Rekenvoorbeelden invoerrechten voor zendingen van bedrijven
Dit onderdeel is alleen bedoeld voor particulieren die goederen ontvangen uit het buitenland van organisaties en bedrijven.
In deze rekenvoorbeelden ziet u hoe u de belasting berekent die u moet betalen bij invoer.
Voorbeeld 1: Waarde ontvangen goederen niet meer dan € 150
U koopt buiten de Europese Unie (EU) een fotocamera voor € 149.
Prijs
- prijs fotocamera: € 149
Kosten
- verzendkosten (bijvoorbeeld): € 25
- verzekeringskosten (in dit voorbeeld) € 10
Belastingen
- invoerrechten: € 0
- btw (omzetbelasting) 21% over: (€ 149 + € 25 + € 10 = € 184): € 38,64
Totaal
- (prijs + kosten + belastingen)=(€ 149 + € 25 + € 10 + € 38,64): € 222,64
U betaalt in dit voorbeeld dus € 38,64 aan belastingen bij invoer.
U betaalt alleen btw, geen invoerrechten omdat de waarde niet meer is dan € 150.
Naast deze kosten moet u meestal ook nog inklarings- en afhandelingskosten betalen aan het post- of koeriersbedrijf.
Voorbeeld 2: Waarde ontvangen goederen € 150 of meer
U koopt buiten de Europese Unie een handtas van kunstleer, van € 199.
Prijs
- prijs handtas van kunstleer: € 199
Kosten
- verzendkosten (bijvoorbeeld): € 25
- verzekeringskosten (in dit voorbeeld): € 10
Belastingen
- invoerrechten 3% over (€ 199 + € 25 + € 10 = € 234): € 7,02
- btw (omzetbelasting) 21% over (€ 199 + € 25 + € 10 + € 7,02= € 241,02): € 50,61
Totaal
- (prijs + kosten + belastingen)= (€ 199 + € 25 + € 10 + € 7,02 + € 50,61): € 291,63
U moet btw betalen.
U moet invoerrechten betalen omdat de waarde van de handtas meer is dan € 150.
U betaalt in dit voorbeeld dus € 57,63 aan belastingen bij invoer.
Naast deze kosten moet u meestal ook nog inklarings- en afhandelingskosten betalen aan het post- of koeriersbedrijf.