20.03.00 Flora & Fauna
6 Vrijstellingen beschermde soorten CITES-Basisverordening
Dit hoofdstuk behandelt de vrijstellingen van de verboden van artikel 3.37 Wnb juncto 3.14 Rnb voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten.
Naar boven6.1 Overzicht vrijstellingen
Mogelijke vrijstellingen op de verboden die voortkomen uit artikel 3.37 Wnb juncto 3.14 Rnb en 3.15 Rnb lid 1 (fyto).
Vrijstelling |
CITES-Basisverordening |
CITES-Uitvoeringsvo. |
|
---|---|---|---|
Binnenbrengen in de Unie |
Art. 4 lid 2, 3 of 4 |
||
Doorvoer |
Art. 7 lid 2 |
||
Vervoer |
Art. 9 |
||
Uitvoer en wederuitvoer |
Art. 5 lid 1 en 4 |
||
- fytosanitair certificaat |
Art. 17 |
||
Persoonlijke bezittingen en huisraad |
Art. 7 lid 3 |
Art. 57 of 58 |
|
Wetenschappelijke instellingen |
Art. 7 lid 4 |
Art. 52 |
Voldoen aan vrijstellingsbepalingen
De vrijstellingen gelden als is voldaan aan de bepalingen in de CITES-Basisverordening en de Cites-Uitvoeringsverordening. Voor bijna alle vrijstellingen is overlegging van een (Cites) document vereist. Het hoofdstuk "Vergunningen, certificaten, kennisgevingen en etiketten" behandelt de bepalingen die van toepassing zijn op de aanvraag, afgifte, vorm, inhoud, overlegging en geldigheid en het gebruik van de (Cites) documenten.
Op (producten van) dieren kan veterinaire wetgeving van toepassing zijn; op (producten van) planten kan fytosanitaire en/of kwaliteitswetgeving van toepassing zijn. Zie ook paragraaf 12.8 samenloop met andere wetgeving.
Naar boven6.2 Binnenbrengen in de Unie
Voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage A, B, C of D van de CITES-Basisverordening is vrijstelling mogelijk van het verbod op het:
-
binnen het grondgebied van de Unie brengen
-
vervoer naar de plaats van bestemming na binnenbrengen in de Unie
Voorwaarden vrijstelling binnenbrengen
De vrijstelling van het verbod op het binnen het grondgebied van de Unie brengen is van toepassing op specimens van beschermde dier- of plantensoorten genoemd in bijlage A, B, C of D van de CITES-Basisverordening en geldt als:
-
de specimens de Unie binnenkomen op een aangewezen douanekantoor (CITES-Basisverordening, artikel 12)
-
op dat kantoor de vereiste (Cites) documenten zijn overgelegd voor soorten genoemd in bijlage A, B, C of D (CITES-Basisverordening, artikel 4)
en die (Cites) documenten voldoen aan de gestelde voorwaarden en bepalingen.
Binnenbrengen via een andere lidstaat
De vrijstelling van het verbod op het binnen het grondgebied van de Unie brengen, is ook van toepassing als specimens in een andere lidstaat de Unie binnenkomen en voor Nederland zijn bestemd. In dat geval moeten de vereiste (Cites) documenten zijn overgelegd op een aangewezen douanekantoor in die lidstaat.
Voorwaarden vrijstelling vervoer na binnenbrengen
-
Voor soorten uit bijlage A geldt een vrijstelling van het verbod op het vervoeren als de specimens volgens de regels van de CITES-basisverordening en de CITES-uitvoeringsverordening rechtmatig de Unie zijn binnengekomen. De vrijstelling wordt aangetoond met het gele exemplaar, voor belanghebbende, van de invoervergunning of met een per dier afgegeven EU-certificaat. Voor gekweekte planten is geen EU-certificaat vereist.
-
Voor soorten uit bijlagen B, C en D geldt een vrijstelling van het verbod op het vervoeren als de specimens legaal de Unie zijn binnengekomen. De vrijstelling kan worden onderbouwd voor bijlage B door het overleggen van overdrachtsverklaringen met daarop het nummer van de invoervergunning en gegevens van verkoper en eventueel koper. Er is een verplichting om de documenten aan te leveren, het niet aanleveren van papieren is een overtreding.
6.2.1 Vereiste (Cites) documenten soorten bijlage A en B
Om in aanmerking te komen voor vrijstelling van het verbod op het binnen het grondgebied van de Unie brengen van specimens van beschermde dier- of plantensoorten genoemd in bijlage A of B van de CITES-Basisverordening, is vereist:
-
een invoervergunning (vooraf afgegeven door Rijksdienst voor Ondernemend Nederland/Cites-bureau).
-
een fytosanitair certificaat voorzien van de voorgeschreven clausule (zie ook hoofdstuk 8).
In plaats van deze (Cites) documenten is het ook mogelijk een van de onderstaande (Cites) documenten te overleggen:
-
Een Certificaat voor reizende tentoonstelling (Travelling Exhibition Certificate of TEC). Dit certificaat kan dienen voor specimens die deel uitmaken van reizende tentoonstellingen.
-
Een Certificaat van persoonlijk eigendom (Personal Ownership Certificate of PET). Dit certificaat kan dienen voor levende dieren die rechtmatig eigendom zijn van een natuurlijk persoon en om persoonlijke niet-commerciële reden worden gehouden.
-
Een Certificaat van monsterverzameling. Dit certificaat kan dienen voor een monsterverzameling van dode specimens van in gevangenschap geboren en gefokte diersoorten of kunstmatig gekweekte plantensoorten als de verzameling wordt begeleid door een carnet ATA.
Een muziekinstrumentencertificaat (Musical Instrument Certificate of MIC). Dit certificaat kan dienen voor de niet-commerciële grensoverschrijdende overbrenging van muziekinstrumenten met het oog op onder meer — maar niet uitsluitend — persoonlijk gebruik, optredens, producties (opnames), uitzendingen, onderwijs, tentoonstellingen of wedstrijden.
Voor alle (Cites) documenten geldt dat deze moeten voldoen aan de daarvoor gestelde voorwaarden en bepalingen. De (Cites) documenten worden behandeld in hoofdstuk 8, hier komen de voorwaarden aan de orde.
Naar boven6.2.2 Vereiste (Cites) documenten soorten bijlage C
Om in aanmerking te komen voor vrijstelling van het verbod op het binnen het grondgebied van de Unie brengen van specimens van beschermde dier- of plantensoorten genoemd in bijlage C van de CITES-Basisverordening, is vereist:
-
een kennisgeving van invoer (door de belanghebbende zelf ingevuld)
en -
voor specimens die uit een land komen dat bij de betreffende soort in bijlage C is vermeld een uitvoervergunning
of -
voor specimens die uit een land komen dat niet bij de betreffende soort in bijlage C is vermeld: een uitvoervergunning, wederuitvoercertificaat of een certificaat van oorsprong
of -
een fytosanitair certificaat voorzien van de voorgeschreven clausule (zie ook hoofdstuk 8)
In plaats van deze (Cites) documenten kan ook een Certificaat voor reizende tentoonstelling, een Certificaat van persoonlijke eigendom, een Certificaat van monsterverzameling als de verzameling wordt begeleid door een carnet ATA of een muziekinstrumentencertificaat worden overgelegd.
Naar boven6.2.3 Vereiste (Cites) documenten soorten bijlage D
Om in aanmerking te komen voor vrijstelling van het verbod op het binnen het grondgebied van de Unie brengen van specimens van beschermde dier- of plantensoorten genoemd in bijlage D van de CITES-Basisverordening, is alleen een kennisgeving van invoer vereist. Een kennisgeving van invoer wordt door de belanghebbende zelf ingevuld.
Naar boven6.3 Doorvoer
Voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de CITES-Basisverordening is vrijstelling mogelijk van het overleggen van verplichte documenten voor invoer in de Unie wanneer sprake is van doorvoer: het binnen en buiten het grondgebied van Nederland brengen en het vervoeren van specimens die vanuit een derde land zijn verzonden en via Nederland naar een ander derde land gaan.
Voorwaarden vrijstelling
De vrijstelling geldt als:
-
er sprake is van doorvoer in de zin van de Basisverordening: het vervoeren van specimens tussen twee punten buiten de Unie via het grondgebied van de Unie, naar een met name genoemde consignataris en zonder andere onderbrekingen van de reis dan die welke bij deze vorm van vervoer onvermijdelijk zijn (CITES-Basisverordening, artikel 2, letter v)
-
de specimens de Unie binnenkomen op een aangewezen douanekantoor (CITES-Basisverordening, artikel 12)
-
de belanghebbende een geldige uitvoervergunning of geldig wederuitvoercertificaat, afgegeven in het derde land van uitvoer of wederuitvoer, kan overleggen (CITES-Basisverordening, artikel 7, lid 2) voor:
-
specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage A van de CITES-Basisverordening
of -
voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage B van de CITES-Basisverordening met de toevoeging (I) of (II)
-
-
in de vergunning of het certificaat een derde land als bestemming is vermeld.
Bij de doorvoer van specimens genoemd in bijlage B van de CITES-Basisverordening zonder de toevoeging (II) en voor specimens genoemd in bijlage C of D van de CITES-Basisverordening, is de overlegging van (Cites) documenten niet vereist.
Naar boven6.4 Vervoer in Nederland
Voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de CITES-Basisverordening is vrijstelling mogelijk van het verbod op het vervoer in Nederland.
De Douane houdt geen toezicht op specimens die zich in het vrije verkeer van de Unie bevinden. Dat is een taak van de NVWA en de politie. Bij een redelijk vermoeden van een strafbaar feit ten aanzien van specimens die zich in het vrije verkeer bevinden, kan de BFC-CA-er besluiten om te melden bij de NVWA of aangifte te doen.
Naar boven6.5 Uitvoer en wederuitvoer
Voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de CITES-Basisverordening is bij uitvoer en wederuitvoer vrijstelling mogelijk van het verbod op het:
-
binnen en buiten het grondgebied van Nederland brengen
-
vervoer in Nederland met het oog op de uitvoer of wederuitvoer
De vrijstelling is van toepassing op specimens die vanuit Nederland of vanuit een andere lidstaat via Nederland buiten het grondgebied van de Unie worden gebracht.
Voorwaarden vrijstelling uitvoer of wederuitvoer
De vrijstelling van het verbod op het binnen en buiten het grondgebied van Nederland brengen bij uitvoer en wederuitvoer is van toepassing op specimens genoemd in de bijlagen van de CITES-Basisverordening van beschermde dier- of plantensoorten. De vrijstelling geldt als:
-
de formaliteiten voor uitvoer of wederuitvoer van de specimens worden vervuld op een
aangewezen douanekantoor -
(vooraf) op dat kantoor de vereiste (Cites) documenten zijn overgelegd voor specimens van soorten genoemd in bijlagen A, B of C van de CITES-Basisverordening
Vereiste (Cites) documenten soorten bijlage A, B en C
Om in aanmerking te komen voor vrijstelling van het verbod op het binnen en buiten het grondgebied van Nederland brengen van specimens genoemd in bijlagen A, B of C van de CITES-Basisverordening (CITES-Basisverordening, artikel 5, lid 1 en lid 4) is vereist:
-
Bij uitvoer of wederuitvoer uit Nederland: een uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat die of dat voldoet aan de gestelde voorwaarden en bepalingen.
-
Bij uitvoer of wederuitvoer vanuit een andere lidstaat via Nederland: een uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat die/dat voldoet aan de gestelde voorwaarden en bepalingen.
-
Een fytosanitair certificaat dat voldoet aan de gestelde voorwaarden en bepalingen (CITES-Uitvoeringsverordening art 17).
In plaats van deze (Cites) documenten is ook mogelijk:
Een Certificaat voor reizende tentoonstelling, een Certificaat van persoonlijk eigendom, een Certificaat van monsterverzameling of een muziekinstrumentencertificaat.
Voorwaarden vrijstelling vervoer vóór uitvoer of wederuitvoer
Er zijn (Cites) documenten vereist om in aanmerking te komen voor vrijstelling van het verbod op het vervoer met het oog op de uitvoer of wederuitvoer van specimens van:
-
beschermde dier- of plantensoorten genoemd in bijlage A van de CITES-
Basisverordening -
beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlagen B of C van de CITES-Basisverordening
Hiervoor dienen (Cites) documenten die zijn vereist voor de uitvoer of de wederuitvoer.
Geen (Cites) documenten soorten bijlage D
Er zijn geen (Cites) documenten vereist voor de uitvoer of de wederuitvoer en het vervoer van specimens van soorten genoemd in bijlage D van de CITES-Basisverordening.
Naar boven6.6 Persoonlijke bezittingen of huisraad
Voor dode specimens genoemd in de bijlagen van de CITES-Basisverordening, die tot de persoonlijke bezittingen of huisraad behoren, is vrijstelling mogelijk van het verbod op het:
-
binnen het grondgebied van Nederland brengen en het vervoer binnen Nederland
-
buiten het grondgebied van Nederland brengen en het vervoer binnen Nederland.
Voorwaarde vrijstelling persoonlijke bezittingen of huisraad
De vrijstelling voor persoonlijke bezittingen en huisraad is alleen van toepassing indien wordt voldaan aan de voorwaarden van de CITES-Uitvoeringsverordening, artikel 57 of artikel 58. Dit is hieronder verder uitgewerkt.
Naar boven6.6.1 Binnenbrengen en vervoer persoonlijke bezittingen of huisraad
Algemene voorwaarden vrijstelling
De vrijstelling van het verbod op het binnen het grondgebied van Nederland brengen en het vervoer binnen Nederland voor dode specimens (met inbegrip van jachttrofeeën) die onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen geldt als de specimens:
-
de Unie binnenkomen op een aangewezen douanekantoor;
-
voldoen aan de algemene bepalingen (CITES-Uitvoeringsverordening artikel 57).
De specimens:-
mogen niet met commerciële bedoelingen de Unie worden binnengebracht of vervoerd
en moeten -
deel uitmaken van de persoonlijke bagage van reizigers uit derde landen
of -
deel uitmaken van persoonlijke bezittingen van natuurlijke personen die, komende vanuit een derde land, verhuizen naar de EU
of -
jachttrofeeën zijn die door een reiziger zijn verworven en op een latere datum worden ingevoerd.
Voor jachttrofeeën geldt dat deze door de reiziger zelf moeten zijn bejaagd. Als iemand in een derde land gaat jagen, mag hij het dier dat hij zelf gejaagd heeft als persoonlijke bezitting of huisraad mee terugnemen, of indien het specimen bijvoorbeeld nog moet worden geprepareerd later invoeren. Binnenbrengen vindt hiermee plaats door of namens de jager.
-
Specifieke bepalingen vrijstelling dode specimens bijlage A
Als wordt voldaan aan de algemene voorwaarden geldt de vrijstelling voor dode specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage A van de CITES-Basisverordening die onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen voor:
-
Reizigers en bemanningsleden van vliegtuigen en schepen, die geacht worden hun normale verblijfplaats niet in de Unie te hebben. Er is alleen een uitvoervergunning van het land buiten de Unie nodig als nationale wetgeving van dat land het vereist. De controle op deze eis wordt door het land van uitvoer gedaan.
-
Het opnieuw binnenbrengen (wederinvoer) in de Unie door een gewoonlijk in de Unie verblijvende persoon. De vrijstelling geldt als belanghebbende één van de volgende (Cites) documenten overlegt (CITES-Uitvoeringsverordening, artikel 57, lid 4):
-
een door de Douane in de Unie geviseerde "kopie voor de houder" van een eerder gebruikte communautaire invoervergunning of uitvoervergunning
of -
een (door de Douane in een derde land geviseerde) kopie van in een derde land afgegeven uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat
of -
een bewijs dat de specimens in de Unie zijn verworven (bijvoorbeeld een factuur of een ontvangstbevestiging)
of -
een invoervergunning (afgegeven door het EU-land van bestemming)
-
Geen vrijstelling dode specimens bijlage A eerste keer binnenbrengen
De vrijstelling als persoonlijke bezittingen of huisraad is niet mogelijk voor dode specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage A van de CITES-Basisverordening, die (CITES-Uitvoeringsverordening, artikel 57, lid 2) voor de eerste keer worden binnengebracht in de Unie door een gewoonlijk in de Unie verblijvende persoon of een persoon die zich daar gaat vestigen.
In deze gevallen moeten een uitvoervergunning en een invoervergunning worden overgelegd.
Specifieke bepalingen vrijstelling dode specimens bijlage B
Als wordt voldaan aan de algemene voorwaarden geldt vrijstelling voor dode specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage B van de CITES-Basisverordening die onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen:
-
Voor reizigers en bemanningsleden van vliegtuigen en schepen die geacht worden hun normale verblijfplaats niet in de Unie te hebben zijn geen (Cites) documenten vereist. Dit geldt zolang de specimens niet worden gebruikt voor commerciële doeleinden of cadeau worden gegeven en zolang de specimens in de persoonlijke bagage respectievelijk persoonlijke bezittingen worden vervoerd. Er is alleen een uitvoervergunning van het land buiten de Unie nodig als nationale wetgeving van dat land dit vereist. De controle op deze eis wordt door het land van uitvoer gedaan.
-
Bij de eerste keer binnenbrengen in de Unie door een persoon die zich gaat vestigen in de Unie is een uitvoervergunning afgegeven door het land van oorsprong van het specimen nodig.
-
Bij de eerste keer binnenbrengen in de Unie door een gewoonlijk in de Unie verblijvende persoon geldt de vrijstelling als belanghebbende het origineel en een kopie voor de houder van een in een derde land afgegeven uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat overlegt (CITES-Uitvoeringsverordening, artikel 57, lid 3). Let op: voor jachttrofeeën van specimen opgenomen in bijlage XIII van de CITES-Uitvoeringsverordening geldt dat er wel een invoervergunning nodig is.
-
Bij het opnieuw binnenbrengen in de Unie door een gewoonlijk in de Unie verblijvende persoon geldt de vrijstelling als de belanghebbende één van de volgende (Cites) documenten overlegt (CITES-Uitvoeringsverordening, artikel 57, lid 4):
-
een door de Douane in de Unie geviseerde "kopie voor de houder" van een eerder gebruikte communautaire invoervergunning of
uitvoervergunning -
een (bij eerder binnenbrengen door de Douane geviseerde) kopie voor de houder van een in een derde land afgegeven uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat
-
een bewijs dat de specimens in de Unie zijn verworven.
-
Bij het binnenbrengen in de Unie door een gewoonlijk in de Unie verblijvende persoon is de overlegging van (Cites) documenten niet vereist voor (artikel 57 lid 5 CITES-Uitvoeringsverordening):
-
maximaal 125 gram kaviaar van steursoorten (Acipenseriformes spp.) per persoon in recipiënten die individueel zijn gemerkt met niet-herbruikbare etiketten in overeenstemming met artikel 66 lid 6 CITES-Uitvoeringsverordening
-
ten hoogste drie "rainsticks" van Cactacea spp. (cactussen) per persoon
-
ten hoogste vier dode, bewerkte specimens van Crocodylia spp. per persoon (kaaimannen, krokodillen en alligators) met uitzondering van vlees en jachttrofeeën
-
ten hoogste drie schelpen van Strombus gigas (karko of roze vleugelhoorn) per persoon
-
ten hoogste vier dode specimens van Hippocampus (zeepaardjes) per persoon
-
ten hoogste drie specimens schelpen van Tridacnidae (doopvontschelpen) per persoon, in totaal niet meer dan 3 kg, waarbij een specimen één intacte schelp of twee bij elkaar passende helften kan omvatten
-
specimens van agarhout (Aquilaria spp. en Gyrinops spp.): ten hoogste één kg houtspaanders, 24 ml olie en twee reeksen kralen of gebedskettingen (of twee halskettingen of armbanden) per persoon.
Komen er hoeveelheden binnen die groter zijn dan de aangegeven vrijstelling, dan is er een (Cites) document nodig voor het gedeelte wat boven de vrijstelling aanwezig is.
Vrijstelling dode specimens Bijlagen C en D
Als wordt voldaan aan de algemene voorwaarden geldt vrijstelling voor dode specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage C of D van de CITES-Basisverordening die onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen. Er zijn geen (Cites) documenten vereist. De vrijstelling geldt voor iedere reiziger ongeacht de normale verblijfplaats.
Normale verblijfplaats bemanningslid schip
Een bemanningslid met een niet-Unie-nationaliteit die meer dan 185 dagen per jaar aan boord verblijft van een onder een vlag van een lidstaat van de Unie varend schip, wordt aangemerkt als een "gewoonlijk in de Unie verblijvend persoon".
Tabel overzicht vrijstelling persoonlijke bezittingen en huisraad
Alleen van toepassing voor dode specimen van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de CITES-Basisverordening die:
-
onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen
-
voldoen aan de bepalingen in CITES-Uitvoeringsverordening, artikel 57.
Dieren en planten |
Reiziger met normale verblijfplaats in Unie |
Vestiging van normale verblijfplaats in Unie |
Reiziger met normale verblijfplaats niet in Unie |
---|---|---|---|
Dode specimens Bijlage A |
Eerste keer binnen-brengen in de Unie: vrijstelling niet van toepassing. Opnieuw binnen-brengen in de Unie. Vrijstelling met:
|
Eerste keer binnen-brengen in de Unie: vrijstelling niet van toepassing. |
Vrijstelling: uitvoerver-gunning van land buiten EU nodig als nationale wetgeving daar dat eist, anders geen documenten. |
Dode specimens Bijlage B:
|
Vrijstelling: geen (Cites) documenten vereist |
Vrijstelling: geen (Cites) documenten vereist |
Vrijstelling: geen (Cites) documenten vereist |
Dode specimens Bijlage B overige |
Eerste keer binnen-brengen in de Unie: vrijstelling met origineel en kopie van in derde land afgegeven uitvoer-vergunning of wederuit-voercertificaat. Voor jachttrofeeen van specimen genoemd in bijlage XIII van de CITES-Uitvoeringsverordening is een invoervergunning nodig. Opnieuw binnen-brengen in de Unie Vrijstelling met:
|
Vrijstelling: uitvoerver-gunning afgegeven door land van oorsprong specimen. Voor jachttrofeeen van specimen genoemd in bijlage XIII van de CITES-Uitvoeringsverordening is een invoervergunning nodig |
Vrijstelling: uitvoerver-gunning van land buiten EU nodig als nationale wetgeving daar dat eist, anders geen documenten |
Dode specimen Bijlage C en D |
Vrijstelling: geen (Cites) documenten vereist |
Vrijstelling: geen (Cites) documenten vereist |
Vrijstelling: geen (Cites) documenten vereist |
Bij reizigers met normale verblijfplaats niet in de Unie geldt dat zij géén invoervergunning nodig hebben voor persoonlijke bezittingen of huisraad van specimens die op bijlage A of B staan. Dit geldt zolang de specimens niet worden gebruikt voor commerciële doeleinden of cadeau worden gegeven en zolang de specimens in de persoonlijke bagage / bezittingen worden vervoerd. Er is alleen een uitvoervergunning van het land buiten de Unie nodig als de nationale wetgeving van dat land dit vereist.
Naar boven6.6.2 Uitvoer en wederuitvoer persoonlijke bezittingen of huisraad
Algemene voorwaarden vrijstelling
-
De vrijstelling van het verbod op het vervoer en het buiten het grondgebied van Nederland brengen voor dode specimens (met inbegrip van jachttrofeeën) die als persoonlijke bezittingen of huisraad worden (weder)uitgevoerd geldt als de specimens voldoen aan de bepalingen in de CITES-Uitvoeringsverordening artikel 58. Zij:
-
mogen niet met commerciële bedoelingen worden vervoerd of buiten de Unie worden gebracht
en moeten -
deel uitmaken van de persoonlijke bagage van reizigers die naar een derde land gaan
of -
deel uitmaken van persoonlijke bezittingen van natuurlijke personen die, komende vanuit de Unie, verhuizen naar een derde land.
Geen vrijstelling uitvoer dode specimen bijlage A en B
De vrijstelling voor persoonlijke bezittingen of huisraad is niet mogelijk bij uitvoer van dode specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage A en B van de CITES-Basisverordening (CITES-Uitvoeringsverordening, artikel 58, lid 2). In deze gevallen is alleen vrijstelling mogelijk als wordt voldaan aan de voorwaarden die gelden bij uitvoer of wederuitvoer uit de Unie.
Specifieke bepalingen vrijstelling wederuitvoer dode specimens bijlage A en B
Als wordt voldaan aan de algemene voorwaarden geldt vrijstelling voor dode specimens van beschermde dier- en plantensoorten (inclusief jachttrofeeën) genoemd in bijlage A en B van de CITES-Basisverordening die onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen bij wederuitvoer door een:
-
gewoonlijk in de Unie verblijvend persoon.
De vrijstelling geldt als de belanghebbende één van de volgende (Cites) documenten overlegt:-
een door de Douane geviseerde "kopie voor de houder" van een eerder gebruikte communautaire invoervergunning of uitvoervergunning
of -
een (door de Douane bij de eerste keer binnenbrengen geviseerde) kopie voor de houder van een in een derde land afgegeven uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat
of -
een bewijs dat de specimens in de Unie werden verworven. Als bewijs kunnen onder meer een factuur of een ontvangstbewijs dienen
-
Let op: Bij de wederuitvoer van hoorn van neushoorns of olifantenivoor in persoonlijke bezittingen of huisraad is de overlegging van een wederuitvoercertificaat aan de Douane altijd vereist.
-
gewoonlijk niet in de Unie verblijvend persoon, deze heeft alleen een uitvoervergunning van het land buiten de Unie nodig als de nationale wetgeving aldaar dat vereist. De controle op deze eis wordt door het land van uitvoer gedaan.
Let op: Bij de wederuitvoer van hoorn van neushoorns of olifantenivoor in persoonlijke bezittingen of huisraad is de overlegging van een wederuitvoercertificaat aan de Douane altijd vereist.
Specifieke bepalingen vrijstelling uitvoer en wederuitvoer bepaalde producten bijlage B
Als wordt voldaan aan de algemene voorwaarden en de specimens onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen, geldt vrijstelling voor:
-
maximaal 125 gram kaviaar van steursoorten (Acipenseriformes spp.) per persoon in recipiënten die individueel zijn gemerkt met niet-herbruikbare etiketten overeenkomstig artikel 66 lid 6 CITES-Uitvoeringsverordening
-
ten hoogste drie "rainsticks" van Cactacea spp. (cactussen) per persoon
-
ten hoogste vier dode, bewerkte specimens van Crocodylia spp. (kaaimannen, krokodillen en alligators) per persoon (met uitzondering van vlees en jachttrofeeën)
-
ten hoogste drie schelpen van Strombus gigas (karko of roze vleugelhoorn) per persoon
-
ten hoogste vier dode specimens van Hippocampus (zeepaardjes) per persoon
-
ten hoogste drie specimens schelpen van Tridacnidae (doopvontschelpen) per persoon, in totaal niet meer dan 3 kg, waarbij een specimen één intacte schelp of twee bij elkaar passende helften kan omvatten
-
specimens van agarhout (Aquilaria spp. en Gyrinops spp.): ten hoogste één kg houtspaanders, 24 ml olie en twee reeksen kralen of gebedskettingen (of twee halskettingen of armbanden) per persoon.
Vrijstelling dode specimens Bijlagen C en D
Als wordt voldaan aan de algemene voorwaarden geldt bij uitvoer of wederuitvoer vrijstelling voor dode specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage C of D van de CITES-Basisverordening die onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen. Er zijn geen (Cites) documenten vereist.
Tabel overzicht vrijstelling persoonlijke bezittingen en huisraad
Alleen van toepassing voor dode specimen genoemd in bijlagen A, B, C of D van de CITES-Basisverordening:
-
die onder persoonlijke bezittingen en huisraad vallen
-
die voldoen aan de bepalingen in de Uitvoeringsverordening, artikel 58
Dieren en planten |
Reiziger met normale verblijfplaats in Unie |
Reiziger met normale verblijfplaats niet in Unie |
---|---|---|
Dode specimen Bijlage A |
Uitvoer Vrijstelling niet van toepassing Wederuitvoer Vrijstelling met:
Let op: Bij de wederuitvoer van hoorn van neushoorns of olifantenivoor in persoonlijke bezittingen of huisraad is de overlegging van een wederuitvoercertificaat aan de Douane altijd vereist |
Uitvoer Vrijstelling niet van toepassing Wederuitvoer Vrijstelling met oorspronkelijke uitvoervergunning van buiten EU als nationale wetgeving daar dat eist, anders geen documenten Let op: Bij de wederuitvoer van hoorn van neushoorns of olifantenivoor in persoonlijke bezittingen of huisraad, die deze persoon heeft verkregen buiten de staat waar hij zijn gewone verblijfplaats heeft, is de overlegging van een wederuitvoercertificaat aan de Douane altijd vereist |
Dode specimens Bijlage B:
|
Uitvoer en wederuitvoer Vrijstelling, geen (Cites) documenten vereist |
Uitvoer en wederuitvoer Vrijstelling, geen (Cites) documenten vereist |
Dode specimens Bijlage B overige |
Uitvoer Vrijstelling niet van toepassing Wederuitvoer Vrijstelling met;
Let op: Bij de wederuitvoer van hoorn van neushoorns of olifantenivoor in persoonlijke bezittingen of huisraad is de overlegging van een wederuitvoercertificaat aan de Douane altijd vereist |
Uitvoer Vrijstelling niet van toepassing Wederuitvoer Vrijstelling: oorspronkelijke uitvoervergunning uit land buiten EU als wetgeving daar dat vereist, anders geen documenten Let op: Bij de wederuitvoer van hoorn van neushoorns of olifantenivoor in persoonlijke bezittingen of huisraad is de overlegging van een wederuitvoercertificaat aan de Douane altijd vereist |
Dode specimens Bijlage C en D |
Uitvoer en wederuitvoer Vrijstelling: geen (Cites) documenten vereist |
Uitvoer en wederuitvoer Vrijstelling: geen (Cites) documenten vereist |
6.7 Specimens voor wetenschappelijke instellingen
Vrijstelling
Er is vrijstelling mogelijk van het verbod op het binnen of buiten het grondgebied van Nederland brengen, vervoeren en onder zich hebben van specimens voor wetenschappelijk onderzoek van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage A, B, C of D van de CITES-Basisverordening. Dit betreft specimens uit herbaria en andere geconserveerde, gedroogde of ingesloten specimens uit musea en levende planten.
Let op de samenloop met de fytosanitaire wet- en regelgeving. Voor levende bewortelde planten geldt bijvoorbeeld een
100% keuringsplicht.
Voorwaarden vrijstelling
De vrijstelling geldt als (CITES-Basisverordening, artikel 7, lid 4 en CITES-Uitvoeringsverordening, artikel 52):
-
de specimens de Unie binnenkomen op een
aangewezen douanekantoor -
de formaliteiten voor uitvoer of wederuitvoer van de specimens worden vervuld op een
aangewezen douanekantoor -
het gaat om uitlening, schenking of uitwisseling voor niet-commerciële doeleinden tussen wetenschappers en wetenschappelijke instellingen die zijn ingeschreven bij een Cites management autoriteit
-
de specimens zijn voorzien van een:
-
"etiket voor wetenschappelijk materiaal" dat voldoet aan de bepalingen in de CITES-Uitvoeringsverordening
of -
een gelijksoortig etiket afgegeven of goedgekeurd door een administratieve instantie van een derde land.
-
Alle erkende wetenschappelijke instellingen hebben hun eigen code, welke zij op het etiket vermelden.
Naar boven