Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

17.00.00 Bijzondere bestemming

10 Het verkeer van goederen (overbrenging)

Goederen die onder de regeling bijzondere bestemming zijn geplaatst, kunnen tussen verschillende plaatsen in het douanegebied van de Unie worden vervoerd zonder douaneformaliteiten. Deze vereenvoudiging staat bekend als verkeer van goederen (overbrenging). De vergunninghouder hoeft in zijn vergunning geen toestemming te hebben om hiervan gebruik te mogen maken.

(artikel 219 DWU en artikel 179, lid 1 GVo.DWU)

De vergunninghouder moet in zijn administratie wel altijd de plaats van de goederen en informatie over iedere overbrenging vermelden. In het kader van het douanetoezicht moet namelijk duidelijk zijn waar de onder de regeling geplaatste goederen zich bevinden.
(artikel 178, lid 1 letter e GVo.DWU en artikel 267, lid 4 UVo.DWU)

Goederen die onder de regeling bijzondere bestemming zijn geplaatst, kunnen worden overgebracht van het douanekantoor van plaatsing naar de plaats waar de goederen de voorgeschreven bijzondere bestemming krijgen (zie voorbeeld 1).

De goederen kunnen ook worden overgebracht van de locatie van de vergunninghouder bijzondere bestemming naar de locatie van een andere betrokken persoon die werkzaamheden voor de vergunninghouder bijzondere bestemming uitvoert zonder dat sprake is van overdracht van rechten en plichten (zie voorbeeld 2).

De goederen kunnen ook worden overgebracht van de locatie van de vergunninghouder bijzondere bestemming naar de locatie van een andere persoon aan wie de rechten en plichten betreffende deze goederen worden overgedragen. De overbrenging van goederen bij overdracht van rechten en plichten van de locatie van de overdrager naar de locatie van de overnemer kan plaatsvinden onder de verantwoordelijkheid van:

  • de overdrager (zie voorbeeld 3); of

  • de overnemer (zie voorbeeld 4).

Zowel de overdrager als de overnemer moet in zijn administratie de exacte plaats van de goederen vermelden en de gegevens van de overdracht van rechten en plichten.
(artikel 218 DWU, artikel 178, lid 1 letter p GVo.DWU en artikel 239, letter b GVo.DWU)

Zie voor informatie over overdracht van rechten en plichten hoofdstuk 9 van dit onderdeel.

De goederen die de voorgeschreven bijzondere bestemming niet hebben gekregen, kunnen bij uitvoer worden overgebracht naar het douanekantoor van uitgang. Hoewel de goederen niet onder de regeling uitvoer worden geplaatst, zijn de formaliteiten betreffende de aangifte tot uitvoer van toepassing. De goederen blijven onder de regeling bijzondere bestemming totdat zij het douanegebied van de Unie hebben verlaten (zie voorbeeld 5).
(artikel 254, lid 4 letter b DWU, artikel 269, lid 2 letter b en lid 3 DWU en artikel 267, lid 3 en lid 5 UVo.DWU)

Voorbeeld 1

Alaska koolvis wordt in Amsterdam onder de regeling bijzondere bestemming geplaatst om te worden verwerkt tot kibbeling. De verwerking vindt plaats in Groningen.

De Alaska koolvis kan onder de regeling bijzondere bestemming worden overgebracht van Amsterdam naar Groningen. De overbrenging vindt dan plaatst onder verantwoordelijkheid van de vergunninghouder bijzondere bestemming. De douaneaangifte tot plaatsing onder de regeling bijzondere bestemming moet worden gedaan voordat de Alaska koolvis wordt weggevoerd van de plaatsingslocatie (Amsterdam).

De vergunninghouder moet in zijn administratie de exacte plaats van de goederen vermelden.

Voorbeeld 2

De verwerking van de Alaska koolvis vindt voor een gedeelte plaats in Groningen bij de vergunninghouder bijzondere bestemming zelf en voor een gedeelte bij een andere persoon in Delfzijl.

De vergunninghouder bijzondere bestemming blijft volledig verantwoordelijk voor de handelingen die met de goederen plaatsvinden. Er is geen sprake van overdracht van rechten en plichten aan een andere persoon, maar van het uitbesteden van bepaalde werkzaamheden.

De Alaska koolvis kan onder de regeling bijzondere bestemming worden overgebracht van Groningen naar Delfzijl. De overbrenging vindt dan plaatst onder verantwoordelijkheid van de vergunninghouder bijzondere bestemming.

De naam en het adres van de andere betrokken persoon moeten dan worden vermeld in de vergunning bijzondere bestemming van de vergunninghouder die de werkzaamheden uitbesteedt (gegevenselement 7/5 bijlage A GVo.DWU).

De vergunninghouder moet in zijn administratie de exacte plaats van de goederen vermelden.

Voorbeeld 3

Een bedrijf in Groningen heeft een vergunning bijzondere bestemming voor de verwerking van Alaska koolvis. Het bedrijf gebruikt de goederen niet zelf, maar levert de goederen aan een producent in Delfzijl. De vergunninghouder draagt daarbij het recht (het gebruik van de goederen), maar ook de verplichting (het volgen van de bijzondere bestemming binnen de aanzuiveringstermijn) over.

Wie verantwoordelijk is tijdens de overbrenging is afhankelijk van het tijdstip waarop de overdracht van rechten en plichten heeft plaatsgevonden.

De overbrenging van de Alaska koolvis van de locatie van de overdrager (Groningen) naar de locatie van de overnemer (Delfzijl) kan plaatsvinden onder de verantwoordelijkheid van de overdrager. De overdracht van rechten en plichten vindt dan plaats bij aankomst van de goederen op de locatie van de overnemer.

Zowel de overdrager als de overnemer moet in zijn administratie de exacte plaats van de goederen vermelden en de gegevens van de overdracht van rechten en plichten.

Voorbeeld 4

De overbrenging van de Alaska koolvis (uit voorbeeld 3) van de locatie van de overdrager (Groningen) naar de locatie van de overnemer (Delfzijl) kan ook plaatsvinden onder de verantwoordelijkheid van de overnemer. De overdracht van rechten en plichten vindt dan plaats voordat de goederen worden weggevoerd van de locatie van de overdrager.

Zowel de overdrager als de overnemer moet in zijn administratie de exacte plaats van de goederen vermelden en de gegevens van de overdracht van rechten en plichten.

Voorbeeld 5

Een bedrijf in Groningen heeft een vergunning bijzondere bestemming voor de verwerking van Alaska koolvis. De Alaska koolvis wordt voordat de bijzondere bestemming is gevolgd, uitgevoerd naar Canada. Het douanekantoor van uitgang is Amsterdam.

De Alaska koolvis kan in het kader van de uitvoer onder de regeling bijzondere bestemming worden overgebracht van Groningen naar Amsterdam. De overbrenging vindt plaats onder dekking van de aangifte tot uitvoer. De regeling bijzondere bestemming wordt gezuiverd (het douanetoezicht eindigt) wanneer de Alaska koolvis het douanegebied van Unie heeft verlaten.

De vergunninghouder moet in zijn administratie de exacte plaats van de goederen vermelden.

Zie voor informatie over goederen die het douanegebied van de Unie verlaten voordat de bijzondere bestemming is gevolgd hoofdstuk 8 van dit onderdeel.