Wat moet u aangeven?
De volgende uitkeringen voor alimentatie moet u aangeven:
- alimentatie die u voor uzelf krijgt van uw ex-partner
De alimentatie die u via de Sociale Dienst voor uzelf krijgt, vult u in uw aangifte in bij Pensioen en andere uitkeringen. - afkoopsommen van alimentatie
- huur die uw ex-partner voor uw huurwoning betaalt
- bedragen die u krijgt voor verrekening van pensioenrechten of lijfrenten waarvoor de premies zijn afgetrokken
- het eigenwoningforfait van de woning
Dit geldt alleen als u door een (voorlopige) alimentatieregeling in een woning woont waarvan uw ex-partner (mede-)eigenaar is. Is uw ex-partner (mede-)eigenaar van een deel van deze woning? Dan geeft u een evenredig deel aan van het eigenwoningforfait.
Voorbeeld
U en uw ex-partner zijn uit elkaar. Uw ex-partner is voor 50% eigenaar van de woning waarin u woont. De WOZ-waarde van de woning is € 200.000. Het eigenwoningforfait is € 1.200. U geeft 50% van € 1.200 = € 600 op als ontvangen alimentatie. De andere € 600 geeft u op als eigenwoningforfait.
Wat hoeft u niet aan te geven?
De alimentatie die u voor uw kinderen krijgt, hoeft u niet aan te geven. Deze is onbelast.