Privacyverklaring Toeslagen Intensief Toezicht (ITO)

Wij vinden het belangrijk dat persoonsgegevens zorgvuldig en rechtmatig worden verwerkt. We doen dit volgens de regels van de toeslagenwetten, zoals de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir), en de Algemene verordening gegevensbescherming (Avg).

Binnen 4 belangrijke processen zorgen we ervoor dat wij intensief toezicht op een eerlijke en rechtvaardige manier uitvoeren. Ook hebben wij de risico’s die voor u kunnen ontstaan bij intensief toezicht in kaart gebracht en maatregelen genomen om te zorgen dat deze risico’s niet kunnen ontstaan. Of dat de gevolgen voor u niet onevenredig zijn en indien nodig teruggedraaid kunnen worden.

Signalenregistratie

Soms ontvangen wij meldingen (signalen) over mogelijke fouten of misbruik van toeslagen. Deze meldingen kunnen van burgers komen, maar ook van (overheids)organisaties. We registreren deze meldingen en sturen een ontvangstbevestiging naar de melder. Zo is duidelijk dat de melding is ontvangen en wordt behandeld.

Elke melding wordt beoordeeld op:

  • Is de melding bestemd voor Dienst Toeslagen?
  • Is de melding (ook) bestemd voor een andere organisatie?
  • Is de melding wel relevant, dat wil zeggen geeft het voldoende aanknopingspunten voor een verder onderzoek?

Meldingen die bestemd zijn voor Dienst Toeslagen worden verder onderzocht. Als de melding bestemd is voor een andere organisatie dan sturen wij deze door. Daar zijn we wettelijk toe verplicht. Als de melding voor Dienst Toeslagen bestemd is maar niet relevant is, dan wordt deze gearchiveerd.

Alle meldingen worden opgeslagen in een beveiligd systeem dat alleen toegankelijk is voor medewerkers van Dienst Toeslagen. Alleen medewerkers met speciale toestemming mogen deze meldingen bekijken en behandelen. Hierdoor zijn deze gegevens alleen toegankelijk voor medewerkers die deze nodig hebben voor hun werk. Bij meldingen over burgers met een bijzondere status, is extra bescherming ingebouwd.

Rechtmatigheidsonderzoek

Als een melding aanleiding geeft tot verder onderzoek, starten we een rechtmatigheidsonderzoek. Wij kijken dan of de aanvraag klopt en kennen toe waar iemand recht op heeft. Dit doen we stap voor stap.

We koppelen het signaal aan het juiste dossier. We verzamelen alleen de gegevens die nodig zijn (dataminimalisatie). We maken een volledig klantbeeld op basis van beschikbare informatie. Als wij extra gegevens nodig hebben vragen wij die op bij derden en zo nodig bij de aanvrager. Iemand zal altijd de gelegenheid krijgen een aanvraag te onderbouwen.

Als blijkt dat de aanvraag juist is, dan sluiten wij het dossier af. Als de aanvraag niet juist is, stellen wij vast waar iemand wel recht op heeft. Bij een onjuiste aanvraag gaat het dossier verder naar het volgende proces: Verwijtbaarheidsbeoordeling.

Verwijtbaarheidsbeoordeling

In dit proces onderzoeken we of het aan opzet of grove schuld is te wijten dat iemand onjuiste informatie aan ons heeft gegeven. Dit noemen we verwijtbaarheid: het kan gaan om opzet of grove schuld. Een andere medewerker dan bij het rechtmatigheidsonderzoek voert deze beoordeling uit. We kijken naar feiten, gedrag en bewijsstukken.

De beoordeling wordt zorgvuldig onderbouwd en vastgelegd in een verslag. Een collega controleert het verslag. Als er geen duidelijke aanwijzingen zijn voor opzet of grove schuld of als duidelijk is dat iemand een foutje heeft gemaakt, stopt het proces hier. Als uit het onderzoek bij intensief toezicht blijkt dat de aanvrager hulpbehoevend is voor zijn of haar toeslagen, kan eventueel vanuit een ander proces ondersteuning worden geboden. Als er wél voldoende bewijs is, gaat het dossier door naar het proces Sanctioneren.

Sanctioneren

Als er sprake is van opzet of grove schuld, kan Dienst Toeslagen een boete of een waarschuwing opleggen. In ernstige gevallen van misbruik wordt de zaak aangemeld bij de Fiscale Inlichtingen en OpsporingsDienst (FIOD) en het Openbaar Ministerie (OM). De FIOD is een opsporingsdienst van de overheid die fraude en financiële criminaliteit onderzoekt. Het OM kan verdachten voor de strafrechter brengen.

Iemand mag niet 2 keer voor hetzelfde feit worden gestraft. Dus als er al een boete of waarschuwing is opgelegd door Dienst Toeslagen, volgt er niet ook nog een straf van de FIOD of het OM.

Een zaak wordt alleen overgedragen aan de FIOD/OM als voldaan is aan een aantal voorwaarden die zijn vermeld in het Protocol aanmelding en afdoening van fiscale delicten (AAFD). Het Protocol AAFD is voor iedereen raadpleegbaar. Het protocol zorgt ervoor dat alleen ernstige zaken worden aangemeld.

Na beoordeling:

  • FIOD/OM accepteert de zaak: de betrokkenen krijgen Tijdelijk Aanvullend Toezicht (TAT).
  • FIOD/OM accepteert de zaak niet: de zaak wordt verder behandeld binnen Dienst Toeslagen.

TAT is een maatregel die wordt opgelegd om te voorkomen dat toeslagen automatisch opnieuw worden toegekend aan iemand waaraan eerder een bestuurlijke boete is opgelegd of overdracht aan de FIOD/OM heeft plaatsgevonden. Bij TAT wordt elke nieuwe aanvraag of wijziging eerst handmatig gecontroleerd door een medewerker. Zo zorgen we ervoor dat er geen nieuwe toeslagen worden toegekend zonder dat de aanvrager hier recht op heeft. We willen immers toeslagen juist toekennen, zodat deze niet op een later moment hoeven te worden terugbetaald. Deze maatregel wordt maximaal een jaar opgelegd, tenzij de zaak is overgedragen aan de FIOD/OM en het onderzoek na een jaar nog niet is afgerond.

Iemand wordt altijd geïnformeerd over een TAT-maatregel:

  • Bij het opleggen van een boete: direct.
  • Bij overdracht aan de FIOD/OM: meestal achteraf, zodat het lopende onderzoek niet wordt beïnvloed.

Wanneer Dienst Toeslagen van plan is om een boete op te leggen, ontvangt iemand eerst een aankondiging. Daarbij krijgt de betrokkene de gelegenheid zijn of haar visie te geven op onze aankondiging. Dit kan schriftelijk, maar ook telefonisch of bij ons op kantoor. Tijdens dit gesprek heeft de betrokkene recht op rechtsbijstand door bijvoorbeeld een advocaat. Ook wordt iemand erop gewezen dat het niet verplicht is om vragen te beantwoorden. Als de betrokkene de Nederlandse taal onvoldoende beheerst, dan heeft die persoon recht op een tolk.

Op basis van deze zienswijze wordt beoordeeld of de boete daadwerkelijk wordt opgelegd. Alle stappen in dit proces worden zorgvuldig vastgelegd en gecontroleerd door een andere medewerker. Als er een boetebesluit volgt, wordt de beschikking verstuurd naar de betrokkene en digitaal gearchiveerd. Tegelijkertijd wordt een signaal doorgegeven aan de Belastingdienst, zodat de inning van de boete kan worden gestart.

Als de betrokkene het niet eens is met de boete, kan er bezwaar worden gemaakt. Als blijkt dat een verkeerde beslissing is genomen, draait Dienst Toeslagen dit terug. Wij nemen dan een nieuwe beslissing. Als Dienst Toeslagen geen nieuwe beslissing neemt, kan de betrokkene daarna nog in beroep gaan bij de rechter. Dit is onderdeel van onze verantwoordelijkheid om fouten te herstellen en rechtvaardig te handelen.

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.