30.03.00 Cultuurgoederen

11 Informatie-uitwisseling en adresgegevens

11.1 Wederzijdse bijstand

Op grond van artikel 6 van de Verordening zijn de bepalingen van Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad van 13 maart 1997 van overeenkomstige toepassing.

Behalve de reeds bestaande wederzijdse bijstand heeft dit artikel ten doel een samenwerking tot stand te brengen tussen de douaneautoriteiten en de autoriteiten van de lidstaten, die bevoegd zijn bij de teruggaaf van cultuurgoederen (in Nederland: de IOE).

Het Douane Informatie Centrum (DIC) vervult bij de informatie-uitwisseling een centrale rol. Dit betreft informatie-uitwisseling tussen de douaneautoriteiten van de lidstaten overeenkomstig de administratieve samenwerking als bedoeld in Verordening (EG) nr. 515/97.

Naar boven

11.2 Informatie-uitwisseling met de IOE en externen

De Douane heeft een geheimhoudingsplicht en mag niet zomaar gegevens en inlichtingen verstrekken. De Adw geeft een aanvulling op deze mogelijke gegevensuitwisseling met Nederlandse overheids- en semi-overheidsinstellingen (Adw, artikel 1:33, lid 3).

De Douane mag informatie verstrekken als het gaat om gegevens en inlichtingen die de Douane en deze instellingen nodig hebben om hun taak - waarop de Adw betrekking heeft - uit te voeren.

Het verstrekken van gegevens kan mondeling, schriftelijk of op een andere manier en is kosteloos.

Meer informatie over het gebruik van gegevensuitwisseling vindt u in het Handboek Douane, onderdeel 5.00.00.

In dit voorschrift zijn aanwijzingen gegeven over de informatieverstrekking aan de IOE. Om de controles op de uitvoer en ook de invoer van cultuurgoederen zo effectief mogelijk te laten verlopen, wordt nauw samengewerkt met de IOE. Bij het constateren van mogelijke onregelmatigheden neemt de vraagbaak contact op met de IOE.

De Douane verstrekt geen (specifieke) informatie over een zending aan anderen dan de IOE (bijvoorbeeld aan externe deskundigen van musea of andere instellingen). Alleen die informatie die noodzakelijk is voor het vervullen van de taak van de deskundige wordt verstrekt.

Als door de IOE een externe deskundige wordt ingeschakeld voor de waarde- en ouderdomsbepaling bij uitvoer of voor een oordeel over de legaliteit van de zending bij de invoer, krijgt deze de noodzakelijke informatie van de IOE.

Als de Douane een externe deskundige inschakelt bij het bepalen van de douanewaarde bij invoer, krijgt deze van de Douane slechts die informatie die relevant is voor het bepalen van de douanewaarde.

Naar boven

11.3 Adresgegevens

De Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed

Belastingdienst/Douane/kantoor Groningen/CDIU

Naar boven

11.4 Nuttige links

11.4.1 Haagse Conventie 1954

Naar boven

11.4.2 UNESCO-verdrag 1970

Naar boven

11.4.3 Lijst van bevoegde instanties