30.03.00 Cultuurgoederen
2 Begripsbepalingen en wetgeving
2.1 Begripsbepalingen
|
Begrip |
Omschrijving |
|---|---|
|
Adw |
|
|
BFC |
Boete Fraude Coördinator (contactambtenaar) |
|
BOA-besluit |
Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst/Douane 2017 |
|
Cultuurgoederen |
Voorwerpen van groot cultuurhistorisch en wetenschappelijk belang, die behoren tot het wettelijke beschermde culturele erfgoed van een land en als zodanig beschreven in relevante wetgeving. |
|
Belastingdienst/Douanekantoor Groningen/Centrale Dienst voor In- en Uitvoer |
|
|
DFB |
Douane fraude bestrijding |
|
DIC |
Douane informatie centrum |
|
DLTC |
Douane Landelijk Tactisch Centrum |
|
Douanewetboek van de Unie: Verordening (EU) Nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van De Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie van 9 oktober 2013 |
|
|
IOE |
Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed |
|
Wet van 9 december 2015, houdende bundeling en aanpassing van regels op het terrein van cultureel erfgoed (Erfgoedwet) |
|
|
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/2446 VAN DE COMMISSIE van 28 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad met nadere regels betreffende een aantal bepalingen van het douanewetboek van de Unie |
|
|
HHB |
Douane Landelijk Kantoor, Afdeling Handhavingsbeleid |
|
OCW |
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap |
|
KM Sanctieregeling Irak 2004 II |
Klantmanagement |
|
Sanctieregeling Syrië |
|
|
Toepassingsverordening |
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1081/2012 van de Commissie van 9 november 2012 voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 116/2009 van de Raad betreffende de uitvoer van cultuurgoederen. |
|
Uitvoeringsverordening bij het douanewetboek van de Unie: UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2447 VAN DE COMMISSIE van 24 november 2015, houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie |
|
|
Verordening |
Verordening (EEG) nr. 116/2009 van 18 december 2008 (Pb. EG 2009, L 39) betreffende de uitvoer van cultuurgoederen |
|
Wed |
|
|
WvSr |
2.2 Wetgeving
2.2.1 Unie wetgeving
De volgende Unie wetgeving is van belang:
-
Verordening (EEG) nr. 116/2009 van 18 december 2009 betreffende de uitvoer van cultuurgoederen (verder de Verordening);
-
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1081/2012 van de Commissie van 9 november 2012 voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 116/2009 van de Raad betreffende de uitvoer van cultuurgoederen;
-
Verordening (EEG) nr. 1210/2003 van de Raad van 7 juli 2003 betreffende specifieke restricties op de economische en financiële betrekkingen met Irak. Deze verordening vormt de basis voor de Sanctiemaatregel Irak 2004 II;
-
Verordening 36/2012 van de Raad van 18 januari 2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië. Deze verordening vormt de basis voor de Sanctiemaatregel Syrië.
Verordening nr. 116/2009 en de Toepassingsverordening nr. 1081/2012
De Verordening voorziet in een controle op de uitvoer van cultuurgoederen. Met deze regels kan zicht worden gehouden op mogelijk beschermd nationaal erfgoed dat de buitengrenzen van de EU passeert. In de Toepassingsverordening zijn voor de uitvoering van de Verordening nadere regels gegeven.
De taak van de Douane is vastgelegd in bijlage 1 bij het convenant.
2.2.2 Nationale wetgeving
Op nationaal niveau kennen we de volgende wetgeving:
Erfgoedwet
De Erfgoedwet is een bundeling van regels op het terrein van cultureel erfgoed.
De wetten tot behoud van cultuurbezit, teruggave cultuurgoederen uit partijstaten UNESCO-verdrag 1970 en teruggave cultuurgoederen uit bezet gebied zijn bij de inwerkingtreding van de Erfgoedwet vervallen en in de Erfgoedwet verwerkt.
De taak van de Douane voor deze voormalige wetten is vastgelegd in bijlagen bij de Kaderovereenkomst. Deze bijlagen worden aangepast aan de Erfgoedwet.
De Erfgoedwet moet onder andere voorkomen dat voorwerpen van bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis onttrokken worden aan het Nederlandse en Europese cultuurbezit.
Paragraaf 6.1 van de Erfgoedwet betreft de implementatie van de Overeenkomst inzake de middelen om de onrechtmatige invoer, uitvoer of eigendomsoverdracht van culturele goederen te verbieden en te verhinderen (Parijs, 17 november 1970, Trb 1972, 50; Nederlandse vertaling Trb 1982, 66). Het Verdrag strekt er toe de verdragsstaten te verplichten om de onrechtmatige invoer, uitvoer of eigendomsoverdracht van cultuurgoederen met alle te hunner beschikking staande middelen tegen te gaan en de vereiste maatregelen tot herstel te treffen. Kort gezegd: om de illegale handel in cultuurgoederen op effectieve wijze te bestrijden.
Deze paragraaf van de Erfgoedwet voorziet in het in bewaring nemen van dergelijke goederen teneinde de betreffende verdragsstaat in staat te stellen de goederen terug te vragen.
Paragraaf 6.2 van de Erfgoedwet betreft de teruggave van cultuurgoederen die afkomstig zijn uit een tijdens een gewapend conflict bezet gebied. Met deze paragraaf van de Erfgoedwet voldoet Nederland aan het Protocol van 14 mei 1954, behorend bij het Verdrag inzake de bescherming van cultuurgoederen in geval van een gewapend conflict, ook wel de Haagse Conventie genoemd (Trb. 1955, 47).
Deze paragraaf voorziet in het in bewaring nemen van dergelijke goederen teneinde deze terug te geven aan de bevoegde autoriteiten van het gebied van herkomst.
Sanctieregelingen Irak 2004 II en Syrië
Deze regelingen richten zich op het verbod op in- en uitvoer van (en handel in) illegaal uit Irak en Syrië meegenomen cultuurgoederen in Nederland (en de EU).
De taak van de Douane is vastgelegd in bijlage 2 bij het convenant.
Naar boven
Privé