Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

20.03.00 Flora & Fauna

9 Proces aangiftebehandeling en werkzaamheden

Dit hoofdstuk beschrijft de werkzaamheden van de Douane binnen het proces aangiftebehandeling.

Naar boven

9.1 Overzicht werkzaamheden

De Douane houdt toezicht op de naleving van het verbod op het binnen en buiten het grondgebied van Nederland brengen, het vervoer en het voorhanden hebben van beschermde dier- en plantensoorten en producten, eieren en nesten van die soorten.

U controleert op de naleving van deze verboden bij:

  • het binnen het grondgebied van Nederland en de Unie brengen vanuit een derde land

  • de plaatsing onder de douaneregeling uitvoer of de aangifte tot wederuitvoer voor het buiten de Unie brengen

  • de plaatsing onder een bijzondere regeling

Aan de hand van het stappenplan stelt u vast of de wetgeving over beschermde dier- en plantensoorten van toepassing is en wordt nageleefd.

Volg bij een controle of verificatie de aanwijzingen in het bescheidprofiel, het selectieprofiel en/of de controleopdracht.

Selectie voor controle

De behandelfunctionaris in het proces aangiftebehandeling krijgt te maken met werkzaamheden als:

  • Een aangifte voor behandeling is geselecteerd door een bescheidprofiel in het aangiftesysteem (DMS), omdat volgens de goederencode in het gebruikstarief een maatregel van toepassing kan zijn

  • Een aangifte is geselecteerd voor het uitvoeren van een (geïntegreerde) controleopdracht

  • De goederen zijn geselecteerd voor controle door een pre-arrival of pre-departure selectie.

De pre-arrival selectie

Bij de pre-arrival selectie in het proces binnenbrengen wordt geselecteerd op het binnenkomen in de Unie van beschermde of verboden dier- of plantensoorten. De controle vindt onder andere plaats aan de hand van de summiere aangifte.

De pre-arrival selectie vindt plaats om smokkel van beschermde of verboden dier- of plantensoorten te ondervangen. De selectie vindt plaats door:

  • elektronische controle in het systeem Douane Manifest (DMF/ICS2) via de selectiemodule PRISMA

  • handmatige controle van een lucht- of zeevaartmanifest

De pre-departure selectie

Bij de pre-departureselectie in het proces uitgaan wordt geselecteerd op het uitgaan uit de Unie van beschermde of verboden dier- of plantensoorten. De pre-departureselectie vindt ook plaats om smokkel van beschermde of verboden dier- of plantensoorten te ondervangen.

De selectie vindt onder andere plaats door:

  • Elektronische controle in het Automated Export System (AES)

  • Handmatige controle van een uitgaand lucht- of zeevaartmanifest

Naar boven

9.2 Werkzaamheden binnen de Unie brengen

U verricht de volgende werkzaamheden bij de controle van de summiere aangifte of een toegestane douaneaangifte.

U volgt onderstaande stappen. Indien nodig geeft u opdracht tot een fysieke controle of een monsteronderzoek.

  1. Het betreft een specimen van een beschermde dier- of plantensoort genoemd in de bijlagen van de

    Basisverordening:
    1. met bestemming Nederland of een andere lidstaat. Controleer en behandel:

    2. met bestemming doorvoer.
      Controleer een in een derde land afgeven uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat.

    3. specimens voor wetenschappelijk onderzoek. Controleer het etiket voor wetenschappelijk materiaal.

    4. persoonlijke bezittingen en huisraad. Controleer en behandel documenten voor persoonlijke bezittingen of huisraad.

  2. Het betreft beschermde of verboden dieren of planten van soorten niet genoemd in de bijlagen van de Basisverordening (zoals IUS), producten van die dieren of planten of eieren of nesten van die dieren. Stel vast of voor het verbod op het grondgebied van Nederland brengen en het vervoeren binnen Nederland

    een uitzondering mogelijk is en wordt voldaan aan de voorwaarden voor die uitzondering.

  3. Houd de verificatie aan en geef de goederen niet vrij of geen toestemming tot wegvoering als u twijfelt aan de juistheid of geldigheid van een document of als u wilt onderzoeken of het een specimen van een beschermde of verboden soort betreft (DWU, artikel 188).

  4. Handel een (vermoedelijke) onregelmatigheid op de voorgeschreven wijze af.

    Neem altijd contact op met de vraagbaak.

Opdracht fysieke controle

U geeft opdracht voor een fysieke controle:

  • volgens de controleopdracht

  • als u twijfelt aan de juistheid van een aangifte

  • als u twijfelt of wilt controleren of een overgelegd document kan dienen

    als document
  • om vast te stellen of aangewezen specimens zijn voorzien van een merkteken overeenkomstig een document.

Bij een fysieke controle geeft u opdracht om:

Zorg ervoor dat:

  • de vraagstelling in de controleopdracht duidelijk is

  • alle relevante gegevens en stukken zijn bijgevoegd of op het memo zijn vermeld

  • de medewerker in het proces fysiek toezicht contact met u opneemt als hij niet in staat is of niet de specifieke kennis heeft om de opdracht uit te voeren

Monsteronderzoek laboratorium

U stelt een monsteronderzoek in als dat nodig is om vast te stellen of het een dier, een plant, een product van een dier of plant, of eieren of nesten van een dier betreft en tot welke soort het dier of de plant behoort. U doet dat in samenwerking met de vraagbaak.

In afwachting van de uitslag van het laboratoriumonderzoek geeft u de goederen niet vrij. In overleg met de vraagbaak kunnen de goederen wel overgebracht worden naar een ander opslagpunt.

Naar boven

9.2.1 Invoervergunning

Bij controle van een invoervergunning voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit) en de kopie voor de houder (formulier 2, kleur geel). Controleer of de vergunning:

    • kan dienen voor het binnenbrengen in de Unie met bestemming Nederland of een andere lidstaat inclusief vervoer naar de bestemming

    • geldig is en voldoet aan de andere bepalingen in de Uitvoeringsverordening

  2. Controleer of de vereiste documenten van het land van uitvoer of wederuitvoer (zie vak 24 van de vergunning):

    • zijn ingeleverd bij de CITES Management Autoriteit van de lidstaat die de vergunning heeft afgegeven (in Nederland het CITES-bureau) of

    • bij de Douane op het kantoor van binnenkomst in de Unie moeten worden ingeleverd. In dit geval controleert u of een in een derde land afgegeven uitvoervergunning, wederuitvoercertificaat of fytosanitair certificaat voldoet aan bepalingen in de Uitvoeringsverordening. Indien aan bovenstaande niet is voldaan, moet de overgelegde vergunning als ongeldig worden ingetrokken en worden opgestuurd naar het CITES-bureau. De specimen worden in beslag genomen.

  3. Neem de invoervergunning in en vul vak 27 op elk exemplaar van de vergunning volledig in, ook de werkelijk ingevoerde hoeveelheid en nettomassa en, als het een vergunning voor levende dieren betreft, het aantal dode dieren bij aankomst.

    Als vak 9 (netto gewicht) is ingevuld dan vul je in vak 27 netto gewicht in, als vak 10 (aantallen) is ingevuld dan vul je in vak 27 aantallen in. Het is niet toegestaan om het restant van de vergunning voor een volgende zending te gebruiken als minder specimens worden ingevoerd dan op de vergunning is vermeld!

    1. Er vindt een fysieke opname van de onderhavige goederen plaats. De aantallen worden daarbij daadwerkelijk (geheel) geteld. Het bevonden aantal wordt per soort vermeld in vak 27 met daarbij de vermelding "aantal fysiek vastgesteld".

    2. Er vindt een controle plaats aan de hand van de bescheiden. Deze aantallen roepen geen onduidelijkheden en/of twijfels op bij de verifiërend ambtenaar. In vak 27 van de invoervergunning wordt vermeld "aantal conform aan de hand van bescheiden vastgesteld".

    3. Indien het bovenstaande niet kan worden toegepast in verband met onduidelijkheden en/of twijfels en bij een daadwerkelijke opname van de goederen blijkt dat tellen niet mogelijk is (risico’s, hoeveelheid, verpakking enz.), wordt aan de hand van de aanwezige gegevens in vak 27 vermeld “aantal geschat”.

  4. Vermeld op eventuele bijlagen voor elke soort afzonderlijk de gegevens in het daarvoor bestemde vak op de bijlage. De aantallen van de verschillende soorten mogen niet bij elkaar worden opgeteld. Het aantal kan ook bepaald worden aan de hand van andere bescheiden zoals bijvoorbeeld de pakbon of de factuur.

  5. Vermeld ook in vak 27 het nummer en de soort van het douanedocument (van belang voor een controle na invoer).

  6. Zet uw handtekening, uw naam en een afdruk van een metalen dienststempel op elk exemplaar van de vergunning.

  7. Splits de geviseerde invoervergunning. Stuur het origineel (formulier 1) - en indien van toepassing de originele bijlagen - naar het CITES-bureau. Stuur een overgelegde uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat mee met het origineel van de invoervergunning.

    Geef de kopie voor de houder (formulier 2) - en in voorkomend geval die van de bijlagen - na visering terug aan de belanghebbende.

Invoervergunning afgegeven in een andere lidstaat

Als de bestemming een andere lidstaat van de Unie is (en de invoervergunning door de CITES Management Autoriteit van die lidstaat is afgegeven) wordt ook bovengenoemde procedure gevolgd. Het CITES-bureau zorgt voor het doorsturen van de documenten naar de CITES Management Autoriteit van die lidstaat.

Naar boven

9.2.2 Kennisgeving van invoer

Bij controle van een kennisgeving van invoer voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit) en de kopie voor de invoerder (formulier 2, kleur geel) van de kennisgeving van invoer. Dit formulier is niet behandeld door een CITES Management Autoriteit. Controleer of de kennisgeving:

  2. Controleer of voor een soort genoemd in bijlage C van de Basisverordening een in het land van (weder)uitvoer afgegeven uitvoervergunning, wederuitvoercertificaat, fytosanitair certificaat of certificaat van oorsprong bij de kennisgeving is gevoegd en of dit voldoet aan de bepalingen in de Uitvoeringsverordening. Het binnenbrengen in de Unie is niet toegestaan als het document van het land van (weder)uitvoer niet aanwezig is.

  3. Vul vak 14 van beide formulieren van de kennisgeving in met het nummer en de soort van het douanedocument.

  4. Plaats uw handtekening en een afdruk van een metalen dienststempel.

  5. Splits de kennisgeving van invoer. Stuur het origineel naar het CITES-bureau. Stuur een overgelegde uitvoervergunning, wederuitvoercertificaat of een overgelegd certificaat van oorsprong mee met het origineel van de kennisgeving. Geef de kopie voor de invoerder terug aan de belanghebbende. Waarmerk het originele fytosanitair certificaat en geef het terug aan belanghebbende.

Naar boven

9.2.3 Certificaat voor reizende tentoonstellingen (TEC)

Bij gebruik van een certificaat voor reizende tentoonstellingen (TEC-certificate) voor het binnenbrengen in de Unie van een reizende tentoonstelling van specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening, kunnen zich twee situaties voordoen:

  1. De tentoonstelling komt van oorsprong uit een derde land en wordt tijdelijk naar de Unie gebracht. Er moeten 2 certificaten worden overgelegd: een certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land van oorsprong en een certificaat afgeven door een CITES Management Autoriteit van een lidstaat.

  2. De tentoonstelling komt van oorsprong uit een lidstaat van de EU en wordt weer binnen de Unie gebracht. Er moet een certificaat worden overgelegd afgeven door de CITES Management Autoriteit in de lidstaat van oorsprong.

Ad 1: Reizende tentoonstelling van oorsprong uit een derde land

Bij controle van een certificaat voor een reizende tentoonstelling die van oorsprong uit een derde land komt, verricht u de volgende werkzaamheden (Uitvoeringsverordening, artikel 35 lid 2):

  1. U ontvangt:

    • het origineel (formulier 1, kleur geel) van het certificaat en het origineel (kleur wit) van het vervolgblad afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land van oorsprong

    • het origineel (formulier 1, kleur geel) van het certificaat en het origineel (kleur wit) en een kopie van het vervolgblad, afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat. Het door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat afgegeven certificaat is alleen geldig als het vergezeld gaat van het certificaat dat is afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land.

  2. Controleer of de certificaten:

  3. Vermeld op de originele vervolgbladen en op de kopie van het vervolgblad het douanekantoor van invoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Geef de originele certificaten en de originele vervolgbladen terug aan de houder.

  5. Stuur de kopie van het vervolgblad naar het CITES-bureau.

Ad 2: Reizende tentoonstelling van oorsprong uit een lidstaat

Bij controle van een certificaat voor een reizende tentoonstelling dat van oorsprong uit een lidstaat komt, verricht u de volgende werkzaamheden (Uitvoeringsverordening, artikel 35 lid 1):

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur geel) van het certificaat en het origineel (kleur wit) en een kopie van het vervolgblad afgegeven door de CITES Management Autoriteit van de EU-lidstaat van oorsprong.

  2. Controleer of het certificaat:

  3. Vermeld op het origineel en op de kopie van het vervolgblad het douanekantoor van invoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Geef het originele certificaat en het originele vervolgblad terug aan de houder.

  5. Stuur de geviseerde kopie van het vervolgblad naar het CITES-bureau

    .
Naar boven

9.2.4 Certificaat van persoonlijke eigendom (PET)

Bij gebruik van een certificaat van persoonlijke eigendom (PET-certificate) voor het binnenbrengen in de Unie van een levend dier (LET OP: dit kan alleen op Schiphol en in Maastricht) van een beschermde soort genoemd in de bijlagen van de Basisverordening als persoonlijk eigendom, kunnen zich twee situaties voordoen:

  1. Het dier komt uit een derde land en wordt tijdelijk naar de Unie gebracht.

    • Er moeten 2 certificaten worden overgelegd: een certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land en een certificaat afgegeven door een CITES Management Autoriteit van een lidstaat.

  2. Het dier komt uit een lidstaat van de EU en wordt weer binnen de Unie gebracht.

Ad 1: Persoonlijk eigendom uit een derde land

Bij controle van een certificaat van persoonlijke eigendom voor een levend dier dat uit een derde land komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt:

    • het origineel (formulier 1, kleur wit) van het certificaat en het origineel (kleur wit) van het vervolgblad afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land en

    • het origineel (formulier 1, kleur wit) van het certificaat en het origineel (kleur wit) en een kopie van het vervolgblad, afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat. Het door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat afgegeven certificaat is alleen geldig als het vergezeld gaat van het certificaat dat is afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land.

  2. Controleer of de certificaten:

  3. Vermeld op de originele vervolgbladen en op de kopie van het vervolgblad het douanekantoor van invoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Geef de originele certificaten en de originele vervolgbladen terug aan de houder.

  5. Stuur de kopie van het vervolgblad naar het CITES-bureau.

Ad 2: Persoonlijk eigendom uit een lidstaat

Bij controle van een certificaat van persoonlijke eigendom voor een levend dier dat uit een lidstaat komt, verricht u de volgende werkzaamheden (Uitvoeringsverordening, artikel 42 lid 2):

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit) van het certificaat en het origineel (kleur wit) en een kopie van het vervolgblad afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een Unie-lidstaat.

  2. Controleer of het certificaat:

  3. Vermeld op het origineel en op de kopie van het vervolgblad het douanekantoor van invoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Geef het originele certificaat en het originele vervolgblad terug aan de houder.

  5. Stuur de geviseerde kopie van het vervolgblad naar het CITES-bureau.

Naar boven

9.2.5 Certificaat van monsterverzameling

Bij gebruik van een certificaat van monsterverzameling voor dode specimens van in gevangenschap geboren en gefokte dieren of kunstmatig gekweekte planten van een beschermde soort genoemd in bijlage A, B of C van de Basisverordening, kunnen zich drie situaties voordoen (Uitvoeringsverordening, artikel 44septies):

  1. De monsterverzameling komt uit een derde land en wordt voor de eerste keer tijdelijk binnen de Unie gebracht met een carnet ATA. Er moeten 2 certificaten worden overgelegd:

    • een certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat en

    • een soortgelijk certificaat afgegeven door een CITES Management Autoriteit in het derde land.

  2. De monsterverzameling komt uit een derde land en wordt opnieuw tijdelijk binnen de Unie gebracht met het carnet ATA dat is gebruikt bij het voor de eerste keer binnenbrengen in de Unie. Er moeten 2 certificaten worden overgelegd:

    • een certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat dat is behandeld door de Douane van een lidstaat en

    • een soortgelijk certificaat afgegeven door een CITES Management Autoriteit in het derde land.

  3. De monsterverzameling komt uit een lidstaat van de Unie en wordt weer binnen de Unie gebracht met het carnet ATA dat is gebruikt voor de tijdelijke uitvoer uit de Unie.

    • Er moet een certificaat worden overgelegd dat is afgegeven door de CITES Management Autoriteit in een lidstaat en is behandeld door de Douane van een lidstaat.

Carnet ATA

Een certificaat van monsterverzameling mag alleen worden gebruikt voor een verzameling die wordt begeleid door een carnet ATA. U behandelt het carnet volgens de instructies in het Handboek Douane, onderdeel 14.60.00.

Monsterverzameling uit een derde land

Bij controle van een Certificaat van monsterverzameling voor een monsterverzameling die uit een derde land komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

De verzameling wordt voor de eerste keer tijdelijk binnen de Unie gebracht.

  1. U ontvangt:

    • het origineel (formulier 1, kleur wit), de kopie voor de houder (formulier 2, kleur geel) en de kopie voor terugzending door de Douane aan de instantie van afgifte (formulier 3, kleur lichtgroen), afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat en

    • het origineel van een soortgelijk certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land. Het door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat afgegeven certificaat is alleen geldig als het vergezeld gaat van het certificaat dat is afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land.

  2. Controleer of de certificaten:

  3. Vul vak 27 volledig in op elk formulier van het in een lidstaat afgegeven certificaat:

    • Vermeld de werkelijk ingevoerde hoeveelheid of nettomassa. Vermeld op eventuele bijlagen deze gegevens in het onderste vak, voor elke soort afzonderlijk. De gegevens van de verschillende soorten mogen niet bij elkaar opgeteld worden. Als het nodig is kunnen de gegevens ook geschat worden

    • Vermeld het nummer van het carnet ATA als dat niet in vak 23 is ingevuld

    • Zet uw handtekening, uw naam en op elk formulier van de vergunning een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Splits het geviseerde certificaat. .

    • Geef de formulieren 1 en 2 terug aan de exporteur.

    • Stuur formulier 3 naar het CITES-bureau

    • Geef het origineel van het in een derde land afgegeven certificaat terug aan de exporteur.

De verzameling wordt opnieuw tijdelijk binnen de Unie gebracht met het carnet ATA.

  1. U ontvangt:

    • het origineel (formulier 1, kleur wit) afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat, en een fotokopie van het origineel (of u maakt een fotokopie van het origineel) en

    • het origineel van een soortgelijk certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land. Het door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat afgegeven certificaat is alleen geldig als het vergezeld gaat van het certificaat dat is afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land.

  2. Controleer of de certificaten:

  3. Controleer of het origineel van het in een lidstaat afgegeven certificaat is behandeld door de Douane van een lidstaat bij de eerste binnenkomt van de verzameling in de Unie.

  4. Vermeld op de fotokopie van het certificaat het douanekantoor van invoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  5. Geef de originele certificaten terug aan de houder.

  6. Stuur de geviseerde fotokopie naar het CITES-bureau.

Ad 3: Monsterverzameling uit een lidstaat

Bij controle van een Certificaat van monsterverzameling voor een monsterverzameling die uit een lidstaat komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit) afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat en een fotokopie van het origineel (of u maakt een fotokopie van het origineel)

  2. Controleer of het certificaat:

  3. Controleer of het origineel van het in een lidstaat afgegeven certificaat is behandeld door de Douane van een lidstaat bij de eerste uitvoer van de verzameling uit de Unie.

  4. Vermeld op de fotokopie van het certificaat het douanekantoor van invoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  5. Geef het originele certificaat terug aan de houder.

  6. Stuur de geviseerde fotokopie naar het CITES-bureau.

Naar boven

9.2.6 Doorvoer met uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat

Bij controle van doorvoer over het grondgebied van de Unie van specimens genoemd in de bijlage A of B van de Basisverordening, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. Verzoek de belanghebbende om een in een derde land afgegeven uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat te overleggen voor:

    • specimens genoemd in bijlage A van de Basisverordening en

    • de specimens in bijlage B van de Basisverordening met de toevoeging (I) of (II)

  2. Controleer of:

    • er sprake is van doorvoer

    • de specimens bestemd zijn voor een derde land volgens de vergunning of het certificaat

    • de vergunning of het certificaat geldig is en voldoet aan de andere bepalingen in de Uitvoeringsverordening.

  3. Behandel de vergunning of het wederuitvoercertificaat niet en geef deze terug aan de houder.

Naar boven

9.2.7 Etiket voor wetenschappelijk materiaal

Bij controle van een etiket voor wetenschappelijk materiaal voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. Controleer of:

    • elk specimen is voorzien van een etike

      t. Om dit te kunnen vaststellen is een controleopdracht voor de fysiek toezicht medewerker vereist
    • het etiket kan dienen voor het binnenbrengen in de Unie inclusief vervoer naar de bestemming

    • de etiketten voldoen aan de bepalingen in de Uitvoeringsverordening. U kunt bij RVO.nl navragen of het op het etiket vermelde registratienummer is toegekend

    • de vakken 1 t/m 5 op de etiketten zijn ingevuld.

  2. De wetenschappelijke instelling of wetenschapper stuurt zelf het onderste deel van het etiket naar de CITES Management Autoriteit die de instelling of wetenschapper geregistreerd heeft. U

    heeft daar geen taak in.

Naar boven

9.2.8 Documenten voor persoonlijke bezittingen en huisraad

Bij controle van documenten voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage A of B Basisverordening, die onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt het origineel en de kopie van een in een derde land afgegeven uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat voor een specimen genoemd in Bijlage B van de Basisverordening. Controleer of:

  2. Plaats uw naam, handtekening en een afdruk van een metalen dienststempel op het origineel en de kopie.

  3. Stuur het origineel naar het CITES-bureau.

  4. Geef de kopie terug aan de belanghebbende.

Kopie van een invoervergunning, uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat, bewijs

  1. U ontvangt een kopie van een invoervergunning, uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat, of een bewijs dat de specimens in de Unie werden verworven voor een specimen genoemd in bijlage A of bijlage B van de Basisverordening.

  2. Controleer of de kopie of het bewijs kan dienen voor het opnieuw binnenbrengen door een gewoonlijk in de Unie verblijvende persoon.

  3. Controleer of:

  4. Geef de kopie of het bewijs terug aan de belanghebbende.

Naar boven

9.2.9 Muziekinstrumentencertificaat (CITES)

Bij controle van een muziekinstrumentencertificaat verricht u de volgende werkzaamheden (Uitvoeringsverordening, artikel 45, lid 1):

  • U krijgt een origineel van het certificaat en een origineel en een kopie van een vervolgblad. Dit vervolgblad moet u afstempelen en ondertekenen.

  • U geeft de originele exemplaren terug en stuurt de geviseerde kopie naar het CITES-bureau.

Naar boven

9.2.10 Ontheffing IUS

Bij controle van een ontheffing IUS verricht u de volgende werkzaamheden:

U kijkt of de ontheffing ingevuld en ondertekend is volgens de voorwaarden genoemd in de Sjabloonverordening.

Naar boven

9.3 Werkzaamheden bij uitvoer en wederuitvoer

U verricht de volgende werkzaamheden bij de controle van de aangifte tot plaatsing onder de douaneregeling uitvoer of de aangifte voor de douanebestemming wederuitvoer.

U volgt het onderstaande stappenplan. Indien nodig geeft u opdracht tot een fysieke controle of een monsteronderzoek.

  1. Het betreft een specimen van een beschermde dier- of plantensoort genoemd in de bijlagen van de

    Basisverordening:
    1. bij uitvoer of wederuitvoer, controleer en behandel:

    2. voor specimens voor wetenschappelijk onderzoek, controleer het etiket voor wetenschappelijk materiaal.

    3. voor persoonlijke bezittingen en huisraad, controleer en behandel documenten voor persoonlijke bezittingen of huisraad.

  2. Het betreft beschermde of verboden dieren of planten van soorten niet genoemd in de bijlagen van de Basisverordening, producten van die dieren of planten of eieren of nesten van die dieren: stel vast of voor het verbod op het buiten het grondgebied van Nederland brengen en het vervoeren binnen Nederland

    een uitzondering mogelijk is en wordt voldaan aan de bepalingen die van toepassing zijn op

    die uitzondering.
  3. Houd de verificatie aan en geef de goederen niet vrij of geen toestemming tot wegvoering als u twijfelt aan de juistheid of geldigheid van een document of als u wilt onderzoeken of het een specimen van een beschermde soort betreft (DWU, artikel 188).

  4. Handel een (vermoedelijke) onregelmatigheid op de voorgeschreven wijze af.

    Neem hiervoor altijd contact op met de vraagbaak.
Naar boven

9.3.1 Uitvoervergunning / wederuitvoercertificaat

Bij uitvoer of wederuitvoer van levende dieren van beschermde soorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening kunnen zich twee situaties voordoen (toepassing UVo.DWU, artikel 221, lid 2 en 3):

  1. De aangifte wordt gedaan op een douanekantoor dat niet is aangewezen voor levende dieren.

  2. De aangifte wordt gedaan op een douanekantoor dat is aangewezen voor levende dieren.

Voor andere specimens van beschermde soorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening zijn alle douanekantoren aangewezen.

Ad 1: Aangifte levende dieren op niet aangewezen douanekantoor

Bij controle van een uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat voor levende dieren op een douanekantoor dat niet is aangewezen, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit), de kopie voor de houder (formulier 2, kleur geel) en de kopie voor terugzending door de Douane aan de instantie van afgifte (formulier 3, kleur lichtgroen). Controleer of:

  2. Vermeld in vak 27 van alle exemplaren van de uitvoervergunning het nummer en de soort van de douaneaangifte (dit is van belang voor eventuele controles na uitvoer). Plaats vervolgens uw handtekening, vermeld uw naam en plaats een afdruk van het metalen dienststempel.

  3. Geef na de behandeling alle exemplaren terug aan de belanghebbende.

  4. De belanghebbende biedt de uitvoervergunning en ook de uitvoeraangifte en de dieren aan op een aangewezen kantoor van uitgaan om vak 27 te laten viseren.

Ad 2: Aangifte op aangewezen douanekantoor

Bij controle van een uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat voor levende dieren of andere specimens op een aangewezen douanekantoor, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit), de kopie voor de houder (formulier 2, kleur geel) en de kopie voor terugzending door de Douane aan de instantie van afgifte (formulier 3, kleur lichtgroen). Controleer of:

  2. Neem de vergunning of het certificaat in en vul vak 27 op elk formulier van de vergunning volledig in:

    • Vermeld het aantal daadwerkelijk uit te voeren dieren of planten en het aantal dode dieren bij vertrek. Vermeld op eventuele bijlagen deze gegevens in het onderste vak, voor elke soort afzonderlijk. De aantallen van de verschillende soorten mogen niet bij elkaar opgeteld worden. Bij het vermelden van de werkelijk uitgevoerde aantallen zijn er drie mogelijkheden:

      1. Er vindt een fysieke opname van de onderhavige goederen plaats. De aantallen worden daarbij daadwerkelijk (geheel) geteld. Het bevonden aantal wordt per soort vermeld in vak 27 met daarbij de vermelding "aantal fysiek vastgesteld".

      2. Er vindt een controle plaats aan de hand van de bescheiden. Deze aantallen roepen geen onduidelijkheden en/of twijfels op bij de verifiërend ambtenaar. In vak 27 van de uitvoervergunning of het wederuitvoercertificaat wordt vermeld "aantal conform aan de hand van bescheiden vastgesteld".

        Indien punt 2 niet kan worden toegepast in verband met onduidelijkheden en/of twijfels en bij een daadwerkelijke opname van de goederen blijkt dat tellen niet mogelijk is (risico's, hoeveelheid, verpakking enz.), wordt aan de hand van de aanwezige gegevens in vak 27 vermeld "aantal geschat". Het is niet toegestaan om het restant van de vergunning voor een volgende zending te gebruiken als minder specimens worden (weder)uitgevoerd dan op de vergunning is vermeld!
    • Vermeld het nummer en de soort van de douaneaangifte; dit is van belang voor een controle na uitvoer.

    • Zet uw handtekening, uw naam en op elk formulier van de vergunning een afdruk van het metalen dienststempel.

  3. Splits de geviseerde uitvoervergunning.

    • Geef de formulieren 1 en 2 terug aan de exporteur.

    • Stuur formulier 3 naar het CITES-bureau.

Naar boven

9.3.2 Fytosanitair certificaat als uitvoervergunning

Bij controle van een fytosanitair certificaat dat wordt gebruikt als uitvoervergunning voor kunstmatig gekweekte planten van beschermde soorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt een fytosanitair certificaat.

  2. Controleer of:

  3. het certificaat kan dienen als uitvoervergunning voor de specimens

  4. het certificaat is afgegeven door de bevoegde lidstaat van uitvoer

  5. de clausule "Artificial propagated plants as defined bij Cites" op het certificaat is vermeld.

Naar boven

9.3.3 Certificaat voor reizende tentoonstellingen (TEC)

Bij gebruik van een certificaat voor een reizende tentoonstelling voor uitvoer of wederuitvoer van een reizende tentoonstelling van specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening kunnen zich twee situaties voordoen:

  1. De tentoonstelling komt van oorsprong uit een derde land en wordt wederuitgevoerd. Er moeten 2 certificaten worden overgelegd: een certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land van oorsprong en een certificaat afgegeven door een CITES Management Autoriteit van een lidstaat.

  2. De tentoonstelling komt van oorsprong uit een lidstaat van de Unie en wordt uitgevoerd. Er moet een certificaat worden overgelegd afgegeven door de CITES Management Autoriteit in de lidstaat van oorsprong.

Ad 1. Reizende tentoonstelling van oorsprong uit een derde land

Bij controle van een certificaat voor een reizende tentoonstelling die van oorsprong uit een derde land komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt:

    • het origineel (formulier 1, kleur geel) van het certificaat en het origineel (kleur wit) van het vervolgblad afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land van oorsprong en

    • het origineel (formulier 1, kleur geel) van het certificaat en het origineel (kleur wit) en een kopie van het vervolgblad, afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat.

  2. Controleer of de certificaten:

  3. Vermeld op de originele vervolgbladen en op de kopie van het vervolgblad het douanekantoor van (weder)uitvoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Geef de originele certificaten en de originele vervolgbladen terug aan de houder.

  5. Stuur de kopie van het vervolgblad naar het CITES-bureau.

Ad 2. Reizende tentoonstelling van oorsprong uit een lidstaat

Bij controle van een certificaat voor een reizende tentoonstelling die van oorsprong uit een lidstaat komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur geel) van het certificaat en het origineel (kleur wit) en een kopie van het vervolgblad afgegeven door de CITES Management Autoriteit van de lidstaat van oorsprong.

  2. Controleer of het certificaat:

  3. Vermeld op het origineel en op de kopie van het vervolgblad het douanekantoor van (weder)uitvoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Geef het originele certificaat en het originele vervolgblad terug aan de houder.

  5. Stuur de geviseerde kopie van het vervolgblad naar het CITES-bureau.

Naar boven

9.3.4 Certificaat van monsterverzameling

Bij gebruik van een certificaat van monsterverzameling voor dode specimens van in gevangenschap geboren en gefokte dieren of kunstmatig gekweekte planten van een beschermde soort genoemd in bijlage A, B of C van de Basisverordening kunnen zich drie situaties voordoen:

  1. De monsterverzameling komt uit een derde land en wordt wederuitgevoerd. Er moeten 2 certificaten worden overgelegd:

    • een certificaat afgegeven door de CITES Mangement Autoriteit van een lidstaat dat is behandeld door de Douane en

    • een soortgelijk certificaat afgegeven door een CITES Management Autoriteit in het derde land.

  2. De monsterverzameling komt uit een lidstaat en wordt voor de eerste keer tijdelijk uitgevoerd.

    Er moet een certificaat worden overgelegd dat is afgegeven door de CITES Management Autoriteit in een lidstaat.

  3. De monsterverzameling komt uit een lidstaat en wordt opnieuw tijdelijk uitgevoerd. Er moet een certificaat worden overgelegd dat is afgegeven door de CITES Management Autoriteit in een lidstaat en is behandeld door de Douane van een lidstaat.

Carnet ATA

Een Certificaat van monsterverzameling mag alleen worden gebruikt voor een verzameling die wordt begeleid door een carnet ATA. U behandelt het carnet volgens de instructies in Handboek Douane, onderdeel 14.60.00.

Monsterverzameling uit een derde land

Bij controle van een Certificaat van monsterverzameling voor een monsterverzameling die uit een derde land komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt:

    • het origineel (formulier 1, kleur wit) afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat en een fotokopie van het origineel (of u maakt een fotokopie van het origineel) en

    • het origineel van een soortgelijk certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land.

  2. Controleer of de certificaten:

  3. Controleer of het origineel van het in een lidstaat afgegeven certificaat is behandeld door de Douane van een lidstaat bij de eerste binnenkomt van de verzameling in de Unie.

  4. Vermeld op de fotokopie van het certificaat het douanekantoor van wederuitvoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  5. Geef de originele certificaten terug aan de houder.

  6. Stuur de geviseerde fotokopie naar het CITES-bureau.

Monsterverzameling uit een lidstaat

Bij controle van een certificaat van monsterverzameling voor een monsterverzameling die uit een lidstaat komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

De verzameling wordt voor de eerste keer tijdelijk uitgevoerd.
  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit), de kopie voor de houder (formulier 2, kleur geel) en de kopie voor terugzending door de Douane aan de instantie van afgifte (formulier 3, kleur lichtgroen), afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat.

  2. Controleer of het certificaat:

  3. Vul vak 27 op elk formulier van het certificaat volledig in:

    • Vermeld de werkelijk uitgevoerde hoeveelheid of nettomassa. Vermeld op eventuele bijlagen deze gegevens in het onderste vak, voor elke soort afzonderlijk. De gegevens van de verschillende soorten mogen niet bij elkaar opgeteld worden. Als het nodig is kunnen de gegevens ook geschat worden.

    • Vermeld het nummer van het carnet ATA als dat niet in vak 23 is ingevuld.

    • Zet uw handtekening, uw naam en op elk formulier van de vergunning een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Splits het geviseerde certificaat.

    • Geef de formulieren 1 en 2 terug aan de exporteur.

    • Stuur formulier 3 naar het CITES-bureau

De verzameling wordt opnieuw tijdelijk uitgevoerd.
  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit) afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat en een kopie van het origineel (of u maakt een fotokopie van het origineel).

  2. Controleer of het certificaat:

    • kan dienen voor vervoer en uitvoer

    • geldig is en voldoet aan de andere bepalingen in de Uitvoeringsverordening.

  3. Controleer of het origineel van het certificaat is behandeld door de Douane van een lidstaat bij de eerste uitvoer van de verzameling.

  4. Vermeld op de fotokopie van het certificaat het douanekantoor van uitvoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  5. Geef het originele certificaat terug aan de houder.

  6. Stuur de geviseerde fotokopie naar het CITES-bureau.

Naar boven

9.3.5 Certificaat van persoonlijke eigendom (PET)

Bij gebruik van een certificaat van persoonlijk eigendom voor een levend dier van een beschermde soort genoemd in de bijlagen van de Basisverordening als persoonlijk eigendom kunnen zich twee situaties voordoen:

  1. Het dier komt uit een derde land en wordt wederuitgevoerd. Er moeten 2 certificaten worden overgelegd: een certificaat afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land en een certificaat afgegeven door een CITES Management Autoriteit van een lidstaat.

  2. Het dier komt uit een lidstaat van de Unie en wordt uitgevoerd. Er moet een certificaat worden overgelegd afgegeven door de CITES Management Autoriteit in de lidstaat.

Ad 1: Persoonlijk eigendom uit een derde land

Bij controle van een certificaat van persoonlijk eigendom voor een levend dier dat uit een derde land komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt:
    • het origineel (formulier 1, kleur wit) van het certificaat en het origineel (kleur wit) van het vervolgblad afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land en

    • het origineel (formulier 1, kleur wit) van het certificaat en het origineel (kleur wit) en een kopie van het vervolgblad, afgegeven door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat.

    • Het door de CITES Management Autoriteit van een lidstaat afgegeven certificaat is alleen geldig als het vergezeld gaat van het certificaat dat is afgegeven door de CITES Management Autoriteit in het derde land.

  1. Controleer of de certificaten:

  2. Vermeld op de originele vervolgbladen en op de kopie van het vervolgblad het douanekantoor van (weder)uitvoer en de datum. Zet uw naam, handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  3. Geef de originele certificaten en de originele vervolgbladen terug aan de houder.

  4. Stuur de kopie van het vervolgblad naar het CITES-bureau.

Ad 2: Persoonlijk eigendom uit een lidstaat

Bij controle van een certificaat van persoonlijke eigendom voor een levend dier dat uit een lidstaat komt, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt het origineel (formulier 1, kleur wit) van het certificaat en het origineel (kleur wit) en een kopie van het vervolgblad afgegeven door de Cites Management Autoriteit van een lidstaat.

  2. Controleer of het certificaat:

  3. Vermeld op het origineel en op de kopie van het vervolgblad het douanekantoor van uitvoer en de datum. Zet uw handtekening en een afdruk van het metalen dienststempel.

  4. Geef het originele certificaat en het originele vervolgblad terug aan de houder.

  5. Stuur de geviseerde kopie van het vervolgblad naar het CITES-bureau.

Naar boven

9.3.6 Etiket voor wetenschappelijk materiaal

Bij controle van een etiket voor wetenschappelijk materiaal op specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in de bijlagen van de Basisverordening, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. Controleer of:

  2. De wetenschappelijke instelling of wetenschapper stuurt zelf het onderste deel van het etiket naar de CITES Management Autoriteit die de instelling of wetenschapper geregistreerd heeft. U heeft daar geen taak in.

Naar boven

9.3.7 Documenten voor persoonlijke bezittingen en huisraad

Bij controle van documenten voor specimens van beschermde dier- en plantensoorten genoemd in bijlage A of B van de Basisverordening die onder persoonlijke bezittingen of huisraad vallen, verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U ontvangt een kopie van een invoervergunning, uitvoervergunning of wederuitvoercertificaat, of een bewijs dat de specimens in de Unie werden verworven voor een specimen genoemd in bijlage A of B van de Basisverordening.

  2. Controleer of de kopie of het bewijs kan dienen voor de wederuitvoer door een gewoonlijk in de Unie verblijvende persoon.

  3. Controleer of:

  4. Geef de kopie of het bewijs terug aan de belanghebbende.

Naar boven

9.3.8 Muziekinstrumentencertificaat (CITES)

Bij controle van een muziekinstrumentencertificaat verricht u de volgende werkzaamheden:

  1. U krijgt een origineel van het certificaat en een origineel en een kopie van een vervolgblad.

  2. Dit vervolgblad moet u afstempelen en ondertekenen.

  3. U geeft de originele exemplaren terug en

  4. stuurt de geviseerde kopie naar het CITES-bureau.

Naar boven

9.3.9 Ontheffing IUS

Bij controle van een ontheffing IUS kijkt u of de ontheffing ingevuld en ondertekend is volgens de voorwaarden genoemd in de Sjabloonverordening.

Naar boven

9.4 Werkzaamheden bij aangiften tot plaatsing onder bijzondere regelingen

U volgt het onderstaande stappenplan. Indien nodig geeft u opdracht tot een fysieke controle of een monsteronderzoek.

De behandelde documenten worden op vordering getoond. U geeft na inzage de bescheiden terug aan de belanghebbende.

De volgende situaties kunnen zich voordoen.

  1. Het betreft een specimen van een beschermde dier- of plantensoort genoemd in de bijlagen van de Basisverordening:

  • Als het specimens voor wetenschappelijk onderzoek betreft, onderzoekt u of de specimens zijn voorzien van een etiket voor wetenschappelijk materiaal.

  • Controleer bij een invoeraangifte of de aangever in het vak "bijzondere vermeldingen" de code C635, C638 of C639 heeft vermeld. Vermelding van de code 1900 (fictieve code) is niet toegestaan. Het nummer van het onderhavige document moet ook zijn vermeld.

  • Betreft het beschermde of verboden dieren of planten van soorten niet genoemd in de bijlagen van de Basisverordening, producten van die dieren of planten of eieren of nesten van die dieren, stel dan vast of een uitzondering van toepassing is op het verbod op het vervoeren en voorhanden hebben binnen Nederland en of wordt voldaan aan de bepalingen die van toepassing zijn op de uitzondering.

  • Houd de verificatie aan, geef de goederen niet vrij en geef geen toestemming tot wegvoering als u twijfelt aan de juistheid of geldigheid van een document of als u wilt onderzoeken of een specimen een specimen van een beschermde soort betreft (DWU, artikel 188).

  • Handel een (vermoedelijke) onregelmatigheid op de voorgeschreven wijze af.

    Neem altijd contact op met de vraagbaak bij een (vermoedelijke) onregelmatigheid.
Naar boven

9.5 Bijzondere aanwijzingen ompakken van kaviaar

Na het binnenbrengen, bij opslag en vóór de invoer mag kaviaar niet onder douanetoezicht worden verpakt, omgepakt of van een nieuw etiket worden voorzien.

Een aanvraag om een fiat of een vergunning voor een gebruikelijke behandeling die daarop betrekking kan hebben, wijst u af. Dat geldt ook voor aanvragen om een vergunning actieve veredeling die rechtstreeks op een aangifte wordt gedaan.

Alleen aanvragen om een fiat of vergunning van ompakkingsbedrijven die aantoonbaar in bezit zijn van een vergunning van RVO.nl (die hen het recht geeft kaviaar te verwerken, te verpakken of te herverpakken) kunnen in behandeling worden genomen (Uitvoeringsverordening, artikel 66).

Voor meer informatie of advies neemt u contact op met een vraagbaak in uw regio.

Naar boven

9.6 Uitzondering voor soorten niet genoemd in de Basisverordening

Bij binnenbrengen in de Unie, uitvoer of wederuitvoer of plaatsing onder een andere douaneregeling, controleert u of een uitzondering mogelijk is voor beschermde of verboden dieren of planten van soorten niet genoemd in de bijlagen van de Basisverordening, producten van die dieren of planten of eieren of nesten van die dieren.

U verricht de volgende werkzaamheden:
Controleer of is voldaan aan de voorwaarden die van toepassing zijn op vrijstelling voor invasieve uitheemse soorten. Neem bij twijfel altijd contact op met de vraagbaak. De vraagbaak neemt contact op met de NVWA als er twijfel bestaat over de vraag of de houder in voldoende mate heeft aangetoond dat aan de voorwaarden voor de uitzondering is voldaan.
Naar boven