Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

1.02.00 Antidumpingrechten en compenserende rechten

6 Vrijstelling van antidumpingrecht op hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit China

6.1 Inleiding

Er is een definitief antidumpingrecht van toepassing op invoer van rijwielen en bepaalde onderdelen (hierna: hoofdbestanddelen) van rijwielen van oorsprong uit China. Voor de invoer van hoofdbestanddelen is een vrijstelling van antidumpingrechten mogelijk. Dit onderdeel behandelt de invoer van hoofdbestanddelen.

(Verordening (EG) nr. 71/97 en Verordening (EG) nr. 88/97)

Naar boven

6.2 Instelling definitief antidumpingrecht rijwielen en hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit China

6.2.1 Antidumpingrecht op rijwielen van oorsprong uit China

In 1993 is een definitief antidumpingrecht ingesteld voor de invoer van rijwielen van oorsprong uit China.

(Verordening (EEG) 2474/93)Het antidumpingrecht is van toepassing op rijwielen (met inbegrip van bakfietsen maar exclusief eenwielers) zonder motor, ingedeeld onder GN-code ex 8712 00 30 en ex GN-code 8712 00 70 (Taric-codes 8712 00 70 91, 8712 00 70 92 en 8712 00 70 99) van oorsprong uit China.

(Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1379)

Rijwielen verzonden uit Indonesië, Maleisië, Sri Lanka of Tunesië

Er geldt ook een definitief antidumpingrecht op rijwielen van oorsprong uit China verzonden uit Indonesië, Maleisië, Sri Lanka of Tunesië, die al dan niet zijn aangegeven als van oorsprong uit die landen. Het antidumpingrecht is van toepassing op rijwielen (met inbegrip van bakfietsen, maar exclusief eenwielers) zonder motor, onder de GN-codes ex 8712 00 30 en ex 8712 00 70 (Taric-codes 8712 00 30 10 en 8712 00 70 91).

(Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1379)

Rijwielen verzonden uit Cambodja, Pakistan of de Filipijnen

Er geldt ook een definitief antidumpingrecht op rijwielen van oorsprong uit China verzonden uit Cambodja, Pakistan of de Filipijnen, die al dan niet zijn aangegeven als van oorsprong uit die landen. Het antidumpingrecht is van toepassing op rijwielen (met inbegrip van bakfietsen, maar exclusief eenwielers) zonder motor, ingedeeld onder de GN-codes ex 8712 00 30 en ex 8712 00 70 (Taric-codes 8712 00 30 20 en 8712 00 70 92).

(Verordeningen (EU) 2019/1379)

Bedrag van het antidumpingrecht

Vanaf 15 juli 2005 is het bedrag van het antidumpingrecht dat geldt voor rijwielen uit China 48,5% van de nettoprijs, franco grens Europese Unie vóór inklaring.

(artikel 2 Verordening (EG) nr. 1095/2005).

Naar boven

6.2.2 Uitbreiding bepaalde hoofdbestanddelen van rijwielen wegens ontwijking

In 1996 en 1997 is het definitieve antidumpingrecht op rijwielen uitgebreid tot de invoer van bepaalde hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit China. Dat uitgebreide antidumpingrecht is ingesteld om ontwijking tegen te gaan van het recht op rijwielen door invoer van hoofdbestanddelen van rijwielen (die onder een andere GN-code vallen) die worden gebruikt bij de assemblage van rijwielen in de Europese Unie.

(Verordening (EG) nr. 71/97)

Welke hoofdbestanddelen

Het uitgebreide recht geldt voor de hoofdbestanddelen van rijwielen. Dit zijn:

  1. geverfde, geanodiseerde of gepolijste en/of gelakte frames van rijwielen, ex GN-code 8714 9110;

  2. geverfde, geanodiseerde of gepolijste en/of gelakte voorvorken van rijwielen, ex GN-code 8714 9130;

  3. derailleurs (kettingschakelaars) (GN-code 8714 9950), pedaalaandrijvingen (GN-code 8714 9630) en tandwielen voor vrijloop (GN-code 8714 9390), al dan niet in stellen aangeboden;

  4. remmen, andere dan remnaven (GN-code 8714 9420) en remhandels (ex GN-code 8714 9490), al dan niet in stellen aangeboden;

  5. complete of volledige wielen, al dan niet met binnenbanden, buitenbanden en kettingrad, ex GN-code 8714 9990;

  6. sturen, GN-code 8714 99 10, al dan niet aangeboden met een boutsteel, rem en/of versnellingshendel daaraan vast.

Onder ‘compleet’ of ‘volledig’ moet worden verstaan ‘afgewerkt’ (dat is geen noodzaak voor verdere behandeling). Deze definitie van ‘hoofdbestanddelen van rijwielen’ in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 88/97 verwijst naar artikel 1 van Verordening (EG) nr. 71/1997, die weer verwijst naar een aantal GN-codes. Algemene regel 2a voor de interpretatie van de GN in bijlage I van Verordening (EEG) nr. 2658/87 beschouwt ‘compleet’ en ‘afgewerkt’ als gelijkwaardige termen. Omdat complete of volledige wielen ‘al dan niet in sets’ kunnen worden aangeboden, worden een voor- en achterwiel tezamen aangemerkt als 1 eenheid hoofdbestanddeel. Ook voor remmen geldt dat deze ‘al dan niet in stellen’ kunnen worden aangeboden. Een voor- en achterrem worden daarom tezamen aangemerkt als 1 eenheid hoofdbestanddeel. (artikel 1 Verordening (EG) nr. 71/97) Het uitgebreide recht geldt niet voor onderdelen die niet vallen onder de hoofdbestanddelen zoals bijvoorbeeld zadels, voor- en achterlampen, voor- en achterspatborden, voor- en achterkledingbeschermers, voor- en achterbagagerekken. Dit zijn geen hoofdbestanddelen.

Land van oorsprong

Het uitgebreide definitieve antidumpingrecht geldt voor hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit China. Hoofdbestanddelen die verzonden zijn uit China, worden aangemerkt als van oorsprong uit dat land, tenzij door middel van een certificaat van oorsprong wordt aangetoond dat de goederen van oorsprong zijn uit een ander land. Voor goederen die verzonden zijn uit een ander land dan China, moet op verzoek van de Douane een certificaat van oorsprong worden overgelegd.

(artikel 2 Verordening (EG) nr. 71/97)

Bedrag van het antidumpingrecht

Vanaf 15 juli 2005 is het bedrag van het antidumpingrecht dat geldt voor hoofdbestanddelen van oorsprong uit China 48,5% van de nettoprijs, franco grens Europese Unie vóór inklaring.(Verordening (EG) 1095/2005)

Naar boven

6.3 Antidumprecht op rijwielen van oorsprong uit Vietnam

Er geldt ook een definitief antidumpingrecht op rijwielen van oorsprong uit Vietnam. Het recht is van toepassing op rijwielen (met inbegrip van bakfietsen, maar exclusief nwielers), zonder motor, ingedeeld onder de GN-codes ex 8712 00 10 (Taric-code 8712 00 10 90), 8712 00 30 en ex 8712 00 80 (Taric-code 8712 00 80 90).

(Verordening (EG) nr. 1095/2005)

Bedrag van het antidumpingrecht

Vanaf 15 juli 2005 is het bedrag van het antidumpingrecht dat geldt voor rijwielen uit Vietnam 34,5 % van de nettoprijs, franco grens Europese Unie vóór inklaring.

(artikel 1 Verordening (EG) nr. 1095/2005)

Naar boven

6.4 Vrijstelling hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit China

Vrijstelling van het uitgebreide antidumpingrecht is mogelijk voor invoer van hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit China (Verordening (EG) nr. 88/97; de vrijstellingsverordening). Deze verordening is gewijzigd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2023/611 (zie de geconsolideerde verzie van Verordening (EG) nr. 88/97) en de wijzigingen in deze verordening zien alleen op hoofdbestanddelen die nà 21 maart 2023 zijn ingevoerd en:

  • die worden gebruikt bij de assemblage van rijwielen in de Unie als die assemblage wordt geacht plaats te vinden zonder ontwijking;

    en
  • in geringe hoeveelheden.

Vrijstelling is van toepassing als de aangifte voor in het vrije verkeer brengen van de hoofdbestanddelen wordt gedaan:

  1. door of in opdracht van een vrijgestelde onderneming (aseemblagebedrijf);

  2. met gebruik van de regeling bijzondere bestemming; of

  3. door of in opdracht van een onderneming (assemblagebedrijf) waarvoor het verzoek om vrijstelling nog in behandeling is bij de Commissie.

Naar boven

6.4.1 Vrijgestelde onderneming

Ondernemingen die hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit China gebruiken bij assemblage van rijwielen in de Europese Unie, kunnen vrijstelling aanvragen van het uitgebreide definitieve antidumpingrecht bij de Commissie. Vrijstelling is mogelijk als de assemblage wordt geacht plaats te vinden zonder ontwijking. De procedure voor het aanvragen en verlenen van vrijstelling is vastgesteld in Verordening (EG) nr. 88/97. De Commissie verleent de vrijstelling aan een ondernemer bij beschikking die zij bekendmaakt in het publicatieblad C. Vrijgestelde ondernemers krijgen een aanvullende Taric-code in Taric en het Gebruikstarief. De vrijstelling geldt vanaf de datum van ontvangst van de aanvraag om vrijstelling. (artikelen 3 t/m 7 Verordening (EG) nr. 88/97)

Verplichtingen vrijgestelde ondernemer

Een vrijgestelde ondernemer (assemblagebedrijf) moet zich houden aan de verplichtingen die Verordening nr. (EG) 88/97 stelt aan de vrijstelling voor in het vrije verkeer brengen van hoofdbestanddelen van oorsprong uit China. De ondernemer:

  1. mag deze bestanddelen niet gebruiken voor assemblage in de zin van artikel 13, lid 2, van de Verordening (EU) 2016/1036 (antidumpingmaatregelen);

  2. mag deze bestanddelen alleen:

    • gebruiken voor assemblage van rijwielen in haar onderneming;

    • aan een andere vrijgestelde ondernemer verkopen;

    • wederuitvoeren; of

    • vernietigen;

      en
  3. moet een boekhouding bijhouden van de hoofdbestanddelen die zij ontvangt en het gebruik dat daarvan is gemaakt. De onderneming moet de vastgelegde gegevens en bijbehorende bewijsmateriaal tenminste 3 jaar bewaren.

(artikel 8 Verordening (EG) 88/97 en artikel 13, lid 2, Verordening (EU) 2016/1036)

Naar boven

6.4.2 Vrijstelling bijzondere bestemming

Vrijstelling van het uitgebreide definitieve antidumpingrecht is mogelijk voor invoer van hoofdbestanddelen van rijwielen van oorsprong uit China met gebruik van de regeling bijzondere bestemming. De vrijstelling is van toepassing op hoofdbestanddelen die worden aangegeven voor het vrije verkeer:

  1. onder de Taric-code voor de regeling bijzondere bestemming;

  2. door of namens een ander dan een vrijgestelde onderneming; en

  3. die (andere) onderneming in het bezit is van een vergunning bijzondere bestemming.

Op grond van artikelen 210 en 254 DWU, artikel 239 GVo.DWU en artikel 14 Verordening (EG) nr. 88/97 kan een vergunning bijzondere bestemming worden gebruikt voor in het vrije verkeer brengen van hoofdbestanddelen van rijwielen met vrijstelling van het uitgebreide antidumpingrecht. In deze gevallen moet een zekerheid als bedoeld in artikel 211 DWU worden gesteld. De hoofdbestanddelen moeten zijn ingedeeld onder de daarvoor bestemde Taric-code.

De vergunning moet worden gebruikt door ondernemingen, anderen dan vrijgestelde ondernemingen, die de hoofdbestanddelen in het vrije verkeer brengen:

  • en leveren aan een vrijgestelde onderneming in eenheden van gemiddeld minder dan 300 eenheden per soort hoofdbestanddelen per maand; (artikel 14a Verordening (EG) nr. 88/97) of

  • overdragen aan een andere vergunninghouder bijzondere bestemming (in eenheden van gemiddeld minder dan 300 eenheden per soort hoofdbestanddelen per maand (artikel 14b Verordening (EG) nr. 88/97); of

  • in gemiddeld minder dan 300 eenheden per soort hoofdbestanddelen per maand voor eigen gebruik (de-minimis-drempel voor zogenoemde kleinschalige bedrijven); (artikel 14c Verordening (EG) nr. 88/97) of

  • leveren in gemiddeld minder dan 300 eenheden per soort hoofdbestanddelen per maand aan de hiervoor genoemde kleinschalige bedrijven; (artikel 14d Verordening (EG) nr. 88/97) of

  • gebruiken bij de assemblage van rijwielen met hulpmotor (aanvullende Taric-code 8835) of van andere voertuigen dan rijwielen, ook indien met hulpmotor (aanvullende Taric-code C549) (artikel 14d Verordening (EG) nr. 88/97)

Naar boven

6.4.3 Kleinschalige bedrijven

Het begrip ‘kleinschalige bedrijven’ ziet op de invoer van hoofdbestanddelen in kleine hoeveelheden door op kleine schaal opererende marktdeelnemers, met name voor vervangingsdoeleinden, waarvan wordt aangenomen dat deze geen ontwijking vormen. Ondernemingen die gemiddeld minder dan 300 eenheden per soort hoofdbestanddeel per maand met vrijstelling in het vrije verkeer brengen of geleverd krijgen opereren op kleine schaal.

Voor het bepalen van het aantal van minder dan 300 eenheden per soort hoofdbestanddelen gemiddeld per maand tellen ook de eenheden mee die in het vrije verkeer zijn gebracht door of zijn geleverd aan een geassocieerde onderneming of een onderneming waarmee een compensatieovereenkomst bestaat. Het aantal van gemiddeld minder dan 300 eenheden per soort hoofdbestanddelen per maand geldt alleen voor de hoofdbestanddelen van oorsprong uit China. Er geldt geen limiet voor onderdelen van oorsprong uit andere landen dan China. De bijzondere bestemming van de hoofdbestanddelen van oorsprong uit China is bereikt op het tijdstip van het brengen in het vrije verkeer. Het is niet van belang of de onderneming de hoofdbestanddelen assembleert of niet. De ondernemer mag de hoofdbestanddelen ook leveren aan andere kleinschalige bedrijven en ook verkopen aan consumenten. Alleen van belang is de voorwaarde van het aantal van gemiddeld minder dan 300 eenheden per soort bestanddelen per maand.

Het tijdvak, dat in acht moet worden genomen voor de berekening van het gemiddelde, mag niet meer dan twaalf maanden zijn te rekenen vanaf de eerste dag van de inwerkingtreding van de vergunning. Deze periode kan bovendien in geen geval de geldigheidsduur van de afgegeven vergunning overschrijden. (artikel 14c Verordening (EG) nr. 88/97)

Rekenvoorbeeld

Bedrijf X heeft een vergunning bijzondere bestemming voor het in het vrije verkeer brengen van hoofdbestanddelen van rijwielen, die is afgegeven op 18 mei 2023 en vanaf die datum van kracht is. De vergunning bijzondere bestemming is verleend voor een termijn van 18 maanden.

Het bedrijf gebruikt de vergunning bijzondere bestemming voor de volgende drie zendingen:

Zending 1)        1.188 complete voorwielen op 19 mei 2023, en

Zending 2)        1.800 complete voorwielen en 1.800 complete achterwielen op 31 mei 2023. 

Zending 3)        1.800 complete voorwielen en 1.800 complete achterwielen op 31 mei 2024.

Let op! Het maximum aantal eenheden per soort hoofdbestanddelen van rijwielen is 299 maal 12 (= 3.588) dat gemiddeld onder de ‘de-minimisregel’ gebracht kan worden in een periode van maximaal 12 maanden.

Vraag 1: Voldoet bedrijf X aan de drempelwaarde van 299-eenheden in zending 1?

Antwoord 1: Ja, omdat 1.188 complete voorwielen in zending 1 worden beschouwd als 1.188 eenheden per soort hoofdbestanddelen van rijwielen in de zin van artikel 14c van Verordening (EG) nr. 88/97.

Vraag 2: Voldoet bedrijf X aan de drempelwaarde van 299-eenheden in zending 2?

Antwoord 2: Ja. In zending 2 worden de 1.800 voorwielen en 1.800 achterwielen op grond van dit artikel beschouwd als 1.800 (geen 3.600) eenheden per soort hoofdbestanddelen van rijwielen. Gerekend de eenheden per soort hoofdbestanddelen van rijwielen in de twee zendingen van 1.188 + 1.800 = 2.988, heeft bedrijf X deze in de zin van artikel 14c van Verordening (EG) nr. 88/97 onder de regeling geplaatst.

Vraag 3: Wanneer eindigt het douanetoezicht voor de eerste twee zendingen? En voor de derde zending?

Antwoord 3: Het douanetoezicht eindigt als zich een van de omstandigheden voordoet uit artikel 254, lid, 4 DWU. Omdat bedrijf X op 19 mei 2023 voor de eerste keer eenheden van hoofdbestanddelen van rijwielen aangaf, zal de douane moeten controleren hoeveel eenheden bedrijf X gemiddeld onder de regeling bijzondere bestemming heeft gebracht in een periode van 12 maanden om te zien of al dan niet is voldaan aan de regeling uit artikel 14c, tenzij de periode van de vergunning bijzondere bestemming eindigt voordat de 12 maanden zijn verstreken.

In deze zaak eindigt het douanetoezicht op 30 april 2024 (dat is de laatste dag van de 12de kalendermaand nadat de vergunning bijzondere bestemming is afgegeven) van het jaar nadat de vergunning bijzondere bestemming van kracht werd, of een andere datum waarop aan de voorwaarden uit artikel 254, lid 4, DWU is voldaan voor de eerste zending (bijvoorbeeld als de rijwielen definitief zijn vernietigd op 25 mei 2023, dan zal het douanetoezicht eindigen op die dag).

De bepalingen die van toepassing zijn voor de tweede zending zijn dezelfde, hetgeen inhoudt dat het douanetoezicht voor deze zending ook eindigt op 30 april 2024 van het jaar nadat de vergunning bijzondere bestemming van kracht werd, zolang aan de voorwaarden uit artikel 254, lid 4, DWU wordt voldaan.

Voor de derde zending eindigt het douanetoezicht op 30 november 2024, de laatste dag van de kalendermaand waarin de vergunning verloopt.

Vraag 4: Wat gebeurt er in het geval de eerste zending van 19 mei 2023 1.188 complete voorwielen bevat en de tweede zending van 31 mei 2023 bestaat uit 1.800 complete voorwielen en 1.800 complete achterwielen?

Antwoord 4: In deze zaak hoeft het antidumpingrecht niet te worden betaald omdat er geen overschrijding is van het gemiddelde in de periode van 12 maanden; 1.188 + 1.800 = 2.988 eenheden is minder dan de voornoemde drempelwaarde van 3.588 eenheden.

Als sprake is van een overschrijding zullen de antidumpingrechten worden berekend over alle invoer die op basis van de vergunning bijzondere bestemming heeft plaatsgevonden omdat de vergunning met terugwerkende kracht moet worden ingetrokken. (artikel 15, lid 2, en artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 88/97)

Vraag 5: Voldoet bedrijf X voor de derde zending aan de drempelwaarde van 299-eenheden?

Antwoord 5: Nee, omdat het maximale gemiddelde in deze zaak een zes-maanden gemiddelde is, dat is 18 maanden van de geldigheidsduur van de vergunning bijzondere bestemming minus de 12 maanden die al zijn verlopen. Daarom is de drempelwaarde in deze zaak 299 maal 6 (= 1.794) het maximale aantal eenheden van hoofdbestanddelen van rijwielen, hetgeen inhoudt dat de antidumpingrechten moeten worden betaald over alle invoer dit onder de vergunning bijzondere bestemming heeft plaatsgevonden en deze vergunning met terugwerkende kracht moet worden ingetrokken.

Vraag 6: Wat betekent ‘met terugwerkende kracht’ in de zin van artikel 15, lid 2 van Verordening (EG) nr. 88/97?

Antwoord 6: ‘Met terugwerkende kracht’ betekent dat de intrekking van de vergunning bijzondere bestemming ingaat vanaf het moment dat de vergunning werd verleend aan Bedrijf X omdat het gedrag zoals uitgelegd in artikel 15, lid 2, de corrigerende werking van de antidumpingrechten ondermijnt (zie overweging 23 van Verordening (EU) 2023/611 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 88/97). In het geval van de derde zending zal intrekking vanaf 18 mei 2023 moeten plaatsvinden.

Rijwielen met hulpmotor

De vergunning bijzondere bestemming moet ook worden gebruikt door ondernemingen, anderen dan vrijgestelde ondernemingen, die de hoofdbestanddelen in het vrije verkeer brengen, bestemd voor het gebruik bij de assemblage van rijwielen met hulpmotor (aanvullende Taric-code 8835) of van andere voertuigen dan rijwielen, ook indien met hulpmotor (aanvullende Taric-code C549). (artikel 14d Verordening (EG) nr. 88/97)

Let op!

In geval er sprake is van samenloop met een tariefschorsing of tariefcontingent (met bijzondere bestemming) voor het invoerrecht, dan is de bestemming voor het invoerrecht evenwel pas bereikt als de hoofdbestanddelen zijn gebruikt bij de vervaardiging van rijwielen.

Indien er naast een vergunning voor gemiddeld minder dan 300 eenheden per soort hoofdbestanddelen per maand van een kleinschalig bedrijf ook een vergunning aan deze gebruiker is verleend voor een tariefschorsing of tariefcontingent van het invoerrecht, en de aantallen per vergunning of van alle vergunningen opgeteld meer bedragen dan de 300 eenheden per soort hoofdbestanddelen per maand, dan kan de eerstbedoelde vergunning niet meer worden gebruikt. Gelet op de overschrijding van de voorgeschreven hoeveelheid moet de vergunning worden ingetrokken.

Ook kan een vrijgestelde grote(re) onderneming niet in aanmerking komen voor toepassing van de de-minimis-regel. Met de combinatie zou immers niet het doel van de bescherming van het kleinschalige bedrijf gediend zijn.

Naar boven

6.4.4 Voorlopig vrijgestelde onderneming

Voor ondernemingen (assemblage bedrijf) waarvan het verzoek om vrijstelling nog in behandeling is bij de Commissie is de vrijstelling van het uitgebreide definitieve antidumpingrecht op hoofdbestanddelen voorlopig van toepassing. Dit houdt in dat de uitgebreide rechten wel zijn verschuldigd bij een aangifte voor in het vrije verkeer brengen maar dat de betaling van het verschuldigde bedrag wordt opgeschort. De voorlopige vrijstelling en opschorting geldt vanaf de datum van ontvangst van de aanvraag om vrijstelling tot de datum van de beschikking waarin de Commissie de aanvraag afwijst of de vrijstelling verleent. Voor de verschuldigde bedragen waarvan de betaling is opgeschort, moet aanvullende zekerheid worden gesteld. (artikel 5 Verordenin (EG) nr. 88/97)

De gegevens van de ondernemingen die vrijstelling hebben aangevraagd, maakt de Commissie bekend met een Mededeling in het publicatieblad C. De Commissie doet een mededeling onmiddellijk na ontvangst van de aanvraag en een mededeling nadat zij het verzoek ontvankelijk heeft bevonden en de aanvraag om vrijstelling gaat onderzoeken. Ondernemers die vrijstelling hebben aangevraagd, krijgen een aanvullende Taric-code in Taric en het Gebruikstarief.

Verlenen vrijstelling

Als de Commissie vrijstelling verleent, is die van toepassing vanaf de datum van ontvangst van de aanvraag om vrijstelling. Dit houdt in dat er geen rechten verschuldigd zijn voor hoofdbestanddelen die in het vrije verkeer zijn gebracht in de periode waarin een voorlopige vrijstelling van toepassing. De aanvullende zekerheid die is gesteld voor de opgeschorte betaling van bedragen wordt opgeheven. (artikel 7, lid 2, Verordening (EG) nr. 88/97)

Afwijzen verzoek om vrijstelling

Als de Commissie geen vrijstelling verleent, vervalt de opschorting van de bedragen die verschuldigd zijn geworden in de periode waarin een voorlopige vrijstelling van toepassing was. Dit houdt in dat de aangever deze bedragen alsnog moet betalen. (artikel 7, lid 3, Verordening (EG) 88/97)

Naar boven

6.5 Procedures en werkzaamheden

De paragraaf geeft aanwijzingen voor de behandeling en afhandeling van aangiften voor in het vrije verkeer brengen van hoofdbestanddelen van oorsprong uit China waarop het uitgebreide antidumpingrecht van toepassing is.

Invoer zonder vrijstelling

Het betreft aangifte voor hoofdbestanddelen waarvoor het uitgebreide antidumpingrecht verschuldigd is (er is geen vrijstelling van toepassing). Volg de procedures en verricht de werkzaamheden die zijn voorgeschreven bij de behandeling van aangiften voor producten waarvoor een definitief recht is ingesteld.

Invoer met vrijstelling

Het betreft aangifte voor hoofdbestanddelen waarvoor vrijstelling van het uitgebreide antidumpingrecht van toepassing is omdat de bestanddelen bestemd zijn voor een vrijgestelde onderneming (assemblagebedrijf) of een voorgeschreven bijzondere bestemming volgen. Volg de procedures en verricht de werkzaamheden die zijn aangegeven bij de behandeling van aangiften voor producten waarvoor een definitief recht is ingesteld.

Invoer met voorlopige vrijstelling

Het betreft aangifte voor hoofdbestanddelen waarop het uitgebreide antidumpingrecht van toepassing en een voorlopige vrijstelling geldt omdat de bestanddelen bestemd zijn voor een ondernemer (assembleur) die vrijstelling heeft aangevraagd. U volgt de procedures en verricht de werkzaamheden die zijn voorgeschreven bij de behandeling van aangiften voor producten waarvoor een voorlopig recht is ingesteld.

Vrijstelling met terugwerkende kracht ondernemer (assemblagebedrijf)

De Commissie heeft met terugwerkende kracht vrijstelling verleend van het uitgebreide definitieve antidumpingrecht aan een onderneming (assemblagebedrijf). Door of namens die onderneming zijn hoofdbestanddelen in het vrije verkeer gebracht met voorlopige vrijstelling. Volg bij de afhandeling van de betreffende aangiften de procedures en verricht de werkzaamheden die zijn voorgeschreven als een voorlopig recht niet wordt geheven.

Verzoek om vrijstelling van ondernemer (assemblagebedrijf) afgewezen

De Commissie heeft het verzoek van een onderneming (assemblagebedrijf) om vrijstelling van het uitgebreide definitieve antidumpingrecht afgewezen. Door of namens die onderneming zijn hoofdbestanddelen in het vrije verkeer gebracht met voorlopige vrijstelling. Volg bij de afhandeling van de betreffende aangiften de procedures en verricht de werkzaamheden die zijn voorgeschreven als een voorlopig recht moet worden geheven.

Overschrijden aantal hoofdbestanddelen van gemiddeld minder dan 300 stuks per soort per maand; intrekken van vergunning bijzondere bestemming en invorderen antidumpingrechten

In het geval dat blijkt dat de-minimus-regel wordt misbruikt doordat overschrijding van het aantal van gemiddeld minder dan 300 stuks per soort bestanddelen per maand plaatsvindt, dan moet de vergunning bijzondere bestemming worden ingetrokken. De antidumpingrechten voor alle hoofdbestanddelen van rijwielen die zijn ingevoerd tijdens de looptijd van de vergunning moeten worden nagevorderd. (artikel 15 Verordening (EG) nr. 88/97) Een vergunning bijzondere bestemming wordt niet afgegeven als er een overschrijding kan worden verwacht.

Naar boven