Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

20.02.00 Aangiften ten uitvoer landbouwgoederen

4 Administratieve afwerking van de verificatie

4.1 Algemeen

De verifiërend ambtenaar tekent de wijze van controle en de uitkomst daarvan aan in de aangifte. In dit hoofdstuk wordt de administratieve afwerking van de verificatieprocedure behandeld.

Naar boven

4.1.1 Resultaten verificatie vastleggen en melden

Op grond van artikel 247, lid 1, TVo. CDW moeten de resultaten van de verificatie op de aangifte worden vermeld. U vermeldt de uitslag in het aangiftesysteem overeenkomstig de aanwijzingen van onderdeel 20.00.00, van dit Handboek.

Voor de wijze van aftekening van de controlediepgang bij een fysieke controle zie paragraaf 6.2.6 van onderdeel 12.00.00, Plaatsing van goederen onder een douaneregeling, van dit Handboek.

Let op!

Als u concludeert dat de aangifte ten uitvoer met aanspraak op restitutie niet conform is vermeld u dit in het aangiftesysteem. Uit het systeem moeten de correcties en de originele door de aangever opgegeven gegevens blijken.
Bijvoorbeeld: "Vak 38 was 1.000, is 800". Vermeld de reden van de correctie. Dit is van belang voor het toepassen van sanctiebeleid door de RVO.nl.

Mocht het maximaal aantal karakters worden overschreden, dan vermeld u de overloop in een formulier IUD12 en zend dit per post toe aan de RVO.nl en de aangever. In het verificatievak verwijst u naar de IUD 12.

Bij het afwerken van de verificatie kunnen vier situaties worden onderscheiden:

Elektronische aangifte:

  1. De uitkomst staat direct vast en is conform.

  2. De uitkomst staat direct vast en is niet-conform.

  3. De uitkomst staat nog niet direct vast, bijvoorbeeld vanwege een ingesteld monsteronderzoek en blijkt later conform.

  4. De uitkomst staat nog niet direct vast , bijvoorbeeld vanwege een ingesteld monsteronderzoek en blijkt later niet-conform.

Ad a

  1. Teken de wijze van controle en de uitkomst daarvan aan in het aangiftesysteem

  2. Teken eventuele andere bescheiden die bij de aangifte horen (bijvoorbeeld uitvoercertificaten) overeenkomstig uw conclusie af en werk deze af.

Ad b

  1. Teken de wijze van controle en de uitkomst daarvan aan in het aangiftesysteem

  2. Teken eventuele andere bescheiden die bij de aangifte horen (bijvoorbeeld uitvoercertificaten) overeenkomstig uw conclusie af en werk deze af.

  3. Vermeld in het aangiftesysteem de originele door de aangever opgegeven gegevens, zodra u concludeert dat de aangifte niet conform is.

  4. Neem ook alle andere relevante informatie op.

  5. Vermeld de reden van de correctie. Dit is van belang voor het toepassen van sanctiebeleid door de productschappen.

  6. Vermeld de ambtelijk bevonden gegevens in het desbetreffende scherm

Ad c


Let op:

Zodra de aangifte de status aangehouden verificatie bereikt, wordt er automatisch door het systeem een bericht aangemaakt voor de RVO.nl en de aangever.


Let op:

Zodra de aangifte de status einde verificatie heeft bereikt, maakt het systeem automatisch een bericht aan voor de RVO.nl en de aangever.

  1. Houdt de verificatie aan in het aangiftesysteem.

  2. Stuur een formulier aanvraag monsteronderzoek, het te onderzoeken monster en een verwijzing naar de aangifte naar het Douanelaboratorium.

  1. Werk de aangifte af zodra u de uitslag van het monsteronderzoek ontvangt en concludeert dat de aangifte conform is. Vermeld alle relevante gegevens van het monsteronderzoek in het aangiftesysteem

  1. Teken eventuele andere bescheiden die bij de aangifte horen (bijvoorbeeld uitvoercertificaten) overeenkomstig uw conclusie af en werk deze af.

Ad d

  1. Als bij ad c.

  2. Als bij ad c.

  3. Vermeld in het aangiftesysteem de originele door de aangever opgegeven gegevens, zodra u de uitslag van het monsteronderzoek ontvangt en concludeert dat de aangifte niet conform is.

  4. Neem ook alle relevante informatie van het monsteronderzoek op.

  5. Vermeld de reden van de correctie. Dit is van belang voor het toepassen van sanctiebeleid door de RVO.nl.

  6. Vermeld de ambtelijk bevonden gegevens in het aangiftesysteem.

Let op!

Zodra de aangifte de status einde verificatie heeft bereikt, maakt het systeem automatisch een bericht aan voor de RVO.nl en de aangever.

  • Teken eventuele andere bescheiden die bij de aangifte horen (bijvoorbeeld uitvoercertificaten) overeenkomstig uw conclusie af en werk deze af.

Naar boven

4.1.2 Bescheiden verzenden na verificatie

Uitvoercertificaat

Nadat u het uitvoercertificaat heeft afgeschreven voor de hoeveelheid goederen die ten uitvoer zijn aangegeven (en die u eventueel heeft aangepast na controle van de aangifte), retourneert u het certificaat aan de aangever. De aangever heeft het afgewerkte certificaat nodig om bij de instantie die het certificaat heeft afgegeven aan te tonen dat hij aan de uitvoerverplichting heeft voldaan. Zie voor de bijzondere procedure die u moet volgen bij uitvoercertificaten die in andere lidstaten zijn afgegeven, paragraaf 2.3.2 van onderdeel 20.03.00, Uitvoercertificaten landbouwgoederen, van dit Handboek.

Controle-exemplaar T5

Het controle-exemplaar T5 (origineel) vergezelt de goederen tot aan het kantoor van uitgang of het bereiken van de opgegeven bijzondere bestemming of inslag in het bevoorradingsdepot. De kopie van dit controle-exemplaar T5 blijft op het kantoor van uitvoer achter. Zie voor de behandeling van het controle-exemplaar T5,onderdeel 14.30.00, Controle-exemplaar T5, van dit Handboek.

Aanvraag restitutiegegevens

De RVO.nl kan met het formulier “Toezending aanvraag restitutiegegevens” (bijlage 3) aan de Douane waar de aangifte is gedaan vragen om bepaalde gegevens te controleren en eventueel aan te passen.

Met de RVO.nl is afgesproken om de toegezonden formulieren binnen drie weken te beantwoorden. U wordt verzocht om deze termijn in acht te nemen. Als u verwacht dat u deze termijn zult overschrijden, moet u de RVO.nl van de termijnoverschrijding op de hoogte stellen. Hierbij geeft u tevens aan wat de voorziene datum van afwerking is.

Wanneer u van de RVO.nl het verzoek krijgt tot correctie van een aangifte, dan handelt u als volgt:

  1. Controleer of de geconstateerde onduidelijkheid terecht gecorrigeerd moet worden.

  2. Corrigeer de geconstateerde onduidelijkheden.

  3. Waarmerk de aangebrachte wijzigingen in het formulier "Toezending aanvraag restitutiegegevens" door een afdruk van het dienststempel, uw handtekening en uw naamstempel.

  4. Zend het formulier "Toezending aanvraag restitutiegegevens" terug naar de RVO.nl.

  5. Houd een kopie exemplaar van het formulier "Toezending aanvraag restitutiegegevens" op de eenheid achter en archiveer dit.

  6. Archiveer de kopie van het formulier "Toezending aanvraag restitutiegegevens" die de RVO.nl na akkoord terugzendt.

Onjuistheden of onvolledigheden die tot nu toe zijn geconstateerd, zijn:

  • het ontbreken van dienststempelafdrukken;

  • het ontbreken van een paraaf;

  • een foutieve vermelding van het jaartal op de stempelafdruk;

  • de vermelding "niet conform" zonder aanvullende gegevens;

  • een onjuiste datum van uitgaan.

Wanneer de RVO.nl fraude vermoed

Wanneer de RVO.nl fraude vermoed, zal het zij de Douane verzoeken om een onderzoek in te stellen in de administratie van de exporteur of de expediteur. De RVO.nl geeft aan welke vermeende onjuistheid of onvolkomenheid zij onderzocht wil hebben. De bevindingen uit het onderzoek moeten in een rapport worden opgenomen. Op grond van de rapportage adviseert de Douane het RVO.nl over de aanvaardbaarheid van de gevraagde gegevens.

De douaneregio waar de exporteur zijn hoofdvestiging heeft, voert het onderzoek uit.

Teloorgaan van het controle-exemplaar T5

Wanneer een controle-exemplaar T5 is teloorgegaan, kunt u een duplicaat controle-exemplaar T5 afgeven op grond van artikel 912septies, lid 2 TVo. CDW. Zie onderdeel 14.30.00, Controle-exemplaar T5, van dit Handboek.

Naar boven

4.1.3 Nader onderzoek na beëindiging van de verificatie

Nadat de verificatie is beëindigd kan de inspecteur om de volgende drie redenen een nader onderzoek instellen:

  • verzoeken om inlichtingen van een buitenlandse douanedienst;

  • informatie die hij heeft ontvangen van een buitenlandse douanedienst;

  • bevindingen van een Nederlandse dienst die in enig opzicht bij het toezicht van in te voeren goederen is betrokken, bijvoorbeeld de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA).

U maakt van dit onderzoek een rapport of verslag en zendt dit naar de instantie of instanties die hier belang bij (kunnen) hebben. Bijvoorbeeld;

  • De buitenlandse douaneadministratie;

  • De NVWA;

  • De RVO.nl

Naar boven

4.2 Nadere bepalingen

4.2.1 Melding van onregelmatigheden bij landbouwgoederen

Als u onregelmatigheden bij de uitvoer met aanspraak op restitutie vaststelt, dan moet u alle onregelmatigheden opnemen in het systeem Douane Fraude Bestrijding. Wanneer er een financieel belang speelt van meer dan € 4.000, dan moet de Europese Commissie hiervan in kennis worden gesteld. Zie voor de te volgen procedures hoofdstuk 12 van onderdeel 36.00.00, Strafbepalingen, van dit Handboek.

Naar boven

4.3 Uitzonderingen

4.3.1 Restitutie bij onjuiste uitvoerformaliteiten

Voorwaarden voor restitutie

In overleg met de Europese Commissie is een regeling getroffen om in bijzondere gevallen waarbij zich bij aangiften ten uitvoer onjuiste uitvoerformaliteiten hebben voorgedaan, alsnog restitutie te kunnen toekennen.

Hiervoor moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:

  • De douanevoorschriften moeten in acht zijn genomen.

  • De Douane moet de juistheid kunnen nagaan van de in artikel 5, lid 4 van de Restitutieverordening bedoelde gegevens op basis waarvan de restitutie wordt toegekend.

  • De feitelijke dag van uitvoer moet vastgesteld kunnen worden.

  • De Douane moet voldoende mogelijkheden hebben gehad om de aangifte te verifiëren.

  • De oorzaak die tot het niet indienen of het niet tijdig indienen van de aanvraag voor restitutie heeft geleid, moet onafhankelijk van de wil van de exporteur zijn geweest. U kunt hierbij denken aan een overmachtsituatie zoals een algemene douanestaking.

  • Het niet in behandeling nemen van de aangifte waarbij dit is te wijten aan een niet-gefundeerde weigering tot in behandelingneming door de Douane.

Let op!

Fouten van de expediteur zijn voor rekening en risico van de exporteur.

Gevolgen voorwaarden

De voorwaarden beperken de mogelijkheid een aanvraag voor restitutie in behandeling te nemen.

Behandeling is niet mogelijk als het niet indienen van de aangifte ten uitvoer te wijten is aan de exporteur zelf, of als de goederen zonder toestemming van de Douane het douanegebied hebben verlaten.

In de praktijk zullen alleen de volgende soorten dossiers voor restitutieverlening achteraf in aanmerking komen:

  • Dossiers waarbij slechts ten dele de voor de aangifte benodigde documenten zijn overgelegd.

  • Dossiers waarbij verkeerde documenten zijn gebruikt.

Verzoek tot nader onderzoek

Om bij onjuiste uitvoerformaliteiten voor restitutie in aanmerking te komen moet de exporteur een verzoek indienen bij de RVO.nl. Wanneer de RVO.nl van oordeel is dat het verzoek in behandeling kan worden genomen, wordt het dossier voor verder onderzoek naar de betreffende douaneregio gestuurd.

Naar boven