Btw-teruggaaf door oninbare vorderingen
Stuurt u een factuur aan uw klanten en past u het factuurstelsel toe? Dan moet u de btw die vermeld staat op die factuur direct aangeven en betalen. Betaalt uw klant de factuur uiteindelijk niet of maar gedeeltelijk, dan is uw vordering (gedeeltelijk) oninbaar. U hebt dan dus onterecht btw betaald. U kunt deze btw van ons terugvragen, zodra het zeker is dat uw vordering oninbaar is.
Past u het kasstelsel toe? Dan kunt u geen teruggaaf vanwege oninbare vorderingen krijgen. U draagt de btw pas af zodra de inkomsten zijn bijgeboekt op uw bankrekening of zijn ontvangen in uw kas. Btw die u nog niet hebt betaald, kunt u ook niet terugvragen.
Wanneer btw terugvragen?
U kunt btw terugvragen zodra het zeker is dat uw vordering (gedeeltelijk) oninbaar is. De vordering wordt in ieder geval als oninbaar beschouwd uiterlijk 1 jaar na de uiterste betaaldatum die u met uw klant hebt afgesproken. Is er geen betalingstermijn vastgelegd? Dan geldt de wettelijke betalingstermijn van 30 dagen nadat uw klant de factuur heeft ontvangen.
Hoe btw terugvragen?
Het btw-bedrag dat u wilt terugvragen, verwerkt u in de aangifte over het tijdvak waarin de 1-jaarstermijn is verstreken of waarin duidelijk is geworden dat de factuur oninbaar is. In die btw-aangifte trekt u het btw-bedrag dat u terugvraagt af van de verschuldigde btw die u bij rubriek 1a of 1b invult. Daarnaast trekt u bij rubriek 1a of 1b de omzet van de oninbare vordering af van de omzet over het betreffende tijdvak.
We lichten dit toe in de 2 onderstaande voorbeelden. In het 1e voorbeeld is vast komen te staan dat de factuur niet wordt betaald.
In het volgende voorbeeld is de afgesproken uiterste betaaldatum met 1 jaar overschreden.
Factoorregeling
De factoorregeling houdt in dat als een ondernemer zijn vordering geheel of gedeeltelijk overdraagt aan een andere ondernemer (bijvoorbeeld een factormaatschappij), deze andere ondernemer voor die vordering of het overgedragen gedeelte in de plaats treedt van de ondernemer die de vordering overdraagt.
Wanneer de vordering oninbaar is of als oninbaar wordt beschouwd (na het verstrijken van de 1-jaarstermijn), dan kan de overnemende ondernemer de btw alleen terugkrijgen door een teruggaafverzoek in te dienen. Dat moet gebeuren met het formulier 'Verzoek om teruggaaf omzetbelasting (overgenomen vorderingen)'.
Alsnog ontvangen betaling ná teruggaaf btw
Hebt u de btw van een oninbare vordering in mindering gebracht in uw btw-aangifte maar wordt deze vordering later alsnog geheel of gedeeltelijk betaald? Dan geeft u de verschuldigde btw over het gedeelte dat u hebt ontvangen aan in het aangiftetijdvak waarin u de betaling ontvangt.