Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

14.10.00 Communautair karakter

3 Vaststellen van het communautaire karakter van de goederen

3.1 Algemeen

Als het communautaire karakter van goederen moet worden vastgesteld, gebeurt dit met documenten of volgens nadere bepalingen die regels bevatten voor douanevervoer of voor bepaalde categorieën goederen.

Naar boven

3.2 Procedures en ambtelijke werkzaamheden

3.2.1 Procedurebeschrijving toepassingsgebied

Het T2L of T2LF en T2Lbis of T2LFbis of andere bescheiden voor het aantonen van de communautaire status mogen niet worden gebruikt voor:

  • goederen die een bestemming hebben buiten de Gemeenschap;

  • goederen waarvoor douaneformaliteiten zijn vervuld voor de toekenning van landbouwrestituties bij uitvoer naar derde landen;

  • goederen die een verpakking hebben zonder communautair karakter. Tenzij op het T2L(F) de vermelding "N-verpakkingsmiddelen" is aangebracht ( artikel 314quater, lid 2, TVo. CDW);

  • goederen die niet rechtstreeks van een lidstaat naar een andere lidstaat worden vervoerd.

(artikel 4, lid 7 CDW juncto artikel 314quater, lid 1, TVo. CDW)

Naar boven

3.2.2 Goederenverkeer tussen de EU en Andorra

De EU en Andorra hebben een douane-unie opgericht voor de producten die vallen onder de hoofdstukken 25 tot en met 97 van het Geharmoniseerd Systeem (hierna: GS). Dat betekent dat voor die goederen de bepalingen van het communautair douanevervoer gelden. Zie voor meer informatie onderdeel 14.00.00 van dit Handboek (paragraaf 2.4.2).
(artikel 1, eerste gedachtenstreepje, Overeenkomst EEG-Andorra)

Naar boven

3.2.3 Goederenverkeer tussen de EU en San Marino

De EU en San Marino hebben een douane-unie opgericht voor de goederen die vallen onder de hoofdstukken 1 tot en met 97 van het GS, met uitzondering van de goederen die vallen onder het EGKS-verdrag. Dat betekent dat voor deze goederen de bepalingen van het communautaire douanevervoer gelden. Zie voor meer informatie onderdeel 14.00.00 van dit Handboek (paragraaf 2.4.3).
(artikel 1, lid 1, Overeenkomst EEG-San Marino)

Naar boven

3.2.4 Voorwaarde van rechtstreeks vervoer

De vervoerder kan een T2L of T2LF of gelijkwaardig document alleen gebruiken om het communautair karakter van goederen aan te tonen, als hij die rechtstreeks vervoert van de ene lidstaat naar de andere.
(artikel 314, TVo. CDW)

In dit verband betekent "rechtstreeks vervoer":

  • vervoer zonder gebruik van het grondgebied van een derde land;

  • vervoer over het grondgebied van een derde land, maar onder geleide van een transportdocument, dat in een lidstaat is opgemaakt;

  • vervoer, na overlading in een derde land, met een ander vervoermiddel dan het vervoermiddel waarop of waarin de goederen oorspronkelijk waren geladen.

    In dit geval wordt bij het nieuwe transportbescheid een kopie van het oorspronkelijke transportbescheid gevoegd dat voor het vervoer van de goederen vanaf de lidstaat van vertrek tot aan de lidstaat van bestemming was afgegeven.

    De douane-autoriteiten van het kantoor van bestemming, in het kader van de administratieve samenwerking tussen de lidstaten, verrichten controles achteraf teneinde zich van de juistheid van de vermeldingen die op de kopie van het originele vervoersbescheid zijn aangebracht, te vergewissen.

(artikel 314, lid 1, TVo. CDW)

Naar boven

3.3 Nadere bepalingen

In dit hoofdstuk zijn geen nadere bepalingen opgenomen.

Naar boven

3.4 Uitzonderingen

In dit hoofdstuk zijn geen uitzonderingen opgenomen.

Naar boven

3.5 Strafbepalingen

In dit hoofdstuk zijn geen strafbepalingen opgenomen.

Naar boven