Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

50.10.00 Vrijstellingen

3 Vrijstelling zonder vergunning

3.1 Vrijstelling alcoholvrije dranken voor proviandering

Vrijstelling van verbruiksbelasting kan worden verleend voor alcoholvrije dranken die worden gebruikt aan boord van schepen en luchtvaartuigen in het verkeer van Nederland naar een andere lidstaat. Voor schepen geldt als extra voorwaarde dat ze niet over binnenwateren naar een andere lidstaat mogen varen (WVAD, artikel 30, UBVAD, artikel 15 en 16, URVAD, artikel 16 en 17).
De vrijstelling wordt dus alleen verleend voor schepen die over zee naar een andere lidstaat varen.

In de praktijk wordt het leveren van deze alcoholvrije dranken ook wel provianderen genoemd.

De vrijstelling is van toepassing bij de uitslag. De regeling stemt overeen met artikel 66a WA ten aanzien van accijnsgoederen.

Naar boven

3.1.1 De provianderingsverklaring bij uitslag uit IVV

In alle gevallen van proviandering met vrijstelling van verbruiksbelasting moet door of namens de eigenaar (exploitant) van het schip of luchtvaartuig (dus ook de buitenlandse eigenaar) een verklaring worden ondertekend, opgemaakt door de vergunninghouder van de IVV. In deze verklaring verklaart de afnemer de alcoholvrije dranken te gebruiken voor gebruik aan boord van het schip of luchtvaartuig (UBVAD, artikel 15 en 16). Deze verklaring wordt provianderingsverklaring genoemd.

De afnemer van de proviand is de eigenaar van het schip of zijn vertegenwoordiger, dan wel de eigenaar van het luchtvaartuig. De leverancier van de proviand is degene die de alcoholvrije dranken verkoopt aan de afnemer.

Naar boven

3.1.2 Vorm van de verklaring en het moment van aftekening / proviandering

Er is geen model voorgeschreven voor de provianderingsverklaring. De verklaring moet wel de gegevens bevatten die zijn opgenomen in artikel 16 en 17 van de URVAD

Nadat de provianderingsverklaring is ingevuld en ondertekend, bewaren de leverancier en de afnemer elk een exemplaar bij hun administratie (UBVAD, artikel 15, letter d en artikel 16, letter d).

Levering van alcoholvrije dranken als proviand kan in principe door elke ondernemer geschieden. Dit kan zowel de houder van een IVV zijn, maar ook een ondernemer die alcoholvrije dranken levert waarvan de belasting al is voldaan. Deze laatste kan de verbruiksbelasting terugvragen nadat hij de goederen heeft geleverd (zie het onderdeel 50.20.00, Teruggaven verbruiksbelasting, van dit Handboek).

Naar boven

3.1.3 Vaststellen hoeveelheid geleverde proviand

Van de levering wordt een afleveringsbon opgemaakt waarop de geleverde soort en hoeveelheid alcoholvrije dranken staat vermeld.

Naar boven

3.2 Vrijstelling voor (reizigers)bagage uit derde landen

Vrijstelling kan worden verleend van verbruiksbelasting voor de invoer van alcoholvrije dranken die deel uitmaken van de persoonlijke reizigersbagage van een reiziger die afkomstig is uit een derde land. Deze invoer mag geen handelskarakter hebben (WVAD, artikel 31). De vrijstelling is beperkt tot een hoeveelheid die een waarde vertegenwoordigd van € 430,00 (Artikel 21 b Wet op de omzetbelasting 1968). Dit geldt alleen als dit vrijgestelde bedrag nog niet gebruikt is voor de vrijstelling van belastingen voor andere goederen.

Naar boven