Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

24.00.00 Douanevrijstellingen

24 Voorwerpen voor opvoedkundige, wetenschappelijke of culturele ontwikkeling van blinden of onderwijs, arbeidsparticipatie of maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten

In dit hoofdstuk vindt u aanwijzingen voor het gebruik van de vrijstelling bij het brengen in het vrije verkeer van voorwerpen voor opvoedkundige, wetenschappelijke of culturele ontwikkeling van blinden of onderwijs, arbeidsparticipatie of maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten.

Naar boven

24.1 Wettelijke basis

De vrijstelling van invoerrecht is voorzien in Verordening (EG) nr. 1186/2009 (Titel II, Hoofdstuk XVII, artikelen 66 tot en met 73. De vrijstelling is verder uitgewerkt in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1224/2011.

De vrijstelling van omzetbelasting is voor zover van toepassing voorzien in artikel 7:24 van de Algemene douaneregeling. De vrijstelling van omzetbelasting is gebaseerd op Richtlijn nr. 2009/132/EG (Titel VIII, Hoofdstuk 3, artikelen 48 tot en met 50).

Naar boven

24.2 Reikwijdte vrijstelling invoerrecht

De vrijstelling van invoerrecht heeft betrekking op:

  • voorwerpen, die speciaal zijn ontworpen voor opvoedkundige, wetenschappelijke en culturele ontwikkeling van blinden;
    (artikel 67, lid 1, onder a, Verordening (EG) nr. 1186/2009)

  • voorwerpen, die speciaal zijn ontworpen voor onderwijs, arbeidsparticipatie en maatschappelijk integratie van (andere) gehandicapten;
    (artikel 68, lid 1, onder a, Verordening (EG) nr. 1186/2009)

  • reserveonderdelen, onderdelen of hulpstukken voor deze voorwerpen;
    (artikel 67, lid 1, onder b, en artikel 68, lid 2, Verordening (EG) nr. 1186/2009)

  • gereedschap voor het onderhoud, de controle, het ijken of het herstellen voor deze voorwerpen.
    (artikel 68, lid 1, onder a, en artikel 68, lid 2, Verordening (EG) nr. 1186/2009)

Naar boven

24.3 Gehandicapten

Onder "gehandicapten" wordt verstaan personen met ernstige stoornissen, beperkingen of gebreken die het gevolg zijn van lichamelijke (waaronder zintuiglijke) of geestelijke aandoeningen en die het verrichten van een voor de mens als normaal beschouwde activiteit of functie belemmeren of beletten.

Naar boven

24.4 Voorwerpen ontworpen voor de opvoedkundige, wetenschappelijke en culturele ontwikkeling van blinden

Onder "voorwerpen die speciaal zijn ontworpen voor de opvoedkundige, wetenschappelijke en culturele ontwikkeling van blinden" wordt verstaan voorwerpen die zijn bedoeld in bijlage IV van Verordening (EG) nr. 1186/2009.
(artikel 67, lid 1, onder a en bijlage IV, Verordening (EG) nr. 1186/2009)

Naar boven

24.5 Voorwerpen ontworpen voor onderwijs, arbeidsparticipatie en maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten

Onder "voorwerpen, die speciaal zijn ontworpen voor onderwijs, arbeidsparticipatie en maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten" wordt verstaan, voorwerpen die in hun ontwerp zijn bestemd om de gehandicapten in staat te stellen een beperking van een van hun lichamelijke en/of geestelijke vermogens te compenseren en/of passief of actief contact te hebben met de maatschappij. Het zijn voorwerpen die door hun constructie, die zij in vergelijking met gangbare voorwerpen hebben, kenmerken bezitten waardoor zij normaliter uitsluitend door gehandicapten kunnen worden gebruikt.

Naar boven

24.6 Reserveonderdelen, onderdelen of hulpstukken

De vrijstelling is ook van toepassing op reservedelen, onderdelen en specifieke hulpstukken, die zijn bestemd voor de voorwerpen voor de opvoedkundige, wetenschappelijke en culturele ontwikkeling van blinden en de voorwerpen voor onderwijs, arbeidsparticipatie en maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten. Met specifieke hulpstukken c.q. toebehoren worden die goederen bedoeld, die speciaal zijn ontworpen om met de voorwerpen te worden gebruikt om het rendement of de gebruiksmogelijkheden ervan te verbeteren.

De goederen kunnen tegelijk met deze voorwerpen of later in het vrije verkeer worden gebracht. In het geval dat de goederen later in het vrije verkeer worden gebracht moet kunnen worden vastgesteld dat de goederen herkenbaar zijn bestemd voor deze eerder in het vrije verkeer gebrachte voorwerpen. Dit geldt ook voor voorwerpen die voor vrijstelling in aanmerking zouden komen in het geval deze, op het tijdstip dat voor de reserveonderdelen, onderdelen of specifieke hulpstukken vrijstelling wordt aangevraagd, in het vrije verkeer werden gebracht. (artikel 67, lid 1, onder b en artikel 68, lid 2, Verordening (EG) nr. 1186/2009 en artikel 8, Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1224/2011).

Naar boven

24.7 Gereedschap

De vrijstelling is ook van toepassing op gereedschap voor het onderhoud, de controle, het ijken of het herstellen van voorwerpen voor de opvoedkundige, wetenschappelijke en culturele ontwikkeling van blinden en voorwerpen voor onderwijs, arbeidsparticipatie en maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten.
Het gereedschap kan tegelijkertijd met deze voorwerpen dan wel later in het vrije verkeer worden gebracht. In het geval dat het gereedschap later in het vrije verkeer wordt gebracht moet het herkenbaar zijn als bestemd voor deze eerder in het vrije verkeer gebrachte voorwerpen. Dit geldt ook voor voorwerpen die voor vrijstelling in aanmerking zouden komen in het geval deze, op het tijdstip dat voor het gereedschap vrijstelling wordt aangevraagd, in het vrije verkeer werden gebracht.
(artikel 67, lid 1, onder b en artikel 68, lid 2, Verordening (EG) nr. 1186/2009)

Naar boven

24.8 Schade bedrijfstak Unie

In het geval het verlenen van vrijstelling bij het in het vrije verkeer brengen van voorwerpen voor de opvoedkundige, wetenschappelijke en culturele ontwikkeling van blinden en voorwerpen voor onderwijs, arbeidsparticipatie en maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten schade berokkent aan een bedrijfstak in het douanegebied van de Unie kunnen bepaalde voorwerpen van de vrijstelling worden uitgesloten.
Dit zal eventueel plaatsvinden door middel van de procedure van artikel 285 DWU.(artikel 69 Verordening (EG) nr. 1186/2009)

Naar boven

24.9 Gehandicapten/Instellingen en organisaties

De vrijstelling kan slechts worden verleend aan:

  • gehandicapten. De goederen moeten voor eigen gebruik zijn bestemd;

  • instellingen of organisaties waarvan de voornaamste bezigheid bestaat uit onderwijs aan of begeleiding van gehandicapten en die van de douaneautoriteiten van de lidstaat waar zij zijn gevestigd toestemming hebben verkregen de goederen met vrijstelling in het vrije verkeer te brengen. De instellingen die in Nederland toestemming hebben verkregen zijn genoemd in bijlage XV van de Algemene douaneregeling. Zie voor de procedure daarvoor paragraaf 1.6.

(artikel 67, lid 1, onder b en artikel 68, lid 1, Verordening (EG) nr. 1186/2009, artikel 7:2, artikel 7:2a, artikel 7:4, lid 9 en bijlage XV van de Algemene douaneregeling)

Naar boven

24.10 Medische verklaring blindheid of andere handicap

De vrijstelling aan blinden en andere gehandicapten voor goederen die als gift rechtstreeks aan hen worden toegezonden of door hen zelf voor eigen gebruik in het vrije verkeer worden gebracht kan in gevallen van twijfel slechts worden verleend ingeval een medische verklaring wordt overgelegd.
(artikel 70 Verordening (EG) nr. 1186/2009 en artikel 7:3, lid 5, van de Algemene douaneregeling)

Naar boven

24.11 Niet voldoen voorwaarden / Andere doeleinden

In het geval de instellingen of organisaties waaraan vrijstelling van invoerrecht is verleend niet langer aan de voorwaarden voldoen of voorwerpen voor opvoedkundige, wetenschappelijke of culturele ontwikkeling van blinden, voorwerpen voor onderwijs, arbeidsparticipatie of maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten, reservedelen, onderdelen, hulpstukken en gereedschap, voor andere doeleinden gebruiken moeten de douaneautoriteiten van de lidstaat waar zij zich bevinden daarvan in kennis stellen.
(artikel 73, lid 1, Verordening (EG) nr. 1186/2009)

In het geval niet aan de voorwaarden wordt voldaan of er sprake is van gebruiken voor andere doeleinden ontstaat in principe een douaneschuld. De invoerrechten worden geheven naar het tarief en de waarde die welke op de dag van het niet langer voldoen aan de voorwaarden of het gebruiken voor andere doeleinden door de douaneautoriteiten zijn erkend of aanvaard.
(artikel 73, leden 2 en 3, Verordening (EG) nr. 1186/2009)

Naar boven

24.12 Reikwijdte vrijstelling belastingen

De vrijstelling van invoerrecht is van overeenkomstige toepassing op de omzetbelasting, voor zover de speciaal ontworpen voorwerpen voor de opvoedkundige, wetenschappelijke en culturele ontwikkeling van blinden en speciaal ontworpen voorwerpen voor onderwijs, arbeidsparticipatie en maatschappelijke integratie van (andere) gehandicapten gratis en zonder commerciële bijbedoeling zijn toegezonden aan gehandicapten en in het vrije verkeer worden gebracht door de instellingen of organisaties van bijlage XV van de Algemene douaneregeling.
(artikel 7;4, lid 9 en bijlage XV van de Algemene douaneregeling)

Naar boven

24.13 Vergunning

Het is een vrijstelling waarvoor bij het brengen in het vrije verkeer geen vergunning is vereist.

Wel dient in voorkomend geval de instelling of organisatie te zijn aangewezen in bijlage XV van de Algemene douaneregeling om voor de vrijstelling in aanmerking te komen. Zie voor de procedure paragraaf 1.6.
(artikel 7:2, artikel 7:2a en artikel 7:4 en bijlage XV Algemene douaneregeling)

Naar boven