Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

11.00.00 Tijdelijke opslag van goederen

12 Douaneschuld bij onttrekking aan douanetoezicht

Bij het ontstaan van een douaneschuld wegens onttrekking van goederen aan het douanetoezicht (artikel 79 DWU) kan binnen dit handboekonderdeel met name worden gedacht aan tijdelijk opgeslagen goederen die zijn verdwenen (minderbevinding als gevolg van bij voorbeeld diefstal). In die situatie is het zgn Unamar-arrest van het Hof van Justitie, d.d. 15-09-2005, zaak C-140/04, van belang. In deze zaak heeft het Hof geoordeeld dat bij tijdelijke opslag de schuldenaar van het verschuldigde douanerecht en de accijns degene is die de goederen, na de lossing ervan, onder zich heeft om ze te verplaatsten of op te slaan. Zijn de goederen in een RTO opgeslagen dan betreft dit de vergunninghouder van de RTO. Hetzelfde geldt ten aanzien van de beheerder van tijdelijk opgeslagen goederen op een aangewezen of goedgekeurde plaats.

In begrippen die in de Rotterdamse haven bekender zijn: tot het moment van lossen van binnengebrachte goederen is de cargadoor verantwoordelijk, vanaf het moment van lossen de stuwadoor.

Aangezien in de luchtvaartwereld de aangifte voor tijdelijke opslag veelal door of namens de luchtvaartmaatschappij wordt ingediend, is tot het moment van lossen de luchtvaartmaatschappij verantwoordelijk, vervolgens de persoon die de goederen lost en overbrengt naar de opslaglocatie, en tot slot de vergunninghouder van de RTO of de beheerder van de aangewezen of goedgekeurde plaats. Een en ander uiteraard voor zover sprake is van tijdelijke opslag in een RTO of aangewezen of goedgekeurde plaats.

Het vorenstaande sluit aan bij artikel 147 lid 3 DWU waarin is bepaald dat de houder van een vergunning RTO of de persoon die de goederen opslaat in een aangewezen of goedgekeurde plaats verantwoordelijk is voor:

  • het verzekeren dat de goederen in tijdelijke opslag niet aan het douanetoezicht worden onttrokken;

  • het nakomen van de verplichtingen die voortvloeien uit de opslag van goederen in tijdelijke opslag. Dit betreft onder andere het tijdig onder een douaneregeling plaatsen van de tijdelijk opgeslagen goederen.

Let op!

Van het onttrekken van goederen aan het douanetoezicht is ook sprake indien bij controle van een schip blijkt dat de provisie is verdwenen. Houder van deze goederen is de kapitein van het schip, en daarmee tevens de schuldenaar voor de ontstane douaneschuld. Voor de omschrijving van provisie zie onderdeel 10.60.00, paragraaf 2.2 Bevoorraden / provianderen / bunkeren van dit Handboek.

Voor meer informatie over het ontstaan van een douaneschuld bij onttrekking van goederen aan het douanezicht en al hetgeen daarmee samenhangt wordt verwezen naar onderdeel 28.00.00 van dit Handboek.