Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

12.20.00 Veiligheid

1 Inleiding

Het doen van douanecontroles brengt risico's met zich mee. Door het treffen van voorzorgen kunnen die risico's beperkt worden. Het gaat daarbij vooral om kennis van zaken, veilig gedrag en het gebruik van veiligheidsmiddelen. Dit onderdeel Veiligheid voorziet in de elementaire informatie hierover en beschrijft de gedragsregels voor de douaneambtenaar in verband met de veiligheid.

Het onderdeel richt zich op de veiligheid bij het fysieke controlewerk. De veiligheid in verband met zaken zoals wapens en het gebruik van voer- en vaartuigen wordt hier niet besproken.

Helpdesk Laboratorium

Het laboratorium beschikt over een helpdesk, waar informatie over chemische stoffen kan worden verkregen.

Alleen hoofdlijnen

Dit onderdeel Veiligheid beschrijft alleen de minimale veiligheidsregels die gelden voor de douaneambtenaar. Per douanedistrict en douanepost kunnen er aanvullende veiligheidsregels gelden. Ook het bedrijf waar wordt gecontroleerd heeft eigen veiligheidsregels, waaraan de douaneambtenaar zich moet houden. Dit kunnen voorschriften of afspraken zijn over veiligheidsvoorzorgen of voor de wijze van melden van ongelukken en calamiteiten. Bij controleacties van de Douane zullen doorgaans tijdens de briefing (aanvullende) afspraken over de veiligheidsmaatregelen worden gemaakt.

Arbo-verantwoordelijkheid

De Douane als arbeidsorganisatie moet zorgen voor veilige arbeidsomstandigheden van de medewerkers. Dit betreft niet alleen de vaste medewerkers, maar ook tijdelijke krachten, zoals inleenkrachten en stagiairs. Verder is er een zorgplicht voor "derden", bezoekers of klanten, die zich binnen het gebouw of op het terrein bevinden.

Uit de rechtspraak naar aanleiding van arbeidsongevallen komt naar voren dat niet alleen het bedrijf of de dienst, maar ook de directe chef strafbaar kan worden gesteld bij nalatigheden. De direct leidinggevende moet daarom zijn medewerkers zorgvuldig instrueren over de veiligheidsregels en toezien op de toepassing ervan.

Aansprakelijkheid medewerker

De medewerker kan strafrechtelijk worden vervolgd als hij of zij bekend was met de veiligheidsvoorzorgen en deze desondanks niet toepaste. De Arbeidsomstandighedenwet eist van de werknemer onder meer dat hij de nodige voorzichtigheid en zorgvuldigheid in acht neemt.

De leiding van bedrijven, waar de Douane controleert, heeft een arbo-zorgplicht ten opzichte van de controlerende ambtenaar die in het gebouw of op het terrein aanwezig is. De controlerende douaneambtenaren moeten zich houden aan de veiligheidsregels en -instructies van die bedrijven.

Regelgeving rond gevaarlijke stoffen

Een proportioneel deel van het goederenverkeer betreft de zogenoemde "gevaarlijke stoffen". Er bestaat uitvoerige regelgeving die erop gericht is om schade door deze gevaarlijke stoffen te voorkomen. In hoofdstuk 3 van dit onderdeel komen onder meer de gevaarsaanduidingen uit die regelgeving aan de orde.

Begrippen "gevaarlijke stoffen" en "milieugevaarlijke stoffen"

Onder "gevaarlijke stoffen" wordt in dit onderdeel verstaan de stoffen die in de betreffende regelgeving worden bedoeld. Dit zijn onder andere de ADR en de WVGS, zie paragraaf 3.1. Verder wordt in dit onderdeel gesproken over "milieugevaarlijke stoffen", omdat ook deze tijdens het transport gevaar kunnen opleveren.

Opbouw

De opbouw van dit onderdeel Veiligheid is als volgt:

  1. Op de eerste plaats wordt een globale schets gegeven van de belangrijkste risico's die douaneambtenaren kunnen lopen. (hoofdstuk 2).

  2. Gevaarlijke stoffen kan men op verschillende manieren herkennen. De gevaarsaanduidingen worden in hoofdstuk 3 uiteengezet.

  3. De veiligheidsregels waaraan de douaneambtenaar zich moet houden, komen in de hoofdstukken 4 en 5 aan de orde. In hoofdstuk 4 worden de veiligheidsregels die gelden bij controles van containers, vrachtwagens, spoorwagons en schepen besproken. Hoofdstuk 5 behandelt de veiligheidsregels die gelden bij het bemonsteren van producten en hoofdstuk 6 de veiligheid bij verzegelen.

  4. Tot slot worden enkele richtlijnen gegeven voor het gedrag bij calamiteiten en ongevallen (hoofdstuk 7).