Berekenen belasting over vermogen over 2016 en eerder
Tot en met het jaar 2016 gaan wij ervan uit dat u een voordeel van 4% hebt over uw grondslag sparen en beleggen. Over dit voordeel betaalt u 30% inkomstenbelasting.
Voorbeeld
De waarde van uw bezittingen is € 200.000.
Na aftrek van de drempel voor box 3-schulden, bedragen uw schulden € 50.000.
De waarde van uw bezittingen min uw schulden is: € 200.000 - € 50.000 = € 150.000.
Het heffingsvrij vermogen van u en uw fiscale partner is: 2 x € 24.437 = € 48.874.
De grondslag sparen en beleggen is: € 150.000 - € 48.874 = € 101.126.
Uw voordeel uit sparen en beleggen is: 4% x € 101.126 = € 4.045.
U hebt geen persoonsgebonden aftrek, die u van dit bedrag mag aftrekken. Daarom is uw belastbaar inkomen uit sparen en beleggen ook € 4.045.
De belasting over uw vermogen is: 30% x € 4.045 = € 1.213.
Er is veel bezwaar gemaakt tegen het rendement van 4%. Daarom hebben wij het gebruikt rendement voorgelegd aan de Hoge Raad.