Startende ondernemer
Bent u een startende ondernemer? Dan bepaalt u hoe en wanneer u bedrijfsmiddelen afschrijft die u in de startfase van uw onderneming hebt gekocht. U moet dan wel aan de volgende voorwaarden voldoen:
- Uw onderneming is een eenmanszaak, een maatschap, een commanditaire vennootschap of een vennootschap onder firma.
- U voldoet aan de voorwaarden van de startersaftrek.
Voldoet u aan de bovenstaande voorwaarden? Dan gelden voor u de volgende regels:
- U mag alleen willekeurig afschrijven op bedrijfsmiddelen die u kocht in de jaren dat u startersaftrek kon krijgen of in het jaar ervoor (het aanloopjaar).
- Bedrijfsmiddelen die niet in aanmerking komen voor de Investeringsaftrek kunt u niet willekeurig afschrijven.
Om in aanmerking te komen voor willekeurige afschrijving, zijn investeringen gebonden aan een maximumbedrag per kalenderjaar. Het maximumbedrag is gelijk aan het maximumbedrag voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. Zijn uw totale investeringen hoger dan dat maximum? Dan mag u zelf kiezen op welke bedrijfsmiddelen u willekeurig afschrijft.
Het minimale totale investeringsbedrag uit de tabel Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) is niet van toepassing. Koopt u bijvoorbeeld in een jaar als enige bedrijfsmiddel een computer van € 2.000, dan krijgt u geen KIA op die computer, omdat uw totale investering te laag is. U mag de computer echter wel willekeurig afschrijven.
Let op!
Soms moet u de boekwaarde aanpassen van het bedrijfsmiddel waarop u willekeurig hebt afgeschreven. Dit moet als binnen 5 jaar (10 jaar voor zeeschepen) na het begin van het kalenderjaar waarin u de investering doet zich 1 van de volgende situaties voordoet:
- U verhuurt het bedrijfsmiddel.
- Op de winst die u met het bedrijfsmiddel maakt, is een regeling van toepassing ter voorkoming van dubbele belasting (door Nederland en een ander land).
- U gebruikt het bedrijfsmiddel voor het bosbedrijf.
In deze gevallen bepaalt u de boekwaarde van het bedrijfsmiddel op basis van de waarde die het gehad zou hebben als u niet willekeurig had afgeschreven. Het verschil tussen de oude en nieuwe boekwaarde is winst. Zie de voorbeelden hierna.
Voorbeeld 1
Startend ondernemer Jamil kocht op 1 juli 2021 een vrachtwagen voor € 150.000. Jamil schreef willekeurig af: over 2021 € 60.000 en over 2022 € 80.000. De boekwaarde op 31 december 2022 was dus € 10.000.
Bij normale afschrijving (stel 7 jaar, restwaarde € 10.000) zou de boekwaarde € 120.000 zijn op 1 januari 2023.
Sinds 1 januari 2023 verhuurt Jamil de vrachtwagen. Daardoor voldoet Jamil niet meer aan de voorwaarden voor willekeurige afschrijving.
De termijn van 5 jaar waarbinnen de willekeurige afschrijving weer bij de winst moet worden geteld, start op 1 januari 2021 (het begin van het jaar waarin Jamil investeerde).
Gevolg: Jamil moet in 2023 de vrachtwagen opwaarderen van € 10.000 naar € 120.000. Hierbij komt een boekwinst naar voren van € 110.000. Over 2023 kan Jamil nog wel een normale afschrijving toepassen van € 20.000
Voorbeeld 2
Startend ondernemer Melinda kocht op 1 juli 2018 een vrachtwagen voor € 150.000. Melinda schreef willekeurig af: over 2018 € 60.000 en over 2019 € 80.000. De boekwaarde op 31 december 2022 was € 10.000.
Bij normale afschrijving (stel 7 jaar, restwaarde € 10.000) zou de boekwaarde op 31 december 2022 € 60.000 zijn.
Sinds 10 januari 2023 verhuurt Melinda de vrachtwagen. Dit gebeurt niet binnen 5 jaar na 1 januari 2018, dus hoeft Melinda de vrachtauto niet op te waarderen.