16.00.00 Actieve veredeling
13 In het vrije verkeer brengen zonder douaneaangifte
In de vergunning actieve veredeling IM/EX kan worden bepaald dat veredelingsproducten of onder de regeling geplaatste goederen
in ongewijzigde staat die niet zijn aangegeven voor een volgende douaneregeling of zijn wederuitgevoerd bij het verstrijken
van de aanzuiveringstermijn worden geacht in het vrije verkeer te zijn gebracht op de datum van het verstrijken van de aanzuiveringstermijn.
De goederen kunnen dan op de markt worden gebracht zonder dat daarvoor een douaneaangifte tot plaatsing onder de regeling
in het vrije verkeer brengen wordt gedaan.
(artikel 170, lid 1 GVo.DWU)
De douaneaangifte tot plaatsing onder de regeling in het vrije verkeer brengen wordt geacht te zijn ingediend en aanvaard
en de goederen worden geacht in het vrije verkeer te zijn gebracht op de datum waarop de aanzuiveringstermijn verstrijkt.
De datum van het verstrijken van de aanzuiveringstermijn is dus bepalend voor het tijdstip waarop de douaneschuld is ontstaan.
(artikel 77, lid 2 DWU en artikel 325, lid 1 UVo.DWU)
De verandering van de douanestatus van de veredelingsproducten of de goederen in ongewijzigde staat (niet-Uniegoederen worden
Uniegoederen) vindt plaats op het tijdstip waarop de goederen op de markt worden gebracht.
(artikel 325, lid 2 UVo.DWU)
Wanneer de veredelingsproducten of de onder de regeling geplaatste goederen bij het verstrijken van de aanzuiveringstermijn
worden geacht in het vrije verkeer te zijn gebracht als bedoeld in artikel 170, lid 1 GVo.DWU, dan moet dit feit worden vermeld
in de aanzuiveringsafrekening. De aanzuiveringsafrekening moet worden voorgelegd binnen 30 dagen na het verstrijken van de
aanzuiveringstermijn. Zie voor informatie over de aanzuiveringsafrekening hoofdstuk 11 van dit onderdeel.
(artikel 175, lid 4 en lid 5 GVo.DWU)