Voorbeeld: spaargeld met fiscale partner - ieder helft van grondslag (2017)

U hebt een fiscale partner en u hebt samen € 250.000 spaargeld. U hebt geen schulden. 
Uw grondslag sparen en beleggen is dan € 250.000 - € 50.000 heffingsvrij vermogen = € 200.000. 
U kiest ervoor om ieder € 100.000 op te geven. 
Wij berekenen uw voordeel aan de hand van de schijven in box 3.

Volgens de Tabel berekening voordeel uit vermogen over 2017, valt€ 75.000 in de 1e schijf en € 25.000 in de 2e schijf.

Deze berekening maakt u zowel voor uzelf als voor uw fiscale partner.

De berekening van uw voordeel en die van uw fiscale partner in de 1e schijf gaat zo:

Voor 67% × € 75.000 = € 50.250 geldt het percentage van 1,63%. 
Uw voordeel is dus 1,63% x € 50.250 = € 819.

Voor 33% × € 75.000 = € 24.750 geldt het percentage van 5,39%. 
Uw voordeel is dus 5,39% × € 24.750 = € 1.334.

Uw voordeel in de 1e schijf is in totaal € 2.153 (€ 819 + € 1.334).

Het voordeel van uw fiscale partner in de 1e schijf is in totaal € 2.153 (€ 819 + € 1.334)

De berekening van uw voordeel en die van uw fiscale partner in de 2e schijf gaat zo:

Voor 21% × € 25.000 = € 5.250 geldt het percentage van 1,63%. 
Uw voordeel is dus 1,63% × € 5.250 = € 85.

Voor 79% × € 25.000 = € 19.750 geldt het percentage van 5,39%. 
Uw voordeel is dus 5,39% × € 19.750 = € 1.064.

Uw voordeel in de 2e schijf is in totaal € 85 + € 1.064 = € 1.149.

Het voordeel van uw fiscale partner in de 2e schijf is in totaal € 85 + € 1.064 = € 1.149.

De berekening van de belasting over uw voordeel en van uw fiscale partner in box 3 gaat zo:

Uw voordeel in box 3 is in totaal € 2.153 + € 1.149 = € 3.302. 
U betaalt over dit voordeel 30% belasting = € 991.
Het voordeel van uw fiscale partner in box 3 is in totaal € 2.153 + € 1.149 = € 3.302. 
Uw fiscale partner betaalt over dit voordeel ook 30% belasting = € 991.