Winstmarges verrekenen

Hebt u te maken met een negatieve winstmarge in een aangiftetijdvak? Dan kunt u deze verrekenen met een positieve winstmarge van een volgend aangiftetijdvak (binnen hetzelfde kalenderjaar). Na afloop van het jaar stelt u de tijdvakwinstmarge op jaarbasis vast (jaarsaldo).

Voorbeeld verrekening negatieve en positieve tijdvakwinstmarges

U doet btw-aangifte per kwartaal en u hebt in een jaar de volgende winstmarges behaald op reisdiensten:

  • Kwartaal 1 € 4.000 +
  • Kwartaal 2 € 6.000 +
  • Kwartaal 3 € 5.000 -/-
  • Kwartaal 4 € 3.000 +
  • Totaal        € 8.000 +

In uw aangifte over het 1e kwartaal vermeldt u € 694 (21/121 x € 4.000) en in uw aangifte over het 2e kwartaal € 1.041 (21/121 x € 6.000) aan te betalen btw. Over het 3e kwartaal is uw winstmarge negatief. U betaalt daarover geen btw. U kunt de negatieve marge niet verrekenen met de positieve marges over het 1e en 2e kwartaal. Over het 4e kwartaal is uw winstmarge weer positief. U verrekent deze positieve marge (€ 3.000) met de negatieve marge (€ 5.000) over het 3e kwartaal. Uw winstmarge over het 4e kwartaal wordt daardoor € 0, zodat u in uw aangifte over het 4e kwartaal geen btw over uw reisdiensten hoeft te vermelden.

Voorbeeld vaststellen jaarsaldo

In bovenstaand voorbeeld is het jaarsaldo € 8.000 positief. De btw die u hierover moet betalen is € 1.388 (21/121 x € 8.000). U hebt na uw kwartaalaangiften van dat jaar € 1.735 aan btw betaald. U kunt het verschil (€ 347) terugvragen. Dit doet u binnen 6 maanden na afloop van het jaar bij uw belastingkantoor.

Negatief jaarsaldo

Is uw jaarsaldo negatief? Dan kunt u het saldo doorschuiven naar het volgende jaar en met de resultaten van dat jaar verrekenen. Meer hierover leest u bij Verrekenen van een negatief jaarsaldo.

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.