Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

17.00.00 Behandeling onder douanetoezicht

5 Beëindiging van de douaneregeling

5.1 Economische voorwaarden

De regeling BOD heeft primair als doel om uit invoergoederen verkregen behandelde producten in het vrije verkeer te brengen. Alle toegestane douanebestemmingen zijn echter mogelijk ter beëindiging van de douaneregeling behandeling onder douanetoezicht. Dat betekent dat ook de wederuitvoer, het opslaan in douane-entrepot of de douaneregeling extern communautair douanevervoer als bestemmingen mogelijk zijn.

Voor deze bestemmingen wordt verwezen naar de verschillende handboekonderdelen.

Naar boven

5.2 In het vrije verkeer brengen behandelde producten

5.2.1 Gebruik van communautaire goederen bij de regeling behandeling onder douanetoezicht

Het is mogelijk dat bij behandeling onder douanetoezicht gebruik gemaakt wordt van goederen met de communautaire status. Op basis van artikel 4 lid 7 en 4 lid 8 CDW hebben de behandelde producten de niet-communautaire status. De waarde van de gebruikte communautaire goederen maakt deel uit van de douanewaarde van de behandelde producten.

Naar boven

5.2.2 Vaststellen douaneschuld

Wanneer behandelde producten in het vrije verkeer worden gebracht wordt het bedrag van de douaneschuld vastgesteld aan de hand van de heffingsgrondslagen voor de behandelde producten die gelden op het tijdstip van het aanvaarden van de aangifte voor het brengen in het vrije verkeer.
(artikel 130 CDW)

De douanewaarde van de behandelde producten wordt naar keuze van de vergunninghouder vastgesteld aan de hand van één van de volgende methoden:

  1. — de douanewaarde van de behandelde producten waarbij gebruik wordt gemaakt van de transactiewaardemethode van identieke goederen zoals is bedoeld in artikel 30, lid 2, letter a, CDW;

  2. — de douanewaarde van de behandelde producten waarbij gebruik wordt gemaakt van de transactiewaardemethode van soortgelijke goederen zoals is bedoeld in artikel 30, lid 2, letter b, CDW;

  3. — de douanewaarde van de behandelde producten waarbij gebruik wordt gemaakt van de terugrekenmethode zoals is bedoeld in artikel 30, lid 2, letter c, CDW;

  4. de douanewaarde van de invoergoederen vermeerderd met de behandelingskosten. De douanewaarde van de invoergoederen wordt berekend met behulp van de algemene methoden die voor het vaststellen van de douanewaarde zijn vastgesteld. Onder behandelingskosten wordt verstaan alle kosten die noodzakelijk zijn voor het vervaardigen van de behandelde producten met inbegrip van de algemene kosten (overhead) en met inbegrip van de waarde van de communautaire goederen, voorzover die voor het vervaardigen van de behandelde producten zijn gebruikt. Winst die in het douanegebied van de EU is gemaakt behoeft niet in de douanewaarde van de behandelde producten te worden inbegrepen.
    ( artikel 551, lid 3, laatste zinsdeel TVo. CDW)

Deze methoden voor het vaststellen van de douanewaarde zijn nader toegelicht in het onderdeel Douanewaarde, nummer 9.00.00 van dit Handboek.
(artikel 36,lid 1, CDW en artikel 551,lid 3, TVo.CDW)

Naar boven

5.3 In het vrije verkeer brengen van goederen in ongewijzigde staat of tussenproducten

Wanneer goederen in ongewijzigde staat of producten in een tussenstadium van behandeling ten opzichte van het stadium van in de vergunning genoemde behandeling in het vrije verkeer worden gebracht, wordt het bedrag van de douaneschuld vastgesteld aan de hand van de heffingsgrondslagen van de invoergoederen die hebben gegolden op het tijdstip van het aanvaarden van de aangifte van de plaatsing van deze goederen onder de regeling behandeling onder douanetoezicht.

De heffingsgrondslagen van de invoergoederen blijven van toepassing , tot een volledige behandeling heeft plaatsgevonden en het in de vergunning opgenomen behandelde product is vervaardigd.
(artikel 135 CDW)

Naar boven

5.4 In het vrije verkeer brengen met preferentiële tariefbehandeling

Als de invoergoederen op het tijdstip waarop zij onder de douaneregeling behandeling onder douanetoezicht zijn geplaatst voldeden aan de voorwaarden van een preferentiële tariefbehandeling en als dezelfde preferentiële tariefbehandeling geldt voor producten die identiek zijn aan de in het vrije verkeer gebrachte behandelde producten, worden de rechten bij invoer van de behandelde producten berekend aan de hand van de rechten bij invoer van de preferentiële tariefbehandeling.
( artikel 136, lid 1, CDW)

Voorbeeld
Schaatsschoenen (GN 6402 1900) van oorsprong uit de Filipijnen waarvoor een Form A is afgegeven worden onder de douaneregeling behandeling onder douanetoezicht geplaatst. Voor deze schoenen geldt een preferentieel tarief van 11,5%. De schoenen worden gebruikt voor de vervaardiging van rolschaatsen (GN 95067030). Bij het in het vrije verkeer brengen van rolschaatsen uit de Filipijnen geldt ook een preferentieel tarief van 0%.

Bij het in het vrije verkeer brengen van deze rolschaatsen kan nu dus ook aanspraak worden gemaakt van het preferentiële tarief dat van toepassing is op deze goederen uit de Filipijnen. Dus geldt er dan een tarief van 0%.

Naar boven

5.5 Samenloop preferentieel tarief en tariefcontingenten/-plafonds

Als de hiervoor bedoelde preferentiële tariefbehandeling voor de invoergoederen wordt verleend in het kader van tariefcontingenten of -plafonds, geldt de preferentiële tariefbehandeling in de vorm van tariefcontingenten of -plafonds ook voor de behandelde producten voorzover deze preferentiële tariefbehandeling voor de invoergoederen geldt op het tijdstip van het aanvaarden van de aangifte tot het brengen in het vrije verkeer van de behandelde producten.
In dat geval wordt de hoeveelheid invoergoederen die daadwerkelijk bij de vervaardiging van de in het vrije verkeer gebrachte behandelde producten is gebruikt, afgeboekt van de tariefcontingenten of -plafonds die gelden op het tijdstip van het aanvaarden van de aangifte tot het brengen in het vrije verkeer van de behandelde producten. Geen afboeking wordt gedaan van die tariefcontingenten of -plafonds van producten die identiek zijn aan de behandelde producten.
( artikel 136, lid 2, CDW)

In het onderdeel Douanetarief, nummer 6.00.00 en onderdeel Preferentiële oorsprong en herkomst, nummer 8.00.00 van dit Handboek zijn nadere aanwijzingen gegeven.

Voorbeeld
Schaatsschoenen (GN 6402 1900) van oorsprong uit de Filipijnen waarvoor een Form A is afgegeven worden onder de douaneregeling behandeling onder douanetoezicht geplaatst. Voor deze schoenen geldt een preferentieel tarief van 11,5% in het kader van een tariefcontingent. De schoenen worden gebruikt voor de vervaardiging van rolschaatsen (GN 95067030). Voor rolschaatsen van oorsprong uit de Filipijnen geldt een preferentieel tarief van 0%.

Bij het in het vrije verkeer brengen van deze rolschaatsen kan nu alleen het preferentiële tarief van 0% worden toegepast als het tariefcontingent voor de schoenen op dat moment nog niet is uitgeput. Is het contingent wel uitgeput, dan wordt het tarief berekend dat geldt voor rolschaatsen zonder rekening te houden met de preferentiële oorsprong.

Naar boven

5.6 Driehoeksverkeer

In het kader van de behandeling onder douanetoezicht kan er sprake zijn van driehoeksverkeer. Dit is verkeer waarbij het kantoor van plaatsing niet hetzelfde is als het kantoor van aanzuivering.
( Artikel 496, letter h, TVo.CDW)

Naar boven