Belastingverdragen: welk land mag belasting heffen over het loon
Als er niets tussen landen zou zijn geregeld, zou een werknemer bij grensoverschrijdend werken misschien helemaal geen belasting betalen over het loon. Of juist 2 keer belasting betalen over het loon: in het werkland (loon)belasting en in het woonland inkomstenbelasting. Om dit te voorkomen zijn er belastingverdragen waarin wordt geregeld welk land wanneer belasting mag heffen. Mag Nederland volgens een belastingverdrag belasting heffen? Dan bepaalt de Nederlandse wetgeving of u ook echt in Nederland belasting moet betalen.
Is er geen belastingverdrag van toepassing? Dan bepaalt de Nederlandse wetgeving of u in Nederland belasting moet betalen.
U vindt alle belastingverdragen in het verdragenoverzicht op de website van de Rijksoverheid.
183-dagenregeling
De meeste belastingverdragen bepalen dat het werkland van de werknemer het recht heeft belasting te heffen over het loon dat de werknemer daar verdient. Hierop is 1 uitzondering: het woonland van de werknemer heeft het recht om belasting te heffen als aan de volgende 3 voorwaarden wordt voldaan:
- De werknemer verblijft binnen een bepaalde periode niet langer dan 183 dagen in het werkland. Afhankelijk van het belastingverdrag dat van toepassing is, kan deze periode een kalenderjaar zijn, een aaneengesloten periode van 12 maanden of een belastingjaar. Voor het berekenen van de 183 dagen telt u alle dagen mee waarop de werknemer in het werkland was, dus ook weekenden, ziektedagen, feestdagen, snipperdagen en vakantiedagen. Een dagdeel telt als een volledige dag.
- De werkgever die het loon betaalt, is niet gevestigd in het werkland. In uitleensituaties wordt het loon niet betaald door of namens een werkgever in het werkland.
- Het loon van de werknemer komt niet ten laste van de winst van een vaste inrichting of een vaste vertegenwoordiger van de werkgever in het werkland.
Deze 3 voorwaarden staan samen bekend als de 183-dagenregeling. Als niet aan alle voorwaarden wordt voldaan, dan heeft het werkland het recht om belasting te heffen.
Uitleensituaties
In internationale uitleensituaties wordt vaak niet voldaan aan de 2e voorwaarde van de 183-dagenregeling. Dat is het geval als de Nederlandse inlener als de zogenoemde materiële werkgever wordt gezien. Nederland mag dan als werkland belasting heffen. Als formele werkgever moet u dan vanaf de 1e werkdag in Nederland loonbelasting betalen. De Nederlandse inlener blijft wel aansprakelijk als u dat niet doet.
Materiële werkgever volgens belastingverdragen die voor 22 juli 2010 zijn gesloten
De Nederlandse inlener wordt als materiële werkgever gezien als aan de volgende 3 voorwaarden wordt voldaan:
- Er is sprake van een gezagsverhouding tussen de werknemer en de Nederlandse inlener. Dat betekent dat de inlener bepaalt hoe, wanneer en onder welke omstandigheden de werknemer werkt.
- De financiële voordelen en nadelen van het werk komen voor rekening van de Nederlandse inlener.
- Het loon komt ten laste van de Nederlandse inlener. Dit is het geval als u de loonkosten globaal per tijdseenheid in rekening brengt, bijvoorbeeld een bedrag per uur of per dag.
Materiële werkgever volgens belastingverdragen die op of na 22 juli 2010 zijn gesloten
Of de Nederlandse inlener als materiële werkgever wordt gezien, is afhankelijk van het geheel van omstandigheden. De 3 criteria worden als geheel getoetst en niet ieder afzonderlijk. Dat betekent dat de Nederlandse inlener de materiële werkgever kan zijn, ook als niet aan alle criteria is voldaan. Twijfelt u of er sprake is van materieel werkgeverschap? Neem dan contact op met de BelastingTelefoon Buitenland.