43.00.00 Postzendingen

4 Uitvoer

4.1 Algemeen

Voor uitvoer (en ook wederuitvoer) van goederen per post moet aangifte ten uitvoer worden gedaan tenzij het gaat om goederen zonder waarde. Onder uitvoer wordt verstaan het brengen van goederen naar buiten het douanegebied van de EU.

Naar boven

4.2 Procedures en ambtelijke werkzaamheden

De aangiften ten uitvoer van postzendingen moeten bij de Post worden gedaan in plaats van bij de douane.

Aangifte ten uitvoer van postzendingen uitsluitend bestaande uit:

• andere goederen dan handelsgoederen en goederen voor zakelijk gebruik en

• handelsgoederen en/of goederen voor zakelijk gebruik met een waarde van niet meer dan € 1.000

gebeurt in het algemeen door overlegging van de bij de zending behorende douaneverklaring P2408 (zie bijlage 5). Ten aanzien van de in deze aangifte omschreven goederen behoeven geen verdere formaliteiten te worden vervuld.

Voor de uitvoer van andere postzendingen moet de Post voor een aangifte ten uitvoer zorg dragen.

Postzendingen die voor uitvoer met aanspraak op teruggaaf of schorsing van douanerechten of ter verzending met T1 worden aangeboden, moeten door de Post worden voorzien van een geel etiket als bedoeld in bijlage 1 bij dit onderdeel. Voor deze goederen kan immers nog verschuldigdheid van douanerechten of belastingen ontstaan.

Voor aangiften ten uitvoer voor goederen die ter voldoening aan de vrijstellingsvoorwaarden uitgaan of aan niet-fiscale douanecontrole zijn onderworpen, moet het formulier Enig document worden gebruikt. Deze aangiften moeten door de afzender aan de Post worden overgelegd.

Naar boven

4.2.1 Aftekening en intrekking bij uitgaan

De aftekening van de aangiften ten uitvoer geschiedt door de Post. Deze aftekening kan slechts plaats vinden op aangewezen douanekantoren. In Nederland is dit Douane West/douanekantoor Schiphol. Dit geldt ook voor uitvoervergunningen, uitvoercertificaten en andere bescheiden welke bij de uitvoer moeten worden afgetekend of ingetrokken.

De Post moet er nauwkeurig op te letten of postzendingen volgens de aangiften ambtelijk zijn gesloten en of in dat geval alle aangebrachte loden of zegels daarop ongeschonden aanwezig zijn. Verder behoort de Post na te gaan of de uitvoer is toegestaan.

Nadat alle in een aangifte begrepen postzendingen met ongeschonden verzegeling in een gesloten zending zijn opgenomen, stelt de Post op de aangifte een verklaring luidende:

• "Opgenomen in een gesloten pakketpostzending voor: ........... (land van bestemming). De blijkens de aangifte aangebrachte verzegeling is ongeschonden bevonden".

Deze verklaring wordt door de Post gedateerd en ondertekend.

Blijkt uit de aangifte niet dat ambtelijke verzegeling heeft plaatsgehad, dan verzoekt de Post het douanekantoor om de verificatie te verrichten. Na verificatie tekent verifiërende ambtenaar de aangifte voor verificatie af en wordt de aangifte aan de Post teruggegeven. Deze stelt onder de aftekening voor verificatie de volgende verklaring:

• "Opgenomen in een gesloten pakketpostzending voor: ............ (land van bestemming)".

Deze verklaring wordt door hem gedateerd en ondertekend.
De Post trekt de aangiften voor zover nodig in.
Nadat kan worden aangenomen dat de gesloten zending is uitgegaan, geeft de Post de aangiften tegen ontvangstbewijs, waarin het aantal van elke soort aangifte wordt vermeld, over aan het douanekantoor. Dit verzorgt bij akkoordbevinding, zonder nadere aftekening, doch overigens op dezelfde voet als bij intrekking aan het laatste kantoor, de verdere behandeling.

Het douanekantoor moet steekproefgewijs de verzegeling van de in gesloten zendingen op te nemen pakketten controleren. Steekproefgewijs en voorts bij vermoeden van overtreding van de uitvoerverboden ten aanzien van opium, vuurwapenen, enzovoort, zullen de ambtenaren ook de inhoud van de uitgaande postzendingen kunnen onderzoeken. Daarbij moet vertraging in de verzending zo veel mogelijk worden voorkomen.

Naar boven

4.2.2 Uitgaande brieven

De laatste alinea van paragraaf 4.2.1 geldt niet ten aanzien van brieven. Voor brieven met etiket DOUANE CN 22 geeft het Wereld Postverdrag het recht om deze te openen alleen aan de douane van het land van oorsprong en aan het land van bestemming. De Nederlandse wetgeving geeft daaraan geen uitbreiding.

Voor het buitenland bestemde, al dan niet van een etiket DOUANE CN 22 voorziene brieven die kennelijk of vermoedelijk verdovende middelen bevatten, mogen wel in beslag worden genomen maar moeten ongeopend aan de Officier van Justitie worden overgedragen.

Naar boven

4.2.3 Uitvoer met vrijstelling van belasting

Goederen kunnen worden uitgevoerd ter voldoening aan de voorwaarden voor een verleende vrijstelling van belasting of met aanspraak op vrijstelling of teruggaaf van omzetbelasting op voet van de Wet op de omzetbelasting 1968. Deze goederen mogen slechts als postzending worden uitgevoerd indien:

1. de frankering plaatsvindt door middel van de aanduiding "port payé";

2. de verzending plaatsvindt als bulkpost (zie paragraaf 4.3.2).

Naar boven

4.2.4 Vrijstellingsaangiften en uitvoercertificaten

Degene die de goederen op de wijze als bedoeld in paragraaf 4.2.3, letter a, wil uitvoeren moet van dat voornemen ten minste 24 uur voor de uitslag uit zijn bedrijf kennisgeven aan de douane op de laadplaats.

Indien de goederen worden uitgevoerd ter voldoening aan de voorwaarden voor een verleende vrijstelling van belasting, dient de belanghebbende al naar gelang van het geval een aangifte ten uitvoer met de bijzondere gegevens over die vrijstelling over te leggen. De ambtenaren op de laadplaats maken op het exemplaar nummer 3 van deze uitvoeraangifte en/of op het eventueel overgelegde certificaat van uitvoer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 melding van hun bevindingen. Ook tekenen zij in voorkomend geval aan welke identiteitsmaatregelen zijn genomen. Zij plaatsen hierbij een afdruk van het metalen dienststempel en geven de bescheiden aan de belanghebbende terug.

De Post moet er op letten dat het exemplaar nummer 3 van de in het voorgaande alinea bedoelde aangifte ten uitvoer en/of het certificaat van uitvoer door de ambtenaren is/zijn afgetekend. Bij akkoordbevinding plaatst de Post een afdruk van het metalen dienststempel met paraaf op de voorzijde van bedoelde exemplaren en certificaten. Ook op het tweede exemplaar van de geleidelijst plaatst de Post een afdruk van het metalen dienststempel en paraaf. De exemplaren nummer 3 van de uitvoeraangifte, de certificaten en het tweede exemplaar van de geleidelijst geeft de Post terug aan de aangever. Deze worden voor het crediteren van de vrijstellingsrekening aangemerkt als voor uitgaan afgetekende exemplaren nummer 3 van de aangiften ten uitvoer en als voor uitgaan afgetekende certificaten van uitvoer.

Naar boven

4.3 Nadere bepalingen

4.3.1 Bulkpost

Voor de procedures met gebruik van bulkpost (paragraaf 4.2.3, letter b, is het volgende van belang:

• voor bulkpost is een vergunning nodig van de Post;

• de vergunninghouder levert de zendingen voor bulkpost aan in verzegelde zakken.

Het bepaalde in paragraaf 4.2.4, eerste alinea, is van overeenkomstige toepassing.

De ambtenaren op de laadplaats maken op het exemplaar nummer 3 van de aangiften ten uitvoer en/of op het certificaat van uitvoer melding van hun verrichtingen en bevindingen. Zij brengen de door de afzender te verzegelen zakken alléén dan onder ambtelijke verzegeling, als zij dat nodig oordelen.

De Post overtuigt zich ervan dat het exemplaar nummer 3 van de aangifte ten uitvoer of het certificaat van uitvoer door de ambtenaren is afgetekend en of de toegepaste verzegeling ongeschonden is. Al dat het geval is en ook het aangegeven gewicht overeenstemt met de eigen weging door de Post voor het berekenen van porto, dan stelt de Post op de voorzijde van het exemplaar nummer 3 van de uitvoeraangifte en indien aanwezig van het certificaat van uitvoer, een afdruk van het dienststempel met paraaf.

Het bepaalde in paragraaf 4.2.4, laatste alinea, is voor zover mogelijk van overeenkomstige toepassing.

De boekhouding van de afzender van bulkpost dient zodanig te zijn ingericht dat daaruit de noodzakelijke gegevens inzake de uitvoer van de goederen per post kunnen worden verkregen.

Naar boven

4.3.2 Uitvoer met carnet ATA

De monsterzending die onder geleide van een carnet ATA per post (weder) wordt uitgevoerd moet door de belanghebbende onder overlegging van het carnet ter opneming en verzegeling worden aangeboden aan de douane.

Ambtelijke werkzaamheden

Bij aanbieding door een belanghebbende van een carnet ATA en de bijbehorende goederen die per post zullen worden verzonden, andelt u als volgt:

Hierna worden de monsterzending en het carnet door belanghebbende bij de Post ter verzending aangeboden en door deze aan Douane West/douanekantoor Schiphol toegezonden. Daar moet de zending in een gesloten postzending worden opgenomen.

Indien op dit kantoor een monsterzending, met bijbehorend carnet wordt ontvangen en het carnet nog niet door de douane is behandeld en van aantekeningen voorzien, moet de Post de zending en het carnet overdragen aan de douane. De ambtenaren handelen alsnog hiervoor is aangegeven, met dien verstande dat het carnet en de postzending rechtstreeks aan de Post worden teruggegeven. Deze neemt de zending op in een gesloten postzending.

De Post plaatst in onderdeel D van het "volet de sortie" dan wel van het "volet de réexportation" een gedagtekende en ondertekende verklaring, luidende:

"Opgenomen in een gesloten pakketpostzending voor: ......(land van bestemming). De blijkens dit document aangebrachte verzegeling is ongeschonden bevonden".

Daarna stelt de Post het carnet ter hand van de ambtenaren ten behoeve van de administratieve douaneafhandeling.

Naar boven

4.4 Uitzonderingen

Voor zendingen zonder waarde behoeft geen aangifte ten uitvoer te worden gedaan.