110.00.15 Kaderovereenkomst inzake de samenwerking tussen de VROM-Inspectie van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en het Directoraat-Generaal Belastingdienst van het Ministerie van Financien

1. 1. Regelgeving en doel

1. a. Relevante regelgeving

• Verordening (EG) Nr. 1102/2008 inzake het verbod op de uitvoer van metallisch kwik en andere kwikverbindingen en –mengsels.

• Besluit kwik en kwikhoudende producten milieubeheer.

1. b. Doel van de regelgeving

De regelgeving beoogt door een uitvoerverbod van metallisch kwik en kwikverbindingen het wereldwijde risico van blootstelling aan kwik te verlagen.

1. 2. Organisaties, taken en bevoegdheden

1. b. Taak

De Douane houdt binnen de kaders van het Communautair Douanewetboek (CDW) en de nationale douanewetgeving mede toezicht op de het uitvoerverbod van metallisch kwik, cinnabererts, kwik (I) chloride, kwik (II) oxide en mengsels van metallisch kwik met andere substanties, met inbegrip van kwiklegeringen met een kwikconcentratie van ten minste 95 gewichtsprocent.

1. c. Bevoegdheden

De Douane ontleent zijn controlebevoegdheden aan de Algemene douanewet en kan informatie overdragen op grond van deze wet. Bij het constateren van een strafbaar feit maakt de Douane gebruik van zijn opsporingsbevoegdheden op grond van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst/Douane. De Douane gebruikt zijn opsporingsbevoegdheid uitsluitend voor de uitvoering van zijn handhavingstaken.

1. 3. Uitvoering

1. a. Werkwijze

De Douane maakt gebruik van uiteenlopende vormen van toezicht. Voor de in deze bijlage genoemde taak kunnen de volgende vormen van toezicht relevant zijn:

• Horizontaal toezicht, gebaseerd op afspraken met het bedrijfsleven, waaronder de CDW-regeling Authorised Economic Operator;

• Controles van administraties van bedrijven;

• Controles van aangiften;

• Fysieke controles van goederen;

Uitgangspunt voor het douanetoezicht is risicobeheersing. Het toezicht door de Douane bestaat primair uit het selecteren van en controleren van uitvoeraangiften. De selectie geschiedt op basis van risico-indicaties van de Inspectie Leefomgeving en Transport die onder meer gegevens over risicovolle bedrijven omvatten.

Bij het aantreffen van bedoelde zendingen controleert de Douane of de juiste bescheidcode is aangegeven en of de zending mogelijk onder het uitvoerverbod valt. Zo nodig voert de Douane ook fysieke controles uit.

Voor communautaire goederen worden de handhavingstaken uitgevoerd vanaf het moment dat deze goederen onder de douaneregeling uitvoer worden gebracht.

Jaarlijks wordt in samenwerking met de Inspectie Leefomgeving en Transport een

Uitvoeringsplan risicobeheersing kwik opgesteld. Dit uitvoeringsplan is mede gebaseerd op gegevens van de Inspectie Leefomgeving en Transport. In het uitvoeringsplan wordt het douanetoezicht uitgewerkt voor de relevante douaneprocessen. Op basis van het uitvoeringsplan komen controleopdrachten tot stand.Handhavingscommunicatie met betrekking tot deze samenwerking is primair de verantwoordelijkheid van Inspectie Leefomgeving en Transport.

1. b. Monster-name en onderzoek

Monsterneming en -analyse door de Douane vindt plaats in overleg met de Inspectie Leefomgeving en Transport om de juistheid van de samenstelling van de stof in relatie tot de douaneaangifte te beoordelen. Bemonsterde zendingen worden in afwachting van de uitslag van het onderzoek niet vrijgegeven. De analyse van het monster wordt uitgevoerd door het douanelaboratorium.

1. c. Afhandeling overtredingen

Bij constatering van een vermoedelijke overtreding van het uitvoerverbod informeert de Douane het Meld- en InformatieCentrum (MIC) van de Inspectie Leefomgeving en Transport. De Douane maakt een proces-verbaal van bevinding en overdracht op. Strafrechtelijk of bestuursrechtelijk optreden bij overtredingen vindt plaats door de Inspectie Leefomgeving en Transport.

1. d. Douane-voorschrift

In het handboek VGEM, onderdeel Milieugevaarlijke stoffen is beschreven hoe de Douane uitvoering geeft aan deze taak. De Inspectie Leefomgeving en Transport geeft haar instemming aan de tekst van dit voorschrift.

1. 4. Planning en evaluatie

1. a. Planning en prioritering

Jaarlijks stelt de Douane de omvang van het verwachte toezicht vast voor de taak van deze bijlage en verwerkt deze in het overkoepelende Handhavingsplan Douane. Als gelet op het totaal van douanetaken in dit plan en de daarbinnen te stellen prioriteiten wordt verwacht dat de handhavingsinspanning voor de kwikverordening niet of niet volledig kan worden uitgevoerd, wordt dit besproken met de Inspectie Leefomgeving en Transport.

1. b. Evaluatie

De Douane en de Inspectie Leefomgeving en Transport evalueren jaarlijks de handhaving en de samenwerking. Ten behoeve van deze evaluatie stuurt de Douane elk jaar voor 1 april een verantwoording van zijn milieuhandhavingsactiviteiten in het voorafgaande jaar aan de Inspectie Leefomgeving en Transport.

De Douane en de Inspectie Leefomgeving en Transport bespreken jaarlijks de samenwerking. Dit heeft tot doel na te gaan of de afspraken in deze bijlage nog actueel en toereikend zijn en of er knelpunten en wensen ten aanzien van de samenwerking zijn.

1. 5. Informatie-uitwisseling en contacten

1. a. Informatieuitwisseling

De Douane

• stelt aan de Inspectie Leefomgeving en Transport desgevraagd voor analyse relevante gegevens beschikbaar uit databestanden en dossiers.

• informeert de Inspectie Leefomgeving en Transport over wijzigingen van douanewetgeving, handhavingbeleid, nieuwe trends of nieuw ontstane risico’s.

De Inspectie Leefomgeving en Transport

• stelt aan de Douane ten behoeve van risicovinding, risicoanalyse en evaluatie relevante gegevens beschikbaar, waaronder ook gegevens over de mate van compliantie van bedrijven;

• informeert de Douane over wijzigingen van wetgeving, handhavingbeleid, en over nieuwe trends of nieuw ontstane risico’s;

• informeert de Douane over de wijze van afhandeling van overgedragen zaken en het uiteindelijke resultaat daarvan.

1. b. Horizontaal toezicht en AEO

De Douane informeert de Inspectie Leefomgeving en Transport over bedrijven die een certificaat hebben aangevraagd in het kader van de regeling Authorised Economic Operator (AEO) als bedoeld in artikel 14bis van Verordening 2454/93 of die met de Douane afspraken willen maken in het kader van horizontaal toezicht Douane. Wanneer de Inspectie Leefomgeving en Transport over gegevens beschikt die een beletsel kunnen vormen voor de afgifte van het AEO-certificaat respectievelijk het aangaan van afspraken voor horizontaal toezicht deelt zij dit mee aan de Douane.

1. 6. Scholing en helpdesk

1. a. Opleiding en scholing

De Douane is verantwoordelijk voor de inzet van gekwalificeerd personeel voor de uitvoering van deze taak. De VROM-Inspectie levert desgevraagd steun bij de opleiding van douanemedewerkers op het gebied van de Kwikverordening.

1. b. Helpdesk

De helpdeskfunctie voor deze taak wordt vervuld door het Meld en informatiecentrum van de Inspectie Leefomgeving en Transport.

1. 7. Beheer van deze bijlage

• Inspectie Leefomgeving en Transport: Afdeling procesontwerp en innovatie van de Directie handhavingsbeleid

• Douane: Landelijk kantoor, afd. Handhaving, convenant- en relatiebeheer

De Inspecteur-Generaal van de Inspectie Leefomgeving en Transport,

namens deze,

De Directeur-Generaal Belastingdienst,

namens deze,

XXXXXX

de Directeur Vaktechniek en Internationaal Douane,

XXXXXX

H.A.M. Maas RA