Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

14.48.00 Vereenvoudigde procedures voor het douanevervoer over zee

3 Vereenvoudigde procedure niveau 1

In dit hoofdstuk worden de procedures en werkzaamheden rondom de vereenvoudigde procedure niveau 1 behandeld. Hierbij wordt gebruik gemaakt van scheepvaartmanifesten als vereenvoudigde aangiften voor douanevervoer T.

Naar boven

3.1 Algemeen

De vereenvoudigde procedure communautair douanevervoer bij het vervoer van goederen over zee is alleen mogelijk voor scheepvaartmaatschappijen die over een vergunning lijndienst beschikken (artikel 313bis TVo. CDW) en aan welke daarnaast een vergunning op grond van artikel 447 TVo. CDW is verstrekt. De algemene voorwaarden van artikel 373 tot en met 378 TVo. CDW zijn eveneens van toepassing op deze vereenvoudigingsmogelijkheid.

In deze paragraaf vindt u de volgende onderwerpen:

  • de vergunning voor de vereenvoudigde procedure niveau 1
    (paragraaf 3.1.1);

  • manifesten (paragraaf 3.1.2);

  • voorwaarden bij de manifesten (paragraaf 3.1.3);

  • formaliteiten die de aangever voor vertrek moet vervullen
    (paragraaf 3.1.4);

  • ambtelijke werkzaamheden in de haven van vertrek (paragraaf 3.1.5);

  • formaliteiten die de aangever bij aankomst moet verrichten
    (paragraaf 3.1.6);

  • ambtelijke werkzaamheden in de haven van bestemming
    (paragraaf 3.1.7);

  • aanzuivering van de regeling communautair douanevervoer
    (paragraaf 3.1.8);

  • formaliteiten die de aangever moet vervullen bij aanzuivering (paragraaf 3.1.9);

  • ambtelijke werkzaamheden bij zuivering (paragraaf 3.1.10).

Naar boven

3.1.1 Vergunning voor de vereenvoudigde procedure niveau 1

Een vergunning voor de vereenvoudigde procedure niveau 1 kan bij de autoriteiten van de lidstaat waar de aanvrager is gevestigd worden aangevraagd door een hier te lande gevestigde scheepvaartmaatschappij. De afgifte van deze vergunningen is in Nederland gecentraliseerd bij Douanekantoor Rotterdam (zie paragraaf 2.1.1). Een model van het aanvraagformulier is te downloaden op www.douane.nl.

De vorm van het manifest, evenals de havens van vertrek en bestemming van het communautair douanevervoer, worden in de vergunning vermeld. De scheepvaartmaatschappij doet de douaneautoriteiten van elke betrokken haven een voor eensluidend gewaarmerkte kopie van de vergunning toekomen.
(artikel 447, lid 1, TVo. CDW).

Een model van de vergunning vereenvoudigde procedure niveau 1 opgenomen in het onderdeel "Vervoer" van het modellenboek Douane.

Naar boven

3.1.2 Manifesten/zekerheid

Het scheepvaartmanifest dat op de goederen betrekking heeft geldt als aangifte voor communautair douanevervoer T.
(artikel 447, lid 1, TVo. CDW)

De scheepvaartmaatschappij wordt na afgifte van de vergunning als aangever aangemerkt en is aansprakelijk voor betaling van de douaneschuld en andere belastingen die ten aanzien van de goederen kunnen ontstaan. Cargadoors of scheepvaartagenten kunnen alleen als vertegenwoordiger van de scheepvaartmaatschappijen optreden.

Op grond van artikel 446 TVo.CDW behoeft geen zekerheid te worden gesteld bij deze vereenvoudiging.

Wanneer zowel onder de regeling extern communautair douanevervoer te plaatsen goederen worden vervoerd als goederen die overeenkomstig artikel 340quater, lid 1, TVo. CDW onder de regeling intern communautair douanevervoer moeten worden geplaatst (vervoer naar niet-fiscale gebieden), worden deze goederen op afzonderlijke manifesten vermeld.
(artikel 447, lid 2, TVo. CDW)

Naar boven

3.1.3 Voorwaarden bij de manifesten

  1. De scheepvaartmaatschappij of haar vertegenwoordiger moet in het manifest een gedateerde en ondertekende vermelding aanbrengen omtrent de status van de in het manifest opgenomen goederen. Deze statusvermelding kan zijn: "T1" of "T2F".
    Zo geldt het manifest als een aangifte T1 of T2F. (artikel 447, lid 3, TVo. CDW)

  2. Het manifest moet voorts de volgende gegevens bevatten:


    Voor elke zending die in het manifest staat, zijn de volgende gegevens nodig:

    • de naam en het volledige adres van de scheepvaartmaatschappij die de goederen vervoert;

    • de naam van het schip;

    • de plaats van lading;

    • de plaats van lossing.

    • een verwijzing naar het cognossement;

    • het aantal, de aard, de merken en nummers van de colli;

    • een omschrijving van de goederen volgens de gebruikelijke handelsbenaming alsmede de noodzakelijke gegevens om de goederen te kunnen identificeren;

    • de bruto massa in kg;

    • in voorkomend geval, de nummers van de containers.

Naar boven

3.1.4 Formaliteiten die de aangever voor vertrek moet vervullen

De scheepvaartmaatschappij die de goederen met een manifest vervoert, geldt als aangever.

De aangever legt de manifesten in tweevoud voor ter visering aan de douaneautoriteiten van de haven van vertrek bij een van de kantoren genoemd in bijlage III van de Algemene douaneregeling. (artikel 447, lid 5, TVo. CDW)

Naar boven

3.1.5 Ambtelijke werkzaamheden in de haven van vertrek

Als douaneambtenaar, werkzaam in de haven van vertrek, doet u het volgende:

Breng op de manifesten een visum aan en bewaar een exemplaar als kantoorexemplaar

Vermeld op de manifesten:


  • de naam van het douanekantoor;

  • de datum van afgifte;

  • uw naam en handtekening;

  • het boekingsnummer; dit is het nummer van de IMO FAL 1 bij vertrek of, indien van toepassing;

  • het Call Reference Number (CRN) dat bij binnenkomst aan het schip is verleend.

Verlang eventueel bij het viseren dat de scheepvaartmaatschappij cognossementen ter controle overlegt.

Als de scheepvaartmaatschappij een vergunning "Toegelaten Afzender" heeft, mag deze zelf de manifesten als aangifte voor douanevervoer T geldig maken. De maatschappij moet binnen een bepaalde termijn een exemplaar van het manifest inleveren bij de douaneautoriteiten in de haven van vertrek. In de vergunning Toegelaten Afzender zal deze termijn zijn vastgesteld.

In onderdeel 20.00.00 van dit Handboek zijn voorbeelden opgenomen ter verduidelijking van de afhandeling van aangiften in verschillende praktijksituaties.

Naar boven

3.1.6 Formaliteiten die de aangever bij aankomst moet vervullen

Wanneer de scheepvaartmaatschappij in de lidstaat van bestemming geen Toegelaten Geadresseerde is, moet zij een geviseerd exemplaar van het manifest aan de douaneautoriteiten van de haven van bestemming overleggen. De douane in de lidstaat van bestemming bewaart dit exemplaar.
(artikel 447, lid 6, TVo. CDW)

Naar boven

3.1.7 Ambtelijke werkzaamheden in de haven van bestemming

Als douaneambtenaar in de haven van bestemming gaat u als volgt te werk:

Eis van de scheepvaartmaatschappij (of diens vertegenwoordiger) in de haven van bestemming, dat ze de manifesten van alle geloste goederen ter controle overlegt op één van de in bijlage III van de Algemene douaneregeling opgenomen douanekantoren. U kunt bovendien eisen dat de maatschappij alle bijbehorende cognossementen overlegt.

In onderdeel 20.00.00 van dit Handboek, zijn voorbeelden opgenomen met betrekking tot de relatie tussen de vereenvoudigde procedures zee en de douane regeling uitvoer.

Naar boven

3.1.8 Zuivering van de regeling communautair douanevervoer

Bij toepassing van de vereenvoudigde procedure niveau 1 hoeft het kantoor van bestemming geen exemplaren van de manifesten terug te sturen naar het kantoor van vertrek. De zuivering gebeurt met een lijst die de scheepvaartmaatschappij maandelijks opstelt (zie 3.1.9). De goederen bevinden zich na aankomst op het kantoor van bestemming in tijdelijke opslag, tenzij de goederen direct voor een douanebestemming worden aangegeven.

Naar boven

3.1.9 Formaliteiten die de aangever moet vervullen bij zuivering

Maandelijks moet de scheepvaartmaatschappij een lijst opstellen van de overlegde manifesten in de voorafgaande maand ter zuivering van de vereenvoudigde procedure niveau 1 (artikel 447, lid 7, TVo. CDW). Deze lijst moet de volgende gegevens bevatten:

  • het referentienummer van het manifest,

  • de statusvermelding op het manifest overeenkomstig artikel 447, lid 3, TVo. CDW (T1 of T2F);

  • de naam van de scheepvaartmaatschappij die de goederen heeft vervoerd;

  • de datum van het vervoer over zee.

De scheepvaartmaatschappij stelt de lijst op per haven van vertrek voor iedere haven van bestemming, en levert deze in bij de douaneautoriteiten van de haven van bestemming. De inlevering vindt plaats binnen de termijn die daarvoor in de vergunning is genoemd.

Naar boven

3.1.10 Ambtelijke werkzaamheden bij zuivering

Vermeld in de lijst van overgelegde manifesten alle eventuele verschillen. Vermeld daarbij de nummer(s) van de desbetreffende Bill(s) of Lading (= Cognossement).

Viseer de lijst met een afdruk van het dienststempel en uw handtekening.

Zend de lijst rechtstreeks naar de douane van de haven van vertrek.

Een scheepvaartmaatschappij kan toestemming krijgen om deze werkzaamheden zelf uit te voeren.

(artikel 447, lid 7, TVo. CDW)

Naar boven