Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

4.00.00 Informatieverstrekking

1 Inlichtingen

Iedere persoon kan de douaneautoriteiten om inlichtingen over de toepassing van de douanewetgeving verzoeken (artikel 14, lid 1 DWU). Belanghebbenden hebben recht op informatie. U heeft de verplichting (althans binnen bepaalde grenzen) om deze informatie te verstrekken. Dat staat niet met zoveel woorden in de tekst van genoemde bepaling, maar het zal zeker de bedoeling van de wetgever zijn dat een vragensteller ook antwoord krijgt. De Algemene wet bestuursrecht bevat op dit gebied geen voorschriften.

Dit hoofdstuk behandelt de volgende onderwerpen:

  • de informatieplicht (paragraaf 1.1);

  • de gebondenheid aan verstrekte informatie (paragraaf 1.2);

  • afgifte ambtelijke verklaringen (paragraaf 1.3).

Naar boven

1.1 Informatieplicht

Informatie verstrekken individueel geval

Het DWU trekt de grens van de informatieplicht bij het concrete geval. Het moet gaan om informatie aan een individueel persoon in verband met "een daadwerkelijk voorgenomen activiteit in het kader van het internationale goederenverkeer". Zo niet, dan mag (niet: moet) de informatie worden geweigerd. De term "internationale goederenverkeer" is een breed begrip en moet ook als zodanig worden uitgelegd. Zij omvat iedere concrete handeling waarop de douanewetgeving van toepassing is, dus bijvoorbeeld ook informatie in verband met plannen voor de vestiging van een bedrijf voor import, fysical distribution of entrepotopslag. Gaat het niet om een concreet geval, maar over een theoretische situatie (een "academische kwestie"), dan dient u de beantwoording in beginsel te weigeren. Zo mogelijk verwijst u de vragensteller naar andere informatiebronnen, zoals de vakliteratuur, een douanevertegenwoordiger of een belastingconsulent.

De informatie waartoe het DWU verplicht, wordt in de regel gratis verstrekt. Als de douane echter extra kosten heeft moeten maken om de informatie te kunnen verstrekken, staat artikel 14, lid 1 het in rekening brengen van deze kosten bij de aanvrager niet in de weg. Bijvoorbeeld:

  • kosten voor analyses;

  • kosten voor expertises;

  • kosten voor de terugzending van goederen naar de aanvrager,

In deze en andere gevallen worden de werkelijke kosten in rekening gebracht op de wijze zoals bij de kosten voor ambtelijke werkzaamheden. Zie voor meer informatie over de kostenheffing onderdeel 5.50.00 van dit Handboek.

Informatieverstrekking marktdeelnemers en andere autoriteiten

Naast informatieverstrekking in het individuele geval kent het DWU ook overleg met marktdeelnemers en andere autoriteiten over algemene informatieverstrekking om de transparantie te bevorderen over de douanewetgeving, algemeen bestuurlijke beslissingen en aanvraagformulieren (bijvoorbeeld publieksvoorlichting over nieuwe douaneregelingen met folders en/of voorlichtingsbijeenkomsten). Artikel 14, lid 2, DWU geeft aan dat de Douane dit vrijelijk via internet beschikbaar kan stellen.

Vormvereisten
Het DWU stelt geen speciale vormvereisten aan het verzoek om inlichtingen of de wijze van verstrekken van inlichtingen. Een uitzondering vormen de verzoeken om bindende inlichtingen. Het DWU behandelt dit informatieterrein afzonderlijk. Zie paragraaf 1.2 van dit onderdeel van het Handboek. Informatie voor het overleg met marktdeelnemers en andere autoriteiten kan vrijelijk en via internet beschikbaar gesteld worden..

Naar boven

1.2 Gebondenheid aan verstrekte informatie

De vraag kan nu worden gesteld: in hoeverre is de douane aan de door haar verstrekte informatie gebonden? Om deze vraag te kunnen beantwoorden moet onderscheid worden gemaakt tussen enerzijds bindende inlichtingen en anderzijds de overige inlichtingen. Bindende tariefinlichtingen en bindende oorsprongsinlichtingen worden afzonderlijk behandeld in onderdeel 4.10.00 Bindende Inlichtingen van dit Handboek.

Overige inlichtingen

Voor alle overige inlichtingen geldt in de regel dat de douane daaraan niet juridisch gebonden is, dat wil zeggen dat een belanghebbende zich niet op verkregen onjuiste informatie kan beroepen. Er zijn echter situaties denkbaar dat een belanghebbende zozeer op de juistheid van de informatie mocht vertrouwen dat het onbehoorlijk zou zijn als de douane zich aan de gevolgen van de verstrekte informatie zou onttrekken. Als u informatie verstrekt (ongeacht of u hieraan juridisch bent gebonden), dient u dan ook altijd de grootste zorgvuldigheid te betrachten.

Naar boven

1.3 Afgifte ambtelijke verklaringen

Een van de vormen waarin inlichtingen worden verstrekt is die van een ambtelijke verklaring.
We kunnen de volgende ambtelijke verklaringen tegenkomen:

  • verklaringen voortvloeiende uit de douanewetgeving, zoals bijvoorbeeld inlichtingenfiches (INF);

  • verklaringen niet voortvloeiende uit de douanewetgeving, zoals bijvoorbeeld een non-manipulatieverklaring.

  • In dit onderdeel worden alleen de ambtelijke verklaringen behandeld die niet voortvloeien uit de douanewetgeving.

Indien de afgifte van een ambtelijke verklaring wordt gevraagd voor andere doeleinden dan die waarvoor volgens de huidige douanewetgeving verklaringen kunnen worden afgegeven, handelt u als volgt:

  1. Een ambtelijke verklaring wordt door u alleen afgegeven op verzoek van belanghebbende.

  2. Voor de afgifte van de ambtelijke verklaring gebruikt u het model zoals dat is weergegeven in bijlage 1 bij dit onderdeel. Dit model wordt ook opgenomen in het modellenboek.

  3. U geeft alleen een ambtelijke verklaring af indien u in staat bent om de feiten terzake waarvan u de verklaring afgeeft op juistheid te beoordelen aan de hand van:

    1. bij u bekende douane-aangiften of andere douane-bescheiden;

    2. de administratie die belanghebbende op grond van een door de Douane afgegeven vergunning bij moet houden;

    3. de bedrijfsadministratie van belanghebbende.

  4. Wanneer u voor de afgifte van een ambtelijke verklaring gebruik maakt van gegevens of informatie van een douane-aangifte, neemt u op de verklaring een verwijzing op naar deze aangifte.

  5. De ambtelijke verklaring stelt u op in de Nederlandse taal. Indien gewenst mag u naast de in de Nederlandse taal opgestelde verklaring, een vertaling opnemen in het Frans, Duits of Engels. U ondertekent in het laatste geval alleen de Nederlandstalige verklaring en neemt als bijzondere vermelding op, dat de ambtelijke verklaring alleen geldig is ten aanzien van de Nederlandse Taalversie.

  6. U ondertekent de (Nederlandstalige) ambtelijke verklaring.

  7. Naast uw handtekening plaatst u een afdruk van het metalen dienststempel.

  8. U geeft de ambtelijke verklaring op een zodanige wijze af dat er geen toevoegingen meer in de tekst kunnen worden geplaatst.

Naar boven