ook deze is te bereiken via het LMIP.

  1. 5. Overleg

  1. a. Overleg

Tenminste één keer per jaar vindt overleg plaats tussen de VROM-Inspectie en de Douane over de handhaving en het functioneren van de samenwerking volgens deze bijlage.

  1. b. Contacten

Namens de VROM-Inspectie: Regio Zuid-West, afdeling Stoffen en Producten. Namens de Douane: Het Douane-informatiecentrum (DIC), convenantbeheer en risicobeheersing niet-fiscale douanetaken.

   

Den Haag, 27 september 2005,

Namens de Inspecteur-Generaal VROM,

Namens de Directeur-Generaal van de Belastingdienst,

de directeur Bestuurszaken,

het lid van het managementteam van Belastingdienst/Douane Zuid,

Mr. A. Oppers

Mr. drs. B.C de Graaf